bodemkunde en bemesting
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welk soort gesteente is zand?
A
Metamorfgesteente
B
Sedimentgesteente
C
Stollingsgesteente
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een organische stof?
Slide 4 - Open vraag
Wat is een anorganische stof?
Slide 5 - Open vraag
Welke bodemtypen hebben we in Nederland?
A
Zand-, veen- en kleigronden
B
Zand-, veen-, löss en kleigronden
C
Zand-, veen-,Löss, en zeekleigronden
D
Zand-, veen-,Löss-, rivierklei- en zeekleigronden
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Tot welk formaat behoord dit bodemleven?
A
Megafauna
B
Macrofauna
C
Mesofauna
D
Microfauna
Slide 8 - Quizvraag
Tot welk formaat behoord dit bodemleven?
A
Megafauna
B
Macrofauna
C
Mesofauna
D
Microfauna
Slide 9 - Quizvraag
Tot welk formaat behoord dit bodemleven?
A
Megafauna
B
Macrofauna
C
Mesofauna
D
Microfauna
Slide 10 - Quizvraag
Tot welk formaat behoord dit bodemleven?
A
Megafauna
B
Macrofauna
C
Mesofauna
D
Microfauna
Slide 11 - Quizvraag
Wat is een Symbiose?
Slide 12 - Open vraag
Waaruit is humus opgebouwd?
A
organische stof
B
poriën
C
minerale deeltjes
Slide 13 - Quizvraag
Welke functie hebben kleine poriën in de bodem?
A
mineralen laten doorstromen
B
stuiven bij droogte
C
water vasthouden voor de plant
Slide 14 - Quizvraag
Welke drie structuurvormen zijn er?
A
kruimelstructuur
B
korrelstructuur
C
plaatstructuur
D
grovestructuur
Slide 15 - Quizvraag
Deze bodemstructuur biedt voldoende ruimte aan water en lucht.
Deze bodemstructuur is erg dicht.
Bij deze structuur is er geen binding tussen de bodemdeeltjes.
Zet de juiste bodemstructuur bij elke beschrijving.
Kruimelstructuur
Plaatstructuur
Korrelstructuur
