2. Barok en Kunst en leven

Barok
Kunst en leven

Je kan de werkwijze, positie en 
zelfpresentatie van barokkunstenaars 
plaatsen in de maatschappelijke context.
1600 - 1750
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Barok
Kunst en leven

Je kan de werkwijze, positie en 
zelfpresentatie van barokkunstenaars 
plaatsen in de maatschappelijke context.
1600 - 1750

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Uitleg thema 'Kunst en leven'.
Uitleg Barok en 'Kunst en leven'.
Barok en 'Kunst en leven' onderzoeken.
Algemene examenvragen oefenen
Vragen stellen

Slide 2 - Tekstslide

Waar zou het thema 'Kunst en leven' over kunnen gaan? Welke onderwerpen?

Slide 3 - Tekstslide

Kunst en leven
1. Hoe werken kunstenaars vroeger en nu anders?
2. Hoe is de status van kunstenaars veranderd?
3. Waarom maken kunstenaars zelfportretten?
4. Hoe zie je iemands leven of ideeën in kunst?
5. Hoe zien anderen kunstenaars?
6. Wat zegt een atelier over een kunstenaar?
7. Waarom verwerken kunstenaars hun eigen leven in kunst?  

Slide 4 - Tekstslide

Barok
De barok is een kunststijl uit de 17e eeuw met veel drama, beweging en sterke licht-donkercontrasten. Kunstenaars maakten indrukwekkende schilderijen, beelden en gebouwen om macht, geloof en emoties te laten zien.

Slide 5 - Tekstslide

Wie zijn de opdrachtgevers in de barok?


Slide 6 - Tekstslide

Barok
Tijdens de barok werd kunst gemaakt in opdracht van:

1. Het hof (in Frankrijk en Spanje)
2. De katholieke kerk (in Italië)
3. Het volk (Nederland – Gouden Eeuw)

Slide 7 - Tekstslide

De drie belangrijkste richtingen in de barok:
Religieuze barok – Kunst in dienst van de kerk, 
met dramatische scènes en sterke emoties 
(bijv. Caravaggio, Rubens).
Hofbarok – Luxe en macht uitstralende kunst voor 
koningen en adel (bijv. Versailles, Velázquez).
Burgerlijke barok – Kunst gericht op het dagelijks 
leven en portretten, vooral in protestantse landen 
(bijv. Rembrandt, Vermeer).

Slide 8 - Tekstslide

Beroepspraktijk barok
1. Hoe werken kunstenaars vroeger en nu anders?

In opdracht van de katholieke kerk, monarchen of aristocratie, vaak met als doel macht en religieuze overtuigingen te versterken.  Moderne kunstenaars werken vaak individueel, zonder vaste opdrachtgevers, en kunnen zelf hun thema’s en werkwijze bepalen.


Slide 9 - Tekstslide

Status van de barokkunstenaar
2. Hoe is de status van kunstenaars veranderd?

Hofschilders genoten aanzien aan koninklijke hoven. Toch waren veel barokkunstenaars nog afhankelijk, ze kregen opdrachten van rijke mensen en de kerk. In tegenstelling tot moderne kunstenaars hadden ze weinig vrijheid om zelfstandig kunst te maken zonder opdrachtgever.

Slide 10 - Tekstslide

Zelfpresentatie in de barok
3. Waarom maken kunstenaars zelfportretten?

Barokkunstenaars presenteerden zich 
vaak als intellectuelen en meesters 
van hun vak. 


Slide 11 - Tekstslide

Maatschappij in de barok
4. Hoe zie je iemands leven of ideeën in kunst?

Sommigen schilderden machtige 
mensen of religieuze verhalen om hun 
opdrachtgevers tevreden te houden, 
terwijl anderen het dagelijks leven 
verbeeldden.


Slide 12 - Tekstslide

Kunstenaars in de barok
5. Hoe zien anderen kunstenaars?

Barokkunstenaars werden vaak 
afgebeeld als briljante vakmensen 
of intellectuelen.


Slide 13 - Tekstslide

Atelier in de barok
6. Wat zegt een atelier over een kunstenaar?

Grote barokkunstenaars, zoals Rubens, hadden luxueuze ateliers met veel medewerkers en verzamelden kunst en antiquiteiten, wat hun status als intellectueel en kunstenaar onderstreepte. 

Slide 14 - Tekstslide

Barokleven in de kunst
7. Hoe verwerken kunstenaars hun eigen leven in kunst?  

Sommige barokkunstenaars, zoals 
Rembrandt, verwerkten hun persoonlijke 
emoties en levenservaringen in hun werk, 
bijvoorbeeld in zijn late zelfportretten


Slide 15 - Tekstslide

Barok en Kunst en leven
Kan je de werkwijze, positie en zelfpresentatie van barokkunstenaars in de maatschappelijke context plaatsen?

Slide 16 - Tekstslide

samengevat
In de barok werkte de kunstenaar vaak in opdracht van de kerk, de adel of de monarchie, wat hun werk beïnvloedde. De maatschappelijke positie van de kunstenaar verbeterde, vooral in hofkringen, waar ze aanzien en invloed kregen. Kunstenaars presenteerden zich als intellectuelen of vakmensen, vaak door zichzelf te schilderen in machtige of verfijnde posities, wat hun status in de maatschappij benadrukte. Hun werk reflecteerde de dramatische en emotionele sfeer van hun tijd, waarin macht, religie en de politieke situatie een grote rol speelden.

Slide 17 - Tekstslide

 Kunst en leven 
En dan gaan we nu breder kijken

Slide 18 - Tekstslide

Oefenvragen examen
gekoppeld aan thema kunst en leven
Gekoppeld aan thema kunst en leven

Slide 19 - Tekstslide

Mannen spelen de hoofdrol in de kunstgeschiedenis zoals we die kennen. Mannelijke kunstenaars hadden van oudsher meer kansen en soms, zoals in de negentiende eeuw, was het voor vrouwen zelfs verboden kunst te maken. Daarbij hebben mannen de kunstgeschiedenis letterlijk geschreven. Toch waren er uiteraard altijd vrouwen actief in de kunsten. Zij maakten baanbrekend werk en plaveiden de weg voor anderen na hen. De laatste tijd is hier steeds meer aandacht voor.

Slide 20 - Tekstslide

Claude Cahun (geboren als Lucy Schwob, later veranderde zij haar naam) was een Franse surrealistische kunstenaar. In haar werk stelt zij vraagstukken rond gender en seksualiteit centraal. *


Bekijk het werk I am in training, don't kiss me (1927) van Claude Cahun. (Ik train, kus me niet)

Leg uit hoe Cahun gender zichtbaar maakt en geef twee voorbeelden. 

Slide 21 - Tekstslide

Yayoi Kusama is een kunstenaar uit Japan. In haar lange carrière, Kusama is 93 jaar oud, heeft ze op veel plekken gewerkt en in veel verschillende media, waaronder sculptuur, performance, schilderkunst, videokunst en mode. Stippen zijn al jarenlang een terugkerend thema in haar werk. Ze werd er wereldberoemd mee.

Slide 22 - Tekstslide

Het werk hiernaast heet "In Infinity "(In oneindigheid).

Benoem aan de hand van de voorstelling waarom dit werk oneindig lijkt.


Benoem aan de hand van twee kenmerken van de vormgeving dat het oneindig lijkt

 

Slide 23 - Tekstslide

Kusama verhuisde van Japan naar New York en deelde daar een atelier met Donald Judd. Hier leerde ze het abstract expressionisme en minimalisme kennen. Ondanks haar eigen stijl kun je kenmerken van het abstract expressionisme en het minimalisme terugzien in het werk van Kusama.

Slide 24 - Tekstslide

Bekijk het werk uit het atelier van Kusama in New York.

 
Leg uit hoe je het abstract expressionisme en het minimalisme terugziet in Kusama’s werk. 

Slide 25 - Tekstslide

Kusama is altijd open geweest over haar mentale gezondheid en worsteling met angsten en obsessieve-compulsieve stoornis. Over haar leven en het maken van kunst zei ze: “Als ik geen kunst zou maken, had ik mezelf al lang geleden van het leven beroofd.”

Kusama zet al decennialang dezelfde stippen. Het is haar artistieke expressie. Uit haar uitspraken blijkt dat het maken van kunst nog een andere belangrijke functie heeft in haar leven. 
Beredeneer welke functie kunst maken nog meer heeft voor Kusama

Slide 26 - Tekstslide


In 1935 had de schilder Pyke Koch al een zelfportret gemaakt. Over het resultaat was hij niet tevreden en hij vernietigde het. Een jaar later maakte hij een nieuwe versie die qua compositie sterk lijkt op het werk uit 1935, maar een krachtiger uitstraling heeft. Beide schilderijen waren zonder zwarte band om het hoofd. In 1937 maakte hij zijn derde zelfportret, nu wel met zwarte band. Hij vond dat zijn voorhoofd anders teveel opviel

Slide 27 - Tekstslide

Pyke Koch wilde kracht uitstralen met dit portret. 

Noem 1 aspect van de vormgeving van dit schilderij wat ervoor zorgt dat het een krachtige uitstraling heeft. 

Vind jij dat hij door dit portret sterk overkomt?  Geef een duidelijk argument voor je mening (en herhaal niet vraag 1)

Slide 28 - Tekstslide

Dit is een zelfportret van "van Gogh". Als het goed is, kun jij zien dat dit een schilderij is uit de tijd van het impressionisme. 

Noem 2 aspecten van de vormgeving waaraan jij kunt zien dat van Gogh experimenteerde met het weergeven van de werkelijkheid.

Slide 29 - Tekstslide

Van Gogh experimenteerde met kleur en vorm: hij plaatste gekleurde streepjes naast elkaar om zo een geheel te vormen. Dit vormde samen een portret, maar was minder realistisch dan het mengen van een echte huidskleur. De kleur werd pas in je oog gemengd. 
Ook experimenteerde Van Gogh met licht en donker door weer donkere kleuren tegen lichte kleuren te laten afsteken en te werken met een kleur-en lichtcontrast. 

Waarom maakte van Gogh een zelfportret, denk je? Geef een argument voor je mening. 

Slide 30 - Tekstslide

Algemene tips examen

Slide 31 - Tekstslide