Theorien over criminaliteit

Paragraaf 3 
De wetenschap over criminaliteit
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 3 
De wetenschap over criminaliteit

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een theorie ?

- Een verklaring voor dingen die om ons heen gebeuren.

In dit geval : 
' Hoe ontstaat criminaliteit ' 

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen 

1: Er zijn 5 theorien over hoe criminaliteit is ontsaan
2: elk groepje krijgt een eigen theorie 
3: Zoek de belangrijkste dingen uit de leertekst over jou theorie en schrijf dit op.  ( paragraaf 3 criminaliteit BLZ 132,) 
4:  Kies 1 iemand uit die de theorie uitlegt. 
5. Vervolgens klassikaal invullen op de slide's. 
6. Dit kunnen jullie leren 

Slide 3 - Tekstslide

1. Persoonlijkheidstheorie
2. Bindingstheorie
3. Aaangeleerd-gedrag theorie
4. Etiketteringstheorie 
5. Gelegenheidstheorie 

Slide 4 - Tekstslide

Persoonlijkheidstheorie
-Gevolg van psygische stoornis. 
- er zijn twee oerdriften : 
Seks en agressie. Ook hebben wij een geweten. Ons geweten zegt : sla niet zomaar iemand in elkaar. 

- Als je je driften niet kan beheersen vertoon je sneller crimineel gedrag. 





Voorbeeld : 
- iemand met een psygische stoornis wordt sneller agresief en slaat iemand in elkaar. 

Slide 5 - Tekstslide

Bindingstheorie 

-Bindingen die je hebt voorkomen dat je crimineel gedrag vertoont. 

Voorbeeld van bindingen : familie vrienden. 
Voorbeeld : 

-je stelt je ouders teleur

- Je gaat geen overal plegen omdat je bang bent dat  je dan niet meer voor je kind kan zorgen

Slide 6 - Tekstslide

Aangeleerd-gedrag theorie : 

Je neemt slechte dingen over van anderen zoals vrienden en familie. 

-je omgeving speelt een rol, je leert gedrag van anderen aan. 
Voorbeeld : 

Als je vrienden hebt die het gewoon vinden om te stelen ga jij dat ook makkelijker doen.

Slide 7 - Tekstslide

Etiketteringstheorie 

- Iemand die een etiket opgeplakt krijgt : bijvoorbeeld
bijvoorbeeld:  'je bent crimineel'

Gaat diegene zich daar ook naar gedragen. 
Voorbeeld : 

- Iedereen zegt dat je iets hebt gestolen, iedereen noemt je crimineel. En dan ga je je daar naar gedragen.

Slide 8 - Tekstslide

Gelegenheidstheorie 

Mensen kiezen wat het voordeligste is. Criminelen denken ook zo. "wat levert deze misdrijf mij op?' 

'Waar veel valt te halen, wordt veel gestolen.' 
Voorbeeld : 

- In een grote stad valt meer te halen, en is de pakkans kleiner ( wordt minder snel herkent ) ontstaat er sneller crimineel gedrag. 

(gelegenheid ) 

Slide 9 - Tekstslide

Maken : werkboek 
Magister- leermiddelen 
maatschappijleer, thema criminaliteit 
Paragraaf 3. 

Slide 10 - Tekstslide