Theater speelstijlen: Romantiek en Realisme

Leerdoelen:
o Weet je aan de hand van welke begrippen je theater kan beschrijven;
o Kan je uitleggen hoe de opera’s van Verdi en Wagner eruit zien;
o Je kan uitleggen hoe de visie van Wagner op theater tot uitdrukking komt in zijn nieuwe theatergebouw (Bayreuth);
o Ken je de volgende begrippen: gesamtkunstwerk, Verisme, ouverture, recitatief, aria, libretto, muziektheater, leidmotief, melodrama, naturalistisch theater, varieté/vaudeville.

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen:
o Weet je aan de hand van welke begrippen je theater kan beschrijven;
o Kan je uitleggen hoe de opera’s van Verdi en Wagner eruit zien;
o Je kan uitleggen hoe de visie van Wagner op theater tot uitdrukking komt in zijn nieuwe theatergebouw (Bayreuth);
o Ken je de volgende begrippen: gesamtkunstwerk, Verisme, ouverture, recitatief, aria, libretto, muziektheater, leidmotief, melodrama, naturalistisch theater, varieté/vaudeville.

Slide 1 - Tekstslide

Waarmee wordt een
theatervoorstelling
vormgegeven?

Slide 2 - Woordweb

Vormgeving theater
Spel:
Lichaam
Stem
Speelstijl
Mise-en-scène

Theatervormgeving:
Locatie
Decor
Kostuum
Grime en hairstyling
Rekwisieten
Attributen
Belichting
Muziek
Geluid en geluidseffecten

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Melodrama
Theater populair in de Romantiek. 

Spectaculaire melodrama's moesten veel publiek trekken. Speelstijl verandert om het grote publiek (ook achterin de zaal) te bereiken:
- Harder en nadrukkelijker spreken;
- Grote gebaren, emoties worden uitvergroot;
- Duidelijke opbouw van verhaal met dezelfde types (boef, verleidelijke vrouw, held);
- Vaak goede afloop.


Slide 5 - Tekstslide

Opera
Muziektheater: combinatie muziek en toneel.

Rond 1600 ontstaan in Italië.

Genres in 19e eeuw:
- Grand Opéra: groots opgezet, nadruk op kostuums, decor, enscenering. (Meyerbeer)
- Muziekdrama: dramatische, groots aangezette opera's, 'Wagneriaans'. (Wagner)
- Veristische opera - Italiaans operagenre dat de gewone man centraal stelde. (Mascagni)


Slide 6 - Tekstslide

Opera
Ouverture: Opera begint met gesloten doek, muzikale thema's uit de opera worden ten gehore gebracht.

Recitatief: gezongen tekst in spreekstijl met als doel het verhaal te vertellen.

Aria: lied waarin zanger uiting geeft aan zijn gemoedstoestand. 

Libretto: tekst voor de opera.

Slide 7 - Tekstslide

1

Slide 8 - Video

03:08
Hoe noem je dit gedeelte van de opera?
Leg ook uit wat de functie hiervan is.

Slide 9 - Open vraag

Verdi
Grootste operacomponist van Italië.

Opera als menselijk drama:
- Sterke emotionele situaties
- Scherpe contrasten
- Vlotte handelingen

Opwindende en krachtige melodieën en ritmes. 


Slide 10 - Tekstslide

Wagner
Groot operavernieuwer.
Opera's moesten volgens hem één doorlopende geheel worden...een

'GESAMTKUNSTWERK'= muziektheater waarin poëzie, decor, mise-en-scène, handeling en
muziek tot een eenheid zijn gevormd.
Functie: Door de integratie van kunstvormen werden alle zintuigen tegelijk geprikkeld waardoor een totaalervaring bij de beschouwer ontstond.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wagner
Mythen, sagen, legenden als onderwerp. 

Muziek wordt doorgecomponeerd.

'LEITMOTIV' (LEIDMOTIEF)=
een muzikaal thema dat in een opera steeds terugkeert als in de tekst of op het toneel een bepaalde figuur, gedachte of voorwerp verschijnt. Ook gebruikt voor emoties/gedachten.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Bayreuth
In 1874 bouwde Wagner een schouwburg (Festspielhaus) voor zijn opera's. 

Deze voldeed aan zijn wensen:
- Orkest onder podium in orkestbak.
- Zaalverlichting ging uit tijdens de voorstellingen, zodat de aandacht naar het podium gericht werd.
- Na aanvang niet meer naar binnen.


Slide 18 - Tekstslide

Drama
Victor Hugo - 'Hernani'/ 'Les Miserables'/ 'Klokkenluider van de Notre Dame'

'Kunst moet toegankelijk zijn voor het hele volk, niet alleen voor de elite.'

- Stelt de dagelijkse problemen uit de samenleving aan de orde.
- Klaagt Franse rechtssysteem en sociale wetten aan in zijn stukken.
- Begrijpelijke spreektaal.


Slide 19 - Tekstslide

Verisme
Tussen 1875-1900
Waarheidsgetrouwheid (vero=waar)

Deze opera's gaan over het leven van gewone mensen in alledaagse situaties. 
De handelingen zijn emotioneel van aard.

Tegenstellingen als absolute liefde - extreem lijden staan centraal.
- Heftige dramatiek
- Overvloed aan emotie

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Naturalistisch theater
Tussen 1880-1900
Theater waarin een perfecte illusie van de werkelijkheid wordt weergegeven. 

De schaduwzijde van de maatschappij:
- de opkomende arbeidersklasse;
- de toenemende verpaupering;
- de uitbuiting voor de bezittende klasse;

Herman Heijermans, toneelstuk 'Op hoop van zegen'. 




Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Revues (variété/vaudeville)
- Puur amusement voor het grote publiek.
- Allerlei artiesten met diverse afwisselende acts treden op: jongleurs, goochelacts, acrobaten, cabaret, zang en dans.
- Ontstaan op marktpleinen, maar verplaatst naar grote revuetheaters: Moulin Rouge, Folies Bergère.

Slide 25 - Tekstslide