18-04-2025

¡Bienvenidos!
  • En tu mesa:
  • Libro de texto (= tekstboek)
  • Libro de ejercicios (= werkboek)
  • Cuaderno (= schrift) 
  • iPad --> LessonUp
timer
3:00
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos!
  • En tu mesa:
  • Libro de texto (= tekstboek)
  • Libro de ejercicios (= werkboek)
  • Cuaderno (= schrift) 
  • iPad --> LessonUp
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen Lección 2
  • Aan het einde van Lección 2 kun je kamers en meubels beschrijven in het Spaans.
  • Aan het einde van Lección 2 kun je hay en no hay in zinnen gebruiken om er is/ligt/staat en er zijn/liggen/staan te zeggen.
  • Aan het einde van Lección 2 kun je een plattegrond en een beschrijving  vergelijken.
  • Aan het einde van Lección 2 kun je een huis en het meubilair beschrijven.
  • Aan het einde van Lección 2 weet je hoe een typisch Spaans huis eruit ziet.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen Lección 3
  • aan het einde van Lección 3 kun je een kamer en de meubels in deze kamer beschrijven in het Spaans.
  • Aan het einde van Lección 3 kun je praten over huishoudelijke taken in het Spaans.
  • Aan het einde van Lección 3 kun je praten over een persoonlijke verplichting, hierbij gebruik je tener que + infin.
  • Aan het einde van Lección 3 kun praten over kleuren in het Spaans.  

Slide 3 - Tekstslide

Hoy (= vandaag)
  • Werkblad hay/no hay
  •  Lección 2: las partes de la casa
  • Lección 2: el mobiliario de las habitaciones
  • El juego de la memoria
  • Lección 3: ¡Tienes que ordenar tu habitación!
  • Describe tu habitación 

Slide 4 - Tekstslide

Extra oefenen met hay
  • ¿Qué? Maak de opdrachten op het werkblad om te oefenen met hay / no hay
  • ¿Cómo? Individualmente
  • ¿Tiempo? 8 minutos
  • ¿Pregunta? Kijk of je er samen met je buurman of buurvrouw uitkomt. Lukt dit niet, steek dan je vinger op.
  • ¿Listo? Huiswerk
timer
8:00

Slide 5 - Tekstslide

Las partes de la casa (ej. 4 p. 55)
  • ¿Cuáles son las diferencias entre el anuncio y el plano?
  • Wat zijn de verschillen tussen de advertentie en de plattegrond? 
  • En el anuncio (solo) hay ... y en el plano solo/no hay ...
  • Schrijf het voor jezelf uit in je schrift 
  • Schrijf ook de naam van de ruimte bij het nummer op  de plattegrond 
timer
4:00

Slide 6 - Tekstslide

El mobilario de las habitaciones
  • Lees de woorden die in de ¡Ayuda! staan en kijk naar de namen voor de meubels in de Mapa Mental op p. 60-61`
  • Describe el mobilario de las habitaciones.
  • Beschrijf de meubels in de verschillende kamers op de plattegrond. 
  • En parejas
  • 5 minutos
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Ejemplo de producción
  • En el salón hay dos sofás, un sillón, una mesa y seis sillas. También hay dos plantas, un armario y una mesa baja. 

Slide 8 - Tekstslide

El juego de la memoria
  • 30 seconden om de plattegrond zo goed mogelijk te bekijken en zoveel mogelijk woorden op te slaan.
  • Boek dicht
  • 2 minuten om zoveel mogelijk woorden op te schrijven.
  • Wissel van schrift met je buurman/buurvrouw
  • Wie heeft de meeste goede woorden opgeschreven. 
timer
0:30
timer
2:00

Slide 9 - Tekstslide

¡Tienes que ordenar tu habitación!
  • ¿Qué significa el título de esta lección?
  • ¿Hay alguna palabra parecida a ordenar en holandés? 
  • Is er een Nederlands woord dat lijkt op ordenar?
  • ¿Quién puede decir esa frase?

  • Bekijk het plaatje in ejercicio 1 en lees de etiketjes.
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Ejercicio 1: describe la habitación
  • ¿Os gusta la habitación de Óscar?
  • (No) me gusta la habitación de Óscar porque ...
  • Me gustan los colores de la habitación de Óscar, me encanta el azul.

Slide 11 - Tekstslide

Ejercicio 1: describe la habitación
  • Kijk nog een keer naar de foto van de kamer van Óscar. Beschrijf de kamer van Óscar en gebruik hierbij de etiketjes die je boven de foto ziet. 
  • En parejas o individual
  • 2 minutos
  • ¿Listo? --> ¿Y cómo es tu habitación? Probeer je eigen kamer te beschrijven door de etiketjes aan te passen.
timer
2:00

Slide 12 - Tekstslide

Ejercicio 1: solución
  • La habitación de Óscar está desordenada, hay un cómic en el suelo y el escritorio es blanco. 

Slide 13 - Tekstslide

¿Y tu habitación?
  • ¿De qué color es ...?
  • ¿Cómo es ...?
  • ¿Es grande/pequeño/blanco tu ...?
  • Vul de bovenstaande vragen aan en stel ze aan elkaar. 
  • Denk aan aantal en geslacht van de woorden 
  • Ejemplo: Mi cama es pequeña y blanca.
  • El escritorio es pequeño y blanco. 
timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

¿Qué tiene que hacer Óscar?
  • ¿Sabes que significa las tareas en los dibujos?
  • Weet je wat de taken in de tekeningen betekenen? 
  • Óscar tiene la obligación de ordenar su habitación:
  • Óscar tiene que ordenar su habitación.
  • ¿Qué tiene que hacer Óscar en su habitación?
  • Óscar tiene que ... 

Slide 15 - Tekstslide

¿Qué tiene que hacer Óscar?
  • Óscar tiene que hacer la cama.
  • Óscar tiene que ordenar la habitación.
  • Óscar tiene que pasar la aspiradora
  • La habitación de Óscar está desordenada: hay ropa y un cómic en el suelo. También tiene que hacer la cama y pasar la aspiradora. 

Slide 16 - Tekstslide

¿Qué más tiene que hacer Óscar?
  • kijk nog een keer naar de foto in ejercicio 1.
  • Wat moet Óscar nog meer doen?
  • Bespreek dit in tweetallen 
  • 3 minuten
  • Beginvraag:
  • ¿Y su escritorio?  
  • ¿Listo? --> ¿Y tú, cómo es tu habitación?
timer
3:00

Slide 17 - Tekstslide

¿Y tú? ¿Qué tareas tienes que hacer?
  • Hoe zat het ook alweer met de vervoeging van tener? 
  • Tener = hebben, tener que = moeten
  • Welke klusjes moet jij in huis doen?
  • Yo en casa tengo que ...
  • Recoger la mesa / sacar al perro / vaciar el lavavajillas (afwasmachine) / comprar el pan / limpiar / planchar (strijken)

Slide 18 - Tekstslide

Beschrijf jouw slaapkamer in het Spaans. Welke meubels zijn er en welke kleur hebben ze?

Slide 19 - Open vraag

La próxima vez
  • Lección 3 Tareas domésticas

Slide 20 - Tekstslide