opbloei en macht van de stad

Plaats  gebeurtenissen in chronologische volgorde
1
2
3
4
5
6
Ontstaan van de islam
Ontstaan van landbouw
Ontstaan van de democratie in Athene
Ontstaan christendom
Ontstaan van de eerste steden
Einde van het West-Romeinse Rijk
1 / 40
volgende
Slide 1: Sleepvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Plaats  gebeurtenissen in chronologische volgorde
1
2
3
4
5
6
Ontstaan van de islam
Ontstaan van landbouw
Ontstaan van de democratie in Athene
Ontstaan christendom
Ontstaan van de eerste steden
Einde van het West-Romeinse Rijk

Slide 1 - Sleepvraag

Plaats  gebeurtenissen in  chronologische volgorde
1
2
3
4
5
6
Augustus wordt eerste Romeinse keizer
Ontstaan van irrigatielandbouw
Ontstaan van de democratie in Athene
Steeds meer Germanen vestigen zich in het Romeinse Rijk
Ontstaan feodale stelsel
Einde van het West-Romeinse Rijk

Slide 2 - Sleepvraag

Opbloei en macht van de stad


tijdvak 4   Steden en staten
1000 - 1500

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt met voorbeelden uitleggen waardoor de landbouwopbrengsten in de 11e eeuw toenamen.
  • Je kunt uitleggen hoe bevolkingsgroei, specialisatie en de opkomst van steden gevolgen waren van de toegenomen voedselproductie.

Slide 4 - Tekstslide

Samenleving


  • Tot ±1000  -  West-Europa = agrarische samenleving (autarkie; hofstelsel met horigheid)
  • Vanaf ±1000 -  West-Europa = agrarisch-urbane samenleving (landbouw met steden, dus handel en nijverheid)

Slide 5 - Tekstslide

Ontstaan agrarisch-urbane samenleving
Oftewel er ontstaan steeds meer steden
Oorzaken 
  • toename van veiligheid (geen oorlogen en/of Vikingen meer)
  • toename van voedselproductie, door:
  1. technische vernieuwingen in landbouw (andere ploeg, paard voor ploeg)
  2. drieslagstelsel  vervangt tweeslagstelsel
  3. ontginningen zorgen voor meer landbouwgrond

Vlaanderen profiteerde als eerste van deze vernieuwingen en ontginningen. Vanuit Vlaanderen verspreidde dit zich over de rest van de Nederlanden.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Bevolkingsgroei
  • Aan het einde van de ME werden gronden ontgonnnen.
  • Betere landbouwmethodes zorgenden voor meer voedsel.
  • Voorbeelden van betere landbouwmethodes, verbeterde ploeg, effectiever bemesten en het 3-slagstelsel.
  • Doordat er meer voedsel kwam, verdwenen hongersnoden (grotendeels) en werden mensen gezonder. Hierdoor ontstond er een enorme bevolkingsgroei.
  • Vooral in Vlaanderen en Noord- Italie groeide de bevolking sterk.
de nieuwe ploeg die verder in de grond kwam

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Dmv ontginningen werd extra landbouwgrond 'gemaakt'.
Dat kon bijvoorbeeld door bossen te kappen of door veengebied (moerasgebied) te ontwateren dmv slootjes. 
Het resultaat van het ontwateren zie je op de foto

Slide 10 - Tekstslide

Handel en nijverheid
  • In vroege Middeleeuwen was elk dorp autarkisch (=zelfvoorzienend).
  • Door betere landbouwmethodes en bevolkingsgroei: specialisatie (er ontstaat weer nijverheid).
  • Ambachtslieden gingen wonen op veilige, drukke plek.
  • Steden ontstaan bij knooppunten van wegen/ bij kastelen.
  • Door toenemende handel en nijverheid groeiden steden weer. Terugkeer agrarisch-urbane (landbouw-stedelijke) samenleving

Slide 11 - Tekstslide

1000 tot 1300 --> 30 miljoen mensen extra!
Dankzij het voedseloverschot wat onstond door landbouwverbeteringen!

Slide 12 - Tekstslide

Wat is geen landbouwverbetering uit de middeleeuwen?
A
Kunstmest
B
Arabisch halsjuk
C
Drieslagstelsel
D
Paarden ipv ossen

Slide 13 - Quizvraag

Welk begrip wordt hier omschreven?
' Door deze landbouwmethode bracht het land meer op en konden overschotten op markten in steden worden verkocht.'
A
standensamenleving
B
drieslagstelsel
C
de Hanze
D
privileges

Slide 14 - Quizvraag

Een vereiste voor het ontstaan van een agrarisch-urbane samenleving is
A
er moeten architecten zijn.
B
Het drieslagstelsel moet uitgevonden zijn
C
Er moet een landbouwoverschot zijn
D
Er moet in dat gebied graan zijn

Slide 15 - Quizvraag

De tijd van jagers en boeren
De tijd van Grieken en Romeinen
De tijd van monniken en ridders
De tijd van steden en staten
Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
Het ontstaan van de eerste monotheistische godsdiensten
De verspreiding van het christendom
Herleving van de agrarisch-urbane samenleving

Slide 16 - Sleepvraag

Lesdoelen
  • Je kunt met voorbeelden uitleggen waardoor de landbouwopbrengsten in de 11e eeuw toenamen.
  • Je kunt uitleggen hoe bevolkingsgroei, specialisatie en de opkomst van steden gevolgen waren van de toegenomen voedselproductie.

Slide 17 - Tekstslide

zelf verder werken
beantwoord de leerdoelen 
maak §4.1. opdracht 4

Slide 18 - Tekstslide

Lesdoelen

  • je weet in welke gebieden in Europa de overgang van een landbouw samenleving naar een landbouwstedelijke samenleving begon
  • Je kunt met voorbeelden beschrijven hoe de opkomst van handel leidde tot de opkomst van jaarmarkten en havensteden in Europa.
  • Je weet waarom burgers en boeren door de opkomst van steden meer vrijheid kregen.
  • Je weet hoe door de economische macht van de steden hun zelfstandigheid toenam.

Slide 19 - Tekstslide

Kijk goed naar het kaartje (klikken = vergroten),
waar ontstonden de meeste steden in de late middeleeuwen?

Slide 20 - Open vraag

Gent en Brugge
  • Eerste grote steden in Nederlanden ontstonden in Vlaanderen
  • Wolproductie in Vlaanderen zorgde voor een bloeiende textielnijverheid in Vlaamse steden.

  • Inwoners van de gehele regio trokken naar de Vlaamse steden om te handelen

Slide 21 - Tekstslide

Belangrijkste Vlaamse handelssteden

Slide 22 - Tekstslide

De Hanze
  • Handelaren organiseerden zich in koopmansgilden.
  • Noodzakelijke samenwerking om elkaar bij te staan op reis (veiligheid) en om geld bij elkaar te krijgen voor handelsreizen.
  • Steden organiseerden zich in Hanzen: Samenwerkingsverbanden van steden en handelaren tijdens Middeleeuwen. 
  • Steden die in een Hanze samenwerkten gaven elkaars handelaren bescherming en allerlei handelsvoordelen.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Interregionale handel
  • Noord- Italiaanse handelssteden handelden in het Oostelijk gedeelte van het Middellandse Zeegebied. Italiaanse handelaren trokken naar Frankrijk jaarmarkten om goederen te kopen en verkopen.
  • Vanaf de 14e eeuw werden deze jaarmarkten minder belangrijk ivm oorlogsgeweld en hoge belastingen.
  • Genua en Venetië handelden nu direct met de Vlaamse handelssteden,  over zee. Handel over zee werd steeds belangrijker!

Slide 25 - Tekstslide

Handelsgebieden in Europa

Slide 26 - Tekstslide

Stadsstichtingen
  • Edelen bevorderden groei van steden (meer steden = meer belastingopbrengsten)
  • Edelen probeerden extra steden te stichten en gaven extra vrijheden  aan deze steden. Ze wilden dat handelaren en ambachtslieden zich daar vestigden. (dit leverde weer extra belastingen op.....)
  • Versterkte stad/ dorp kon bovendien edelman bijstaan om zijn grondgebied te verdedigen.

Slide 27 - Tekstslide

“Ik, Otto, graaf van Gelre en Zutphen, heb van de plaats Arnhem een stad gemaakt en daaraan alle vrijheid verleend, opdat deze stad en de mensen die erin wonen en erin zullen wonen, zich in vrijheid mogen verheugen…”. 13 juli 1233

Arnhem krijgt stadsrechten.

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Vrijheid in de stad
  • Stedelingen probeerden om invloed te krijgen op het bestuur van de stad en de rechtspraak.
  • Stedelingen betaalden belasting aan de heer en in ruil eisten ze  stadsrechten .
  • Door stadsrechten mocht heer bijvoorbeeld geen recht meer spreken in stad. Stedelijke burgers gingen zelf rechtspreken en werden schepen.
  • Burgers hadden door deze rechten meer invloed op bestuur dan mensen in dorpen.

Slide 30 - Tekstslide

Vrijheid op platteland
  • Vrijheden en voorrechten lokten veel mensen naar stad.
  • Maar door massale trek van horigen naar stad, ontstond een tekort aan horigen op domeinen.
  • Oplossing: adel op domeinen verlaagde belastingen en verminderde herendiensten.
  • Opkomst van steden zorgde dus voor vrijheid voor iedereen.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Meer vrijheid 
Opkomst van de steden ontstond voor meer vrijheid voor de bevolking, zowel in de steden als op het platteland. 

Slide 33 - Tekstslide


Van wie kreeg een stad, stadsrechten?
A
Magistraat
B
Schout
C
Burgemeester
D
Heer

Slide 34 - Quizvraag

Vraag 6: Welk begrip hoort bij onderstaande bron.

A
stadsrechten
B
domein
C
herendiensten
D
handel

Slide 35 - Quizvraag

Waarom zou een heer stadsrechten aan een stad verlenen?
A
Het gaf de heer aanzien als hij een grote stad in zijn gebied had
B
Hij wilde graag dat de mensen in zijn gebied een beter leven kregen.
C
Hij kreeg in ruil daarvoor belastingen en militaire steun

Slide 36 - Quizvraag

In de late middeleeuwen kregen veel steden stadsrechten van de vorst. Bij welk kenmerkend aspect past deze ontwikkeling?
A
het begin van staatsvorming en centralisatie
B
het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat
C
de opkomst van handel en ambachten die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-stedelijke samenleving
D
de opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden

Slide 37 - Quizvraag

Oorzaken ontstaan van steden
Gevolgen ontstaan van steden
Geldeconomie
Uitvindingen landbouw
Oprichting Hanze
Toenemende handel
Ontstaan marktplaatsen
Ontstaan ambachten
Kopen van stadsrechten

Slide 38 - Sleepvraag

Lesdoelen

  • je weet in welke gebieden in Europa de overgang van een landbouw samenleving naar een landbouwstedelijke samenleving begon
  • Je kunt met voorbeelden beschrijven hoe de opkomst van handel leidde tot de opkomst van jaarmarkten en havensteden in Europa.
  • Je weet waarom burgers en boeren door de opkomst van steden meer vrijheid kregen.
  • Je weet hoe door de economische macht van de steden hun zelfstandigheid toenam.

Slide 39 - Tekstslide

zelf verder werken
beantwoord de leerdoelen
maak §4.1 opdr.  9

Slide 40 - Tekstslide