Gesprekken voeren A2 Familie en vrienden

Hoe kun je antwoorden op:
¿Vives solo o con tu familia?
A
Viva solo
B
vivo solo
C
viva con tu familia
D
vivo con tu familia
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
SpaansMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoe kun je antwoorden op:
¿Vives solo o con tu familia?
A
Viva solo
B
vivo solo
C
viva con tu familia
D
vivo con tu familia

Slide 1 - Quizvraag

wat is de juiste vertaling:
tío / abuelos / primos
A
oom's en tante's / grootouders / neven en nichten
B
neven en nichten / opa's en oma's / oom's en tantes

Slide 2 - Quizvraag

Vertaal:
Ik heb een neef

Slide 3 - Open vraag

Vertaal:
Ik heb twee opa's

Slide 4 - Open vraag

Wat is geen karakter omschrijving?
A
simpático
B
inteligente
C
alto
D
bromista

Slide 5 - Quizvraag

vertaal:
Mijn vader is sympathiek

Slide 6 - Open vraag

Mijn moeder heeft blond haar
A
Mi madre es rubio
B
Mi madre tiene rubio
C
Mi madre tiene rubio pelo
D
Mi madre tiene el pelo rubio

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal:
Mijn broer heeft blond haar

Slide 8 - Open vraag

Vertaal:
Mijn zus heeft groene ogen
A
Mi hermana tiene verdes ojos
B
Mi hermana tiene los ojos verdes

Slide 9 - Quizvraag

Vertaal:
Mijn moeder heeft bruine ogen

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent:
¿Qué hacen tus padres?

Slide 11 - Open vraag

¿Qué hacen tus padres?

Slide 12 - Open vraag

Antwoord op de vraag:
¿Tienes muchos amigos?

Slide 13 - Open vraag