Les 3 - Autistisch spectrum

Programma 
- Terugblik a.d.h.v. schema 
- Video: PDD-NOS 
- Theorie: PDD-NOS / Asperger 
- Overeenkomsten & verschillen 
- Afsluiting 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Programma 
- Terugblik a.d.h.v. schema 
- Video: PDD-NOS 
- Theorie: PDD-NOS / Asperger 
- Overeenkomsten & verschillen 
- Afsluiting 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

PDD-NOS 
Pervasieve ontwikkelingsstoornis niet anderzins omschreven 

Pervasief: doordringt in gehele functioneren 

Ook wel de 'restgroep' genoemd. 

Kenmerken komen in mindere mate voor. 

Slide 4 - Tekstslide

ADHD? 
Vergelijkbare problemen: concentratieproblemen, hyperactief. 

Komt door innerlijke onrust (verwarring) 

Latere diagnose 

Slide 5 - Tekstslide

Informatieverwerking 
Gesproken informatie lastig om te verwerken. Taalontwikkeling komt laat op gang.  Visuele informatie verwerken zij beter 

Leerproblemen, presteren onder intelligentieniveau. 
Hoofd- en bijzaken (teveel prikkels) 


Slide 6 - Tekstslide

Sociale interactie 
Problemen met sociale begrippen en intuitie 
In mindere mate t.ov. andere autisme spectrum stoornissen 

Denken vanuit 'ik', snapt sociale wereld niet, neemt taal letterlijk

Slide 7 - Tekstslide

Prikkelverwerking 
Sterke reactie op zintuiglijke prikkels (ruiken, proeven ,horen voelen, zien) 

Motorisch onhandig (bij spanning) 

Slide 8 - Tekstslide

Syndroom van Asperger 
Acht keer vaker bij jongens dan meisjes vastgesteld. 

Latere diagnose door normale/bovennormale intelligentie. 

Taalontwikkeling verloopt normaal. Volwassen taalgebruik van jongs af aan, verbloemt de stoornis. 

Slide 9 - Tekstslide

Intelligentie
Door intelligentie vaak overschat. Verbloemen onvermogen om taal en sociale situaties goed te beegrijpen. 

Manier om te overleven in een chaotische/onduidelijke wereld. 

Slide 10 - Tekstslide

Lijken beter te functioneren door intelligentie. 

Gefixeerd op bepaalde onderwerpen/bezigheden. 'Lezingen' over hun interesses. Geen rekening houden met interesse van anderen. Praten tégen iemand ipv met iemand. 

Slide 11 - Tekstslide

Weinig flexibel. Niets leren wat buiten interesse ligt. 

Geen fouten maken, laag zelfbeeld. Gefrustreerd, woede. 


Slide 12 - Tekstslide

Motoriek en prikkels
Ervaren prikkels die binnenkomen via zintuigen sterker. Kunnen hierdoor in paniek raken (bijv: kriebeltrui). 

Motoriek is onhandig, manier van bewegen is stijf. 


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video