MCA WIS3HB DT6 week 1 de abc formule

Doelen
  • Je weet waar de a, b, c voor staan in de abc-formule

  • Je kan een verglijking oplossen d.m.v. de abc-formule

  • Je kan aan de discriminant zien hoeveel snijpunten met de x-as er zijn
Begrippen
abc-formule
Discriminant
Vergelijking oplossen


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Doelen
  • Je weet waar de a, b, c voor staan in de abc-formule

  • Je kan een verglijking oplossen d.m.v. de abc-formule

  • Je kan aan de discriminant zien hoeveel snijpunten met de x-as er zijn
Begrippen
abc-formule
Discriminant
Vergelijking oplossen


Slide 1 - Tekstslide

Programma
Deze les bevat de volgende onderdelen:
1. Herhalen
2. waar staat a, b, c voor
3. De abc-formule


Slide 2 - Tekstslide

Los op:
x216=0
x2+6x+8=0
x2+5x+9=0

Slide 3 - Tekstslide

De abc-formule
de abc-formule

Slide 4 - Tekstslide

De abc-formule

Slide 5 - Tekstslide

1. De a, b en c
Een kwadratische formule kan je schrijven in deze vorm:




Slide 6 - Tekstslide

1. De a, b en c
Een kwadratische formule kan je schrijven in deze vorm:

de a, b, en c staan voor getallen. Bijvoorbeeld:


2x2+3x+21=0
De a is het getal waarmee het kwadraat wordt vermenigvuldigd. De b is het getal waarmee de x wordt vermenigvuldigd.
De c is het getal dat er bij komt. 

a, b en c kunnen positief, negatief en 0 zijn. 
=0 ??
De abc-formule gebruik je alleen bij een vergelijking. En dan ook nog eens alléén bij een vergelijking met 0. 

Slide 7 - Tekstslide

1. De a, b en c
Een kwadratische vergelijking kan je schrijven in deze vorm:

de a, b, en c staan voor getallen. Bijvoorbeeld:


y=2x2+3x+21
a=2
b=3
c=21
2x2+3x+21=0
x23x+12=0
Probeer zelf te bedenken wat a, b, en c zijn!

Slide 8 - Tekstslide

1. De a, b en c
Een kwadratische vergelijking kan je schrijven in deze vorm:

de a, b, en c staan voor getallen. Bijvoorbeeld:


y=2x2+3x+21
a = 2
a = 1
b = 3
b = -3
c = 21
c = 12
2x2+3x+21=0
x23x+12=0

Slide 9 - Tekstslide

Waar staan de a, b en c voor?
8x25x+9=0
A
a=1, b=5, c=9
B
a=8, b=5, c=9
C
a=8, b=-5, c=9
D
???????

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de a?
x2+3x+5=2

Slide 11 - Open vraag

Wat is de b?
x2+3x+5=2

Slide 12 - Open vraag

Wat is de c?
x2+3x+5=2

Slide 13 - Open vraag

De abc-formule gebruik je alleen als het een vergelijking is met 0. Oftewel: als je de snijpunten met de x-as berekent. 

In de vergelijking hierboven staat rechts '2'. Om daar '0' van te maken doe je aan beide kanten min 2. Dan c = 3.
x2+3x+5=2
beide kanten -2??
Dat is één stapje balansmethode

Slide 14 - Tekstslide

2. De abc-formule

Slide 15 - Tekstslide

2. De abc-formule
de abc-formule

Slide 16 - Tekstslide

2. De abc-formule

Slide 17 - Tekstslide

2. De abc-formule

Slide 18 - Tekstslide

2. De abc-formule
Waarom 'of' ?
Omdat er vaak twee oplossingen zijn. Kijk eens naar de parabool op pagina 38. De parabool snijdt de x-as in twee punten. 

Bovendien is de parabool symmetrisch, dus beide punten liggen even ver van de symmetrie-as van de parabool.

Slide 19 - Tekstslide

2. De abc-formule
Weet je nog?
Onder de wortel mag geen negatief getal staan.
Wortel 9 = 3, want 3 x 3 =9
Wortel -9 kan niet, want -3 x -3 is ook 9. 
De wortel uit een negatief getal bestaat niet. 

Slide 20 - Tekstslide

2. De abc-formule

Slide 21 - Tekstslide

2. De abc-formule
In het volgende filmpje (4min) wordt dit  rustig uitgelegd en voorgedaan.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

2. De abc-formule
Dus hoe los je een kwadratische vergelijking op met behulp van de abc-formule? Volg het stappenplan!
Uit je hoofd?!
De abc-formule krijg je erbij op de toets. Let op! Voor wiskunde B moet je deze uiteindelijk wel uit je hoofd kennen.

Het stappenplan krijg je niet, je moet dus wel goed weten hoe je de abc-formule gebruikt. 

Slide 24 - Tekstslide

2. De abc-formule
Dus hoe los je een kwadratische vergelijking op met behulp van de abc-formule? Volg het stappenplan!

Slide 25 - Tekstslide

3. De behulpzame discriminant
In de abc-formule staat de D (discriminant) onder de wortel. Dat geeft ons al veel informatie!

Slide 26 - Tekstslide

Afsluiting
1. Je kan nu zelf de volgende opdrachten uit de doelenbingo maken:




2. Kijk jezelf streng na en verbeter
3. Maak de test bij deze les

Slide 27 - Tekstslide