Bijeenkomst 4 - Opvoedvaardigheden + Ontwikkelingstaken

Programma 
  • Opvoedingsvaardigheden 
  • Opdracht 
  • Ontwikkelingstaken en
      opvoedingsopgaven 
  • Opdracht 
  • Opdracht 
  • Afsluiting 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Programma 
  • Opvoedingsvaardigheden 
  • Opdracht 
  • Ontwikkelingstaken en
      opvoedingsopgaven 
  • Opdracht 
  • Opdracht 
  • Afsluiting 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 
  • Je kunt uitleggen wat opvoedingsopgaven zijn 
  • Je kunt voorbeelden noemen van opvoedingsvaardigheden in de
      verschillende ontwikkelingsfasen 
  • Je weet welke opvoedingsopgaven er bij de verschillende
      ontwikkelingsfasen horen 

Slide 2 - Tekstslide

Microsysteem
  • Ouder, kind en gezinsfactoren 
  • Wat zijn beschermende factoren? 

  • Algemene opvoedings-
      vaardigheden (gezinsfactor)
  • Opvoedingsvaardigheden
      passend bij ontwikkelingstaken
      (gezinsfactor)    

Slide 3 - Tekstslide

Opvoedingsvaardigheden 
Vijf opvoedingsvaardigheden die in elke ontwikkelingsfase belangrijk zijn: 
  1. Emotioneel ondersteunen
  2. Informatie en uitleg geven
  3. Respect voor autonomie
  4. Structuur en grenzen
  5. Stimuleren van ontwikkeling 

(bron: NJI, 2020) 


Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 
  • Vorm een twee- of drietal 
  • Bedenk bij iedere opvoedingsvaardigheid
      een voorbeeld 
  • Bedenk een voorbeeld voor minimaal twee
     ontwikkelingsfasen (peuter - kleuter -
      schoolkind - puber - adolescent) 

Klassikaal terugkoppelen. 

Slide 5 - Tekstslide

1. Emotioneel ondersteunen 

Emotionele ondersteuning bieden is het kind een gevoel van geborgenheid geven zodat het kind zich veilig voelt. De opvoeder laat op een positieve manier zijn betrokkenheid blijken bij wat het kind doet en ervaart, bijvoorbeeld door troosten, complimenten, aanmoedigen en interesse tonen.
2. Informatie en uitleg geven 

Om de wereld te leren begrijpen heeft een kind informatie en uitleg nodig. Het is belangrijk
dat die informatie en uitleg aansluit bij de behoefte, de belevingswereld, de aandacht en het ontwikkelingsniveau van het kind. 

Slide 6 - Tekstslide

3. Respect voor autonomie 

De zelfstandigheid bevorderen en de eigenheid van het kind respecteren. Respect
voor de autonomie houdt in:
• het kind de ruimte geven om zoveel mogelijk zelf te doen en zelf te ontdekken;
• de inbreng van het kind positief waarderen;
• mét het kind praten, in plaats van tegen het kind of over zijn hoofd heen;
• het kind voorbereiden op wat er komen gaat.
4. Structuur en grenzen 

Om tegemoet te komen aan de groeiende behoefte aan zelfstandigheid en autonomie van het kind is het van belang dat het kind ervaart dat er een vaste structuur is en dat er grenzen zijn. Het het bieden van structuur is  het houvast dat het kind nodig heeft om zelfstandig activiteiten te ondernemen.

Slide 7 - Tekstslide

5. Stimuleren v.d. ontwikkeling 
Bij ontwikkelingsstimulering gaat het om de acties die ondernomen worden om kinderen te begeleiden bij het vergroten van vaardigheden en kennis, passend bij hun ontwikkelingsniveau. Het gaat daarbij om verschillende ontwikkelingsgebieden zoals cognitieve ontwikkeling, taalontwikkeling, motorische ontwikkeling en sociaal emotionele ontwikkeling.

Slide 8 - Tekstslide

Ontwikkelingstaken en opvoedingsopgaven 
In iedere ontwikkelingsfase staan er andere ontwikkelingstaken op de voorgrond. In iedere fase worden er specifieke opvoedingsopgaven van opvoeders gevraagd. 

(12 - 16 jaar / 16 - 23 jr) 

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 
  • Lees de informatie 
  • Komen er dingen bekend voor? 
  • Wat is nieuwe informatie? 
  • Waar wil je uitleg over? 
  • Schrijf je vragen op. 

Klassikaal nabespreken. 

(NJI, blz 26 - 29) 

Slide 10 - Tekstslide

12 - 23 jaar 
  • Puber (12 -  16 jr) 
  • Adolescent (16 - 23 jaar) 


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 
Je maakt een presentatie van 15 minuten. Deze presentatie gaat over jouw eigen opvoeding. 
  • Beschrijf jouw gezin (uit welke personen bestaat jouw gezin - visueel, stamboom) 
  • Beschrijf de belangrijkste normen en waarden die jij hebt meegekregen. Zijn dit normen en waarden die jouw ouders ook hebben meegekregen? Waarom zijn deze belangrijk? 
  • Beschrijf (globaal) hoe jouw opvoeding er in de verschillende levensfases uitzag. Hoe is jouw
      opvoeding nu anders dan bijvoorbeeld drie jaar geleden? 
  • Wat zijn positieve uitkomsten van jouw opvoeding? Zijn er ook dingen die jij zelf anders zou
      doen en waarom? 

Volgende les gaan jullie hier zelfstandig verder aan werken. 

Slide 14 - Tekstslide

Afsluiting 
  • Wat heb je geleerd vandaag? 
  • Tip / top voor de docent 

Post-it mag je op mijn bureau plakken ;) 

Slide 15 - Tekstslide