Grammatiktrainer haben und sein

haben und sein
In deze trainer oefen je werkwoorden haben en sein.
De theorie vind je op pagina 120 in het boek.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

haben und sein
In deze trainer oefen je werkwoorden haben en sein.
De theorie vind je op pagina 120 in het boek.

Slide 1 - Tekstslide

ich
du
er / es / sie
wir
ihr
sie / Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 2 - Sleepvraag

haben und sein
Wie alt bist du? - Ich bin elf Jahre alt.
Hast du Geschwister? - Ja, ich habe einen Bruder.
Hat Peter (er) Zeit? - Nein, er hat jetzt Fußballtraining.
Sind Sie die Lehrerin? - Ja, das bin ich.
Seid ihr schon mal in Berlin gewesen?
Ich habe viel Glück gehabt.



Slide 3 - Tekstslide

ich
du
er / es / sie
wir
ihr
sie / Sie
ik
jij
hij
wij
jullie
zij / u
het
zij

Slide 4 - Sleepvraag

ich
du
er / es / sie
wir
ihr
sie / Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 5 - Sleepvraag

ich
du
er
sie
wir
ihr
sie

Slide 6 - Sleepvraag

Ich ___ Hunger.

Slide 7 - Open vraag

Er ___ 13 Jahre alt.

Slide 8 - Open vraag

___ ihr ein Haustier?

Slide 9 - Open vraag

Meine Schwester ___ einen Freund.

Slide 10 - Open vraag

___ Sie der Lehrer?

Slide 11 - Open vraag

___ ihr schon fertig?

Slide 12 - Open vraag

Es ___ kalt.

Slide 13 - Open vraag

Es ___ geregnet.

Slide 14 - Open vraag

herschrijf de zin in de du-vorm:
Wir haben Deutsch.

Slide 15 - Open vraag

herschrijf de zin in de ihr-vorm:
Hast du Zeit?

Slide 16 - Open vraag

herschrijf de zin in de wir-vorm:
Ich habe Hunger.

Slide 17 - Open vraag

herschrijf de zin in de Sie-vorm:
Hast du eine Schwester?

Slide 18 - Open vraag

Online oefening
Maak de oefening in deze link.
Is je score 70% of hoger dan
kun je het goed genoeg.

Gebruik eventueel pagina 120 in je boek.

Slide 19 - Tekstslide