§6.3 Veelkleurige samenleving

 §6.3 Veelkleurige samenleving
Nederland na 1945
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

 §6.3 Veelkleurige samenleving
Nederland na 1945

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt drie groepen migranten noemen en uitleggen waarom zij naar Nederland kwamen.

  • Je kunt uitleggen hoe de integratie van migranten in Nederland verliep.

  • Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met diversiteit en in hoeverre Nederland een inclusieve samenleving is.
Planning:
  • Leerdoelen
  • Herhaling §6.2
  • Uitleg
  • Huiswerk
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Welke jeugdcultuur is dit?
A
Hippie
B
Provo
C
Nozem
D
Punk

Slide 3 - Quizvraag

Wat is GEEN doel van de Tweede Feministische Golf?
A
Seksuele vrijheid
B
Recht op abortus
C
Gelijke beloning
D
Kiesrecht

Slide 4 - Quizvraag

1. 1950
Indonesiërs
2. Eind 1950-1970
Gastarbeiders
3. 1975
Surinamers
4. Vanaf jaren 80
Vluchtelingen
5. Vanaf 2000
Arbeidsmigranten
Vijf groepen migranten

Slide 5 - Tekstslide

Zet de migranten in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
Gastarbeiders
Arbeidsmigranten
Surinamers
Vluchtelingen
Indonesiërs

Slide 6 - Sleepvraag

§6.3
Veelkleurige samenleving
A
Migratie
Leerdoel:
Je kan drie groepen migranten noemen en uitleggen waarom zij naar Nederland kwamen
Vanaf 1945 kwamen er migranten naar Nederland van buiten Europa.

  1. De voormalige koloniën Indonesië, Suriname en de Antillen.

Redenen:
 
  • onzekere toekomst van hun land
  • slechte economische omstandigheden van hun land
  • onveiligheid ivm gemengd Nederlands-Indonesische afkomst of samengewerkt met Nederland tijdens koloniale oorlog.
Begrippen:
gastarbeiders
asiel

Slide 7 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
A
Migratie
Leerdoel:
Je kan drie groepen migranten noemen en uitleggen waarom zij naar Nederland kwamen
Vanaf 1945 kwamen er migranten naar Nederland van buiten Europa.

  1. De voormalige koloniën Indonesië, Suriname en de Antillen.
  2. Gastarbeiders

Redenen:
 
  • Vanaf 1960 komen mensen uit Zuid-Europa, Marokko en Turkije naar Nederland om te werken.
  • Zwaar en laagbetaald werk in industrie, mijnen of havens
  • Vanaf 2000 arbeidsmigranten uit Oost-Europa
Begrippen:
gastarbeiders
asiel

Slide 8 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
A
Migratie
Leerdoel:
Je kan drie groepen migranten noemen en uitleggen waarom zij naar Nederland kwamen
Vanaf 1945 kwamen er migranten naar Nederland van buiten Europa.

  1. De voormalige koloniën Indonesië, Suriname en de Antillen.
  2. Gastarbeiders
  3. Asielzoekers

Redenen:
 
  • Mensen vragen in Nederland asiel aan
  • Zij ontvluchten hun land omdat zij worden vervolgd of gevaar lopen.
  • Zij vragen toestemming om (tijdelijk) in Nederland te mogen blijven.
Begrippen:
gastarbeiders
asiel

Slide 9 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
Leerdoel:
Je kan uitleggen hoe de integratie van migranten in Nederland verliep
Door de komst van migranten werd Nederland een multiculturele samenleving, 25% van de Nederlandse bevolking is migrant of een kind van een migrant. 
Begrippen:
multiculturele samenleving
integratie

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

2M GS maandag 19 mei
Wat weet je nog van: migratie naar Nederland?

Slide 12 - Woordweb

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
Al deze migranten moesten onderdeel van Nederland worden. Ze moesten integreren. 
Dit ging lange tijd moeizaam:
  1. De overheid dacht dat migranten zelf hun weg wel zouden vinden
    - migranten hadden nauwelijks scholing gehad, dus leerden de Nederlandse taal moeilijk
    - hierdoor minder kans op werk
    - ook hun kinderen hadden minder kansen

Slide 13 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
Al deze migranten moesten onderdeel van Nederland worden. Ze moesten integreren. 
Dit ging lange tijd moeizaam:
  1. De overheid dacht dat migranten zelf hun weg wel zouden vinden.
  2. Discriminatie
    - vooral bij zoeken naar stage, werk of woning

Slide 14 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
Al deze migranten moesten onderdeel van Nederland worden. Ze moesten integreren. 
Dit ging lange tijd moeizaam:
  1. De overheid dacht dat migranten zelf hun weg wel zouden vinden
    - migranten hadden nauwelijks scholing gehad, dus leerden de Nederlandse taal moeilijk
    - hierdoor minder kans op werk
    - ook hun kinderen hadden minder kansen
  2. Discriminatie
  3. Wonen in dezelfde wijken
    - hierdoor weinig contact met Nederlanders
    - oude stadswijken veranderden hierdoor snel
    - er kwam verzet tegen migratie

Slide 15 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
De overheid probeerde de migratie vanaf 1990 te beperken en de integratie te verbeteren:
  • migranten moeten de Nederlandse taal leren
  • migranten moeten kennis verkrijgen van de Nederlandse maatschappij

Vanaf die tijd ontstonden er ook politieke partijen die migratie van buiten Europa nog verder willen beperken of helemaal willen stoppen.

Slide 16 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
B
Integratie
Leerdoel:
Je kan uitleggen hoe de integratie van migranten in Nederland verliep
Integratie = meedoen in de samenleving en als gelijkwaardig worden geaccepteerd.
  • Integratie verliep moeizaam, vooral voor migranten van buiten Europa.
Oorzaken:
  • Weinig scholing → moeite met taal → minder kans op werk.
  • Discriminatie bij werk, stage of woning.
  • Weinig contact met Nederlanders (woonden vaak bij elkaar in aparte wijken).
Gevolg: achterstanden in scholing en inkomen.
Reactie overheid (vanaf jaren 1990):
  • Minder migratie toestaan.
  • Taal- en inburgeringsplicht.
  • Opkomst van politieke partijen die migratie verder wilden beperken.

Begrippen:multiculturele samenleving, integratie
Lees 6.3: Migratie en markeer antwoord op leerdoel.
Klaar? Maak opdrachten 2 t/m 5 van 6.3 

Slide 17 - Tekstslide

Lees: 'Geen multiculturele samenleving' en bekijk bron 15. Zet de kenmerken op de juiste plek. Horen ze wel of niet bij een multiculturele samenleving. 
Hoort wel bij een multiculturele samenleving
Hoort niet bij een multiculturele samenleving
Verschillende culturen nemen gewoontes van elkaar over. 
Culturen groeien meer uit elkaar, aan beide kanten komt er meer onvrede over 'de ander'.
Er is weinig tot geen kritiek op migranten en hun cultuur
Mensen mogen een dubbele nationaliteit hebben, dus twee paspoorten. 
Hoofddoekjes zijn niet toegestaan op scholen. 
Er mogen geen moskeeën worden gebouwd. 

Slide 18 - Sleepvraag

GS 2MD: Do 22-5
  1. Afmaken 6.3 (laatste uitleg, markeren)
  2. 10 min aan opdrachten 6.3
  3. Start 6.4
  4. video opdracht
  5. (start opdrachten 6.4)
  6. exit ticket

Slide 19 - Tekstslide



Je gaat zo kijken naar een video waar Pim Fortuyn zijn mening geeft over de multiculturele samenleving, en of deze 'gelukt' is. 

Wat vind jij? Is Nederland een Multiculturele samenleving en is deze 'gelukt'.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat vind jij? Is Nederland een Multiculturele samenleving en is deze 'gelukt'.

Slide 22 - Open vraag

§6.3
Veelkleurige samenleving
C
Meer diversiteit
Leerdoel:
Je kan uitleggen wat wordt bedoeld met diversiteit en in hoeverre Nederland een inclusieve samenleving is.
De Nederlandse samenleving kent veel diversiteit. Dat betekent dat we op allerlei manieren van elkaar verschillen:
  • geslacht
  • huidskleur
  • culturele achtergrond
  • seksuele oriëntatie

Een samenleving waarin iedereen kan meedoen en verschillen tussen mensen worden geaccepteerd, noem je een inclusieve samenleving
Begrippen:
diversiteit
inclusieve samenleving

Slide 23 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
C
Meer diversiteit
LHBTI'ers:
  • Verschillende vormen van seksualiteit zijn in Nederland meer geaccepteerd
  • Vanaf 1970 makkelijker om openlijk homoseksueel te zijn
  • Wetten werden aangepast zodat homoseksuelen op dezelfde manier deel konden nemen aan de maatschappij

Slide 24 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
C
Meer diversiteit
LHBTI'ers:
  • Verschillende vormen van seksualiteit zijn in Nederland meer geaccepteerd
  • Vanaf 1970 makkelijker om openlijk homoseksueel te zijn
  • Wetten werden aangepast zodat homoseksuelen op dezelfde manier deel konden nemen aan de maatschappij
  • 2001: homoseksuelen mogen trouwen voor de wet
  • Vanaf 2000 groeide ook langzaam de acceptatie van transgenderpersonen
Op 1 april 2001 trouwden Frank Wittebrood (links) en Peter Lemke. Voor het eerst traden twee mannen met elkaar in het huwelijk, een wereldprimeur. De hele wereldpers was erbij.

Slide 25 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
C
Meer diversiteit
Vanaf 2000 groeit het gebruik van internet thuis:
  • Voor diverse groepen makkelijker om hun stem te laten horen
  • Via social media en YouTube je mening geven 
  • #MeToo zorgde voor meer aandacht voor seksueel grensoverschrijdend gedrag
  • Nadelen: nepnieuws, aanzetting tot haat. 

Slide 26 - Tekstslide

§6.3
Veelkleurige samenleving
C
Meer diversiteit
Leerdoel:
Je kan uitleggen wat wordt bedoeld met diversiteit en in hoeverre Nederland een inclusieve samenleving is.
Diversiteit = mensen verschillen in o.a. geslacht, kleur, cultuur, seksualiteit
  • Inclusieve samenleving = iedereen kan meedoen, verschillen worden geaccepteerd.
  • Vooruitgang: meer gelijke kansen voor vrouwen, migranten en lhbti’ers.
  • Voorbeelden: homohuwelijk (2001), groeiende acceptatie van transgenderpersonen.
  • Sociale media: geven groepen een stem (zoals bij #MeToo), maar ook risico op nepnieuws en haat.
  • Nog geen volledige inclusie: discriminatie bestaat nog steeds.

Begrippen: diversiteit, inclusieve samenleving
Lees: 'meer diversiteit' en markeer antwoord op leerdoel
Klaar? Maak opdrachten 2 t/m 12 van 6.3 af 
timer
10:00

Slide 27 - Tekstslide