Les 10 maart Hs 5 Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

lezen (p3t6)

Hoofdstuk 4: tekstverbanden en signaalwoorden

Hoofdstuk 5: het doel van een tekst

Hoofdstuk 6: tekst en beeld

Proefwerk 24 maart 2021

Planning op de site van NN

Hoofdstuk 4: tekstverbanden en signaalwoorden

Hoofdstuk 5: het doel van een tekst

Hoofdstuk 6: tekst en beeld

Maak de opdrachten zoveel mogelijk online.

Klik en luister

Bekijk de theorie in de film op de website

of

in je boek op blz. 140

belangrijk!

Hoofdstuk 5:
Het doel van een tekts.

Eerst inloggen op Nieuw Nederlands Online, daarna op de link hieronder klikken:

Klik en luister!

Waarom?

Elke schrijver heeft een doel met zijn/haar tekst. Er zijn vier tekstdoelen:
amuseren, informeren, overtuigen, activeren.
Om het tekstdoel te bepalen, moet je vaststellen wat het belangrijkste is wat de schrijver met zijn tekst wil bereiken.

Tekstdoelen

  Uit je hoofd leren!  HEEL BELANGRIJK!

Opdracht 2 (deel 1)
1 Plastic Soupermarket / Plastic Soup
2 eigen antwoord
3 a schap (al. 1): plank
b verfomfaaide (al. 1): rommelige
c op het eerste gezicht (al. 2): bij de eerste blik
d project (al. 3): plan; idee
e primeur (al. 4): eerste keer
f recycling (al. 5): hergebruik
g duurzaam (al. 6): geschikt om lang te bestaan
h alternatief (al. 6): andere mogelijkheid
4 De tijdelijke supermarkt heet ‘Plastic Soupermarket’ omdat er alleen maar ‘plastic soup’ te zien is (dat is plastic troep die uit het water gevist is) én omdat ‘soupermarket’ een grappige variant is op ‘supermarket’ (het is een woordgrapje).
5 (1) tegenstellend verband: Maar; (2) chronologisch verband: Daarna; (3) opsommend verband: en

Kijk je huiswerk na:

Opdracht 2 (deel 2)
6 een ander doel dan waarvoor ze gemaakt zijn – toelichting: De producten zijn eerst gebruikt voor het doel waarvoor ze gemaakt zijn (meestal waren het verpakkingsartikelen) en ze worden nu voor een ander doel gebruikt, namelijk het project ‘Plastic Soupermarket’.
7 Ze willen het publiek op een leuke manier laten weten wat voor spullen er allemaal in de rivieren en in de oceaan terechtkomen (met als doel dat mensen minder plastic gaan gebruiken).
8 We moeten stoppen met plastic dat maar één keer gebruikt wordt.
9 Alinea 6 maakt de tekst mooi ‘rond’: in alinea 1 kom je binnen in de Plastic Soupermarket (‘Welkom in de Plastic Soupermarket!’) en in alinea 6 ga je er bijna weer uit: je bent immers bij de kassa.
10 Het belangrijkste doel van deze tekst is informeren. – toelichting: De schrijver wil dat de lezer iets te weten komt over de Plastic Soupermarket en over de grote hoeveelheid plastic afval die in het water terechtkomt.
Let op: Het belangrijkste doel van deze tekst is dus niet activeren; dat is wel het belangrijkste doel van Lou McCurdy en Chloë Hanks met hun Plastic Soupermarket, maar niet van deze tekst. Die twee dingen moet je dus niet door elkaar halen.

Welke tekstverbanden ken je uit hoofdstuk 4?

Plastic soep:
In de zeeën drijft steeds meer plastic. Dat wordt 'plastic soep' genoemd.
Tekst 1 in je boek, blz. 141, gaat over plastic soep.

Klik en luister

Herhaling hs 4

Wat is een signaalwoord? Leg duidelijk uit en gebruik voorbeelden.

Lees nu Hs 5, tekst 2, blz. 143

Maak daarna opdr. 3, blz. 142

Hoofdstuk 4: tekstverbanden en signaalwoorden

Hoofdstuk 5: het doel van een tekst

Hoofdstuk 6: tekst en beeld

Huiswerk voor maandag 15 maart:

                                 Lezen: tekst 2 en 3, blz. 143 en 145                           

        Leren: theorie op blz. 140 (en bekijk de film in NN)

   Maken: opdracht 3  en 5 op blz. 142 en 144 (vwo + opdr. 4 en 6)

Hoofdstuk 4: tekstverbanden en signaalwoorden

Hoofdstuk 5: het doel van een tekst

Hoofdstuk 6: tekst en beeld

Zijn er vragen?

klik en luister

Tot de volgende keer!