Dinsdag 2 november

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag. 
  • Lever je mobiel in. 

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag. 
  • Lever je mobiel in. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Link

Deze slide heeft geen instructies

1e lesuur:
8.45 - 9.30 
Burgerschap

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Nederlandse samenleving 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is naast Nederlands een officiële taal in Nederland?
A
Fries
B
Limburgs
C
Brabants
D
Rotterdams

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een typisch Nederlandse snack?
A
Loempia
B
Bamihap
C
Kroket
D
Hamburger

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat Volendam bekend om?
A
Olijven
B
Vis
C
Vlees

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gewoontes en tradities
Welk beeld hebben mensen van Nederland, denk je?

Slide 11 - Tekstslide

Gewoonte betekent een manier van doen die je gewend bent. Je denkt er niet over na, maar
doet het gewoon op die manier.
Tradities zijn gewoonten en gebruiken die al heel lang bestaan. Ze worden van de ene generatie op
de andere doorgegeven.
Als je ergens in opgroeit, vind je die cultuur ‘normaal’. Pas als je door de ogen van anderen kijkt,
vallen je bijzonderheden op. Buitenlanders vinden het bijvoorbeeld vreemd dat Nederlandse huizen
zulke grote ramen hebben, waarbij de gordijnen vaak ook nog open zijn. Of dat we verjaardagen
vieren door in een kringetje te zitten, terwijl er kaas, worst en bittergarnituur wordt rondgebracht. 
Gewoonte: een manier van doen die je gewend bent. Je denkt er niet over na, maar doet het gewoon op die manier.
 
Tradities: dit zijn gewoonten en gebruiken die al heel lang bestaan. Ze worden van de ene generatie op de andere generatie doorgegeven. 

Slide 12 - Tekstslide

Gewoonte betekent een manier van doen die je gewend bent. Je denkt er niet over na, maar
doet het gewoon op die manier.
Tradities zijn gewoonten en gebruiken die al heel lang bestaan. Ze worden van de ene generatie op
de andere doorgegeven.
Als je ergens in opgroeit, vind je die cultuur ‘normaal’. Pas als je door de ogen van anderen kijkt,
vallen je bijzonderheden op. Buitenlanders vinden het bijvoorbeeld vreemd dat Nederlandse huizen
zulke grote ramen hebben, waarbij de gordijnen vaak ook nog open zijn. Of dat we verjaardagen
vieren door in een kringetje te zitten, terwijl er kaas, worst en bittergarnituur wordt rondgebracht. 

Slide 13 - Video

Verschillende culturen, verschillende reacties.

Wat is jouw beeld van Nederland? Waar
komt dat beeld vandaan?
Aan de slag!
timer
20:00
Bladzijde: 44 t/m 52

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2e lesuur:
9.15 - 9.40
Wiskunde

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzondere driehoeken
  • Een driehoek waarvan één van de hoeken 90° is, heet een rechthoekige driehoek.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzondere driehoeken
Een driehoek met twee gelijke zijden heet een gelijkbenige driehoek.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzondere driehoeken
Een driehoek met drie gelijke zijden heet een gelijkzijdige driehoek.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3e & 4e lesuur:
10.00 - 12.00
Techniek Bogerman



Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5e lesuur:
12.30 - 13.15
Engels

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theme Words

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord: DEVELOP
A
uitvinden
B
opladen
C
ontwikkelen
D
maken

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord: RULES
A
gereedschap
B
vaardigheden
C
aanwijzingen
D
spelregels

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord: WIRELESS
A
tijdloos
B
waardeloos
C
draadloos
D
smakeloos

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord:
BATTERY
A
spelregel
B
batterij
C
gereedschap
D
apparaat

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord: DEVICE
A
apparaat
B
spelregel
C
gereedschap
D
batterij

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de vertaling van het woord: ENTERTAINING
A
spannend
B
gemakkelijk
C
duur
D
leuk

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6e lesuur:
13.15 - 14.00
Biologie

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verteringsstelsel
  • Voedsel bevat voedingsstoffen.
  • Sommige voedingsstoffen kan je lichaam meteen opnemen.
  • Andere voedingsstoffen worden eerst verteerd.  
Verteren = voedingsstoffen afbreken tot kleine delen.
Verteringsstelsel = hier vindt de vertering plaats.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verteringsstelsel

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

14.00 - 14.30
SoVa/Burgerschap/LOB/Ontspanning

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies