VT herhaling

VT herhaling
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

VT herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Onderwerpen die we behandeld hebben
  • Vormen van dementie
  • Wet en regelgeving 
  • Kwetsbare ouderen
  • Neurocognitieve stoornissen
  • Ouderen met psychosociale problemen
  • Ouderenmishandeling
  • Revalidatie
  • Palliatieve zorg
  • Ziekten van het circulatiestelsel, ademhalingsstelsel, zenuwstelsel, oncologische aandoeningen

Slide 2 - Tekstslide

Ziekte van Alzheimer
Vasculaire dementie

Lewy Body dementie
Fronto-temporale dementie
 (ziekte van Pick)
Op verschillende plaatsen in de hersenen is de bloedvoorziening verstoord
Bij deze vorm van dementie ontstaat doordat hersencellen in de frontaalkwab (gedragsgebied) en de temporaalkwab (taalgebied) afsterven
De cellen in bepaalde delen van de hersenen functioneren niet meer door ophoping van eiwitten
Hoopjes eiwitten  ontstaan in de zenuwcellen van je hersenen. , heeft kenmerken van  Parkinson en Alzheimer

Slide 3 - Sleepvraag

Welke benaderingswijze wordt in de voorfase van dementie gebruikt?
A
Rot
B
Validation
C
Snoezelen
D
Warme Zorg

Slide 4 - Quizvraag

Welke benaderingswijze wordt in de voorfase van dementie gebruikt?
A
Rot
B
Validation
C
Snoezelen
D
Warme Zorg

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het doel van de wet zorg en dwang?
A
Onvrijwillige zorg voor cliënte zoveel mogelijk voorkomen
B
Het bevorderen van efficiëntie in de gezondheidszorg
C
Het beschermen van privacy van zorgverleners
D
Cliënten beschermen tegen de nadelen van onvrijwillige zorg

Slide 6 - Quizvraag

In de wet zorg en dwang wordt gesproken over de zorgverantwoordelijke; wie kan dat zijn binnen de organisatie bij de wet zorg en dwang
A
altijd een arts
B
minimaal niveau 3
C
diegene die verantwoordelijk is voor het zorgplan

Slide 7 - Quizvraag

Wat is risicosignalering?
A
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico's bij de zorgvrager.
B
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico's bij de zorgvrager. Dit wordt vastgelegd in het zorgleefplan.
C
Het in een vroeg stadium signaleren van (gezondheids)risico's bij de zorgvrager. Dit wordt vastgelegd in het zorgleefplan en er wordt actie op ondernomen

Slide 8 - Quizvraag

Op welke gebieden signaleer je risico's?
A
Medicatiegebruik, huidletsel, vallen, incontinentie, depressie en ondervoeding of overgewicht.
B
Ik ben me op allerlei gebieden bewust van de risico's voor zorgvragers.
C
Pijn, medicatiegebruik, huidletsel, delier, incontinentie, depressie en ondervoeding over overgewicht.

Slide 9 - Quizvraag

Voor de screening van de risico's en tijdige onderkenning van problemen worden verschillende instrumenten gebruikt.
Depressie
Ondervoeding
Delier
DOSS
SNAQ
GDS

Slide 10 - Sleepvraag

Kleine bloedsomloop
Organen
Grote bloedsomloop
Hart
Longen

Slide 11 - Sleepvraag

Hartfalen is:
A
Verminderde pompfunctie hart
B
Hartkramp door zuurstofterkort
C
Een ander woord voor een hartaanval
D
Een beroerte

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn de symptomen van een hartinfarct?
A
Beklemmende, drukkende pijn op de borst. Uitstraling naar nek, kaak en armen.
B
Misselijk, zweten, braken en snelle ademhaling.
C
Pijn tussen schouderbladen, kortademigheid, extreme moeheid en angstig.
D
Alle symptomen horen bij een hartinfarct

Slide 13 - Quizvraag

Hypertensie
- Hoe stel je hypertensie vast?
- Welk onderzoek vindt daarna vaak plaats?
- Hoe wordt hypertensie behandeld? 

Slide 14 - Tekstslide

In de zorg kom je zorgvragers tegen met verschillende psychische problemen. Een van die problemen is depressie.

Welke definitie past het best bij de term depressie?
A
Een depressie is een psychotische stoornis die gepaard gaat met een verlies van interesse
B
Een depressie is een sombere periode die ontstaat door ziekte en eenzaamheid
C
Een depressie is een stemmingsstoornis die gepaard gaat met langdurige somberheid

Slide 15 - Quizvraag

Depressie komt voor in alle lagen van de samenleving en bij (bijna) alle leeftijden.

Wat kan het signaleren van depressie bij ouderen bemoeilijken?
A
De stemming van de oudere verbetert vaak in gezelschap
B
Ouderen benoemen somberheid eerder als eenzaamheid
C
Ouderen praten liever niet over sombere gevoelens
D
Somberheid hoort bij het ouder worden

Slide 16 - Quizvraag

Wat is jicht?
A
Gewrichtspijn die ontstaat door overbelasting van de voeten
B
Spierontstekingen die ontstaan door ouderdom
C
Gewrichtspijn aan de dikke teen die ontstaat door het dragen van te strak schoeisel
D
Ontsteking in een gewricht die wordt veroorzaakt door het onvermogen van het lichaam om urinezuren af te voeren

Slide 17 - Quizvraag

Hoe herken je een heup (collum) fractuur?
A
het been is naar binnen of naar buiten gedraaid
B
been van de gebroken heup is dikker
C
het been met de gebroken heup lijkt verkort
D
de heup kan maar op één plek gebroken zijn

Slide 18 - Quizvraag

Stelling 1: MS is een spierziekte.
Stelling 2: ALS is een spierziekte.
Stelling 3: Duchenne is een spierziekte
A
1 = juist, 2 = juist, 3 = onjuist
B
1 = juist, 2 = onjuist, 3 = onjuist
C
1 = onjuist, 2= juist, 3 = juist
D
1 = onjuist, 2 = onjuist, 3 = juist

Slide 19 - Quizvraag

Depressie
Parkinson
CVA
Reuma
Longontsteking
Een acute aandoening
Een chronische aandoening

Slide 20 - Sleepvraag

Artrose
Reumatoide artritis
Osteoporose
Jicht
Dunner worden van het  gewrichtskraakbeen door ouder worden, overgewicht en
overbelasting 


Auto immuunziekte 
Botontkalking:
Bot verliest steeds meer botmineralen en kalk
Te veel  aan urinezuur.
Te hoge productie van urinezuur van het lichaam zelf of door dieet.



Slide 21 - Sleepvraag

Wat is COPD?
A
Een verzamelnaam voor de ziektes: longemfyseem en bronchitis
B
Een soort astma
C
Een chronische aandoening van de luchtpijp
D
Een bloedprop in de longen

Slide 22 - Quizvraag

Wat is een longontsteking?
A
Ontsteking van de bronchiën
B
Ontsteking van de longblaasjes
C
Ontsteking van de longkwab
D
Ontsteking van de luchtpijp

Slide 23 - Quizvraag

Bij astma:
A
zijn de longen af en toe ontstoken waardoor een astma-aanval op treedt
B
is er sprake van vernauwing van de longen door een allergie
C
zijn de bronchiën altijd ontstoken en reageren daardoor sterker op prikkels, waardoor een astma-aanval kan optreden
D
zijn de bronchiën ontstoken, maar je kunt er wel van genezen

Slide 24 - Quizvraag

Geef drie voorbeelden van medische problemen van mensen op een revalidatieafdeling.

Slide 25 - Open vraag

Zet de begrippen op de juiste plek
Kankercel
Uitzaaiing
Tumor

Slide 26 - Sleepvraag

Wat is een ander woord voor gezwel?
A
Tumor
B
Kanker
C
Maligne
D
Benigne

Slide 27 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen bestraling en chemotherapie?

Slide 28 - Open vraag

Hoeveel mensen worden slachtoffer van ouderenmishandeling?
A
1 op 10
B
1 op 20
C
1 op 30
D
1 op 40

Slide 29 - Quizvraag

welke vormen van ouderenmishandeling zijn er?
A
Psychisch en seksueel
B
Verwaarlozing en financieel
C
Lichamelijk en emotioneel
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 30 - Quizvraag

Is het ontzeggen van zorg ook ouderenmishandeling?
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quizvraag

Module afsluiten
Integratieve opdracht
  • Feedback verwerken
  • Redeneerhulp bij elke stap verzorgend redeneren (zie canvas)


Kennistestbank minimaal op 65%

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide