ECO 3H MRN TW4 Les3 H9§3-5 conjunctuur vervolg


Goedemorgen!

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les


Goedemorgen!

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk
vandaag, vóór 10:30 af:
  • Lees H9§3+4
  • Opdr. 1, 4, 6 en 8 van §3 op Malmberg Online
  • Opdr. 2 t/m 6 van §4 op Malmberg Online

NIET (helemaal of de verkeerde) GEMAAKT = NABLIJVEN

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
23 juni (laatste les!):
  • Leer heel H9
  • Maak de opgaven op CR over het gewogen gemiddelde en  het indexcijfer
  • Kijk de filmpjes bij de opgaven helemaal!

Slide 3 - Tekstslide

Doel van vandaag
Vandaag leer je hoe de overheid en de ECB de conjunctuur beïnvloeden met conjunctuurbeleid.

Eerst gaan zorg ik dat de fases van de conjunctuurgolf goed in je hoofd zitten en dat je snapt wat er in die fases gebeurt.
want dan wordt de rest een stuk makkelijker!

Slide 4 - Tekstslide

Dit gaan we leren
primaire inkomens
toegevoegde waarde
economische groei
BBP
welvaart
inkomensverdeling
Lorenzcurve
secundaire inkomens
nivelleren
denivelleren
laagconjunctuur
hoogconjunctuur
recessie/depressie
consumentenvertrouwen
conjunctuurgolf
productiecapaciteit
conjunctuurbeleid
ECB
gewogen gemiddelde
consumentenprijsindex

Slide 5 - Tekstslide

Samenvatting vorige les (§3+4)

Slide 6 - Tekstslide

Samenvatting vorige les (§3+4)
De economie beweegt volgens een conjunctuurgolf van  laagconjunctuur naar een hoogconjunctuur.

In een laagconjunctuur is de vraag laag, de productie daardoor ook en daarmee daalt de werkgelegenheid en de prijs. Als de productie lang laag is, verkleint ook de productiecapaciteit.

Slide 7 - Tekstslide

Conjunctuur

Slide 8 - Tekstslide

Conjunctuur

Samenloop of verbinding van omstandigheden

Slide 9 - Tekstslide

Let op!
Werkgelegenheid

Werkloosheid

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Conjunctuurgolf

Slide 12 - Tekstslide

Conjunctuurgolf

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 1 van 2
  • Je krijgt van mij een conjunctuurgolf op een blaadje
  • Ik omschrijf een situatie of noem een woord
  • Jij geeft op het blaadje aan waar dit in de conjunctuurgolf hoort
  • Schrijf het woord of de letter op de plek waar jij denkt dat deze hoort
  • Als je het niet weet / snapt, doe je een gok
  • Je boek en laptop blijven dicht tijdens deze opdracht
  • Je bewaart vragen tot na mijn zesde beschrijving
  • Let op: doe dit voor jezelf en KIJK NIET AF

Slide 14 - Tekstslide

1. Schrijf op je x-as waar ongeveer sprake is van een HOOGCONJUNCTUUR
schrijf dit woord dus op de juiste plek

Slide 15 - Tekstslide

2. Schrijf onder de golf waar het woord RECESSIE hoort. Schrijf dit zo duidelijk mogelijk.

Slide 16 - Tekstslide

3. Schrijf nu waar het woord CRISIS hoort. ook weer zo dicht mogelijk bij de juiste plek op de golf.

Slide 17 - Tekstslide

Je krijgt nu drie verhaaltjes Schrijf de letter op de plek van de golf waar deze thuishoort


Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 2
  • Laat nu aan je buur zien wat jij hebt opgeschreven
  • Je buur mag ook voor/achter je zijn, als er niet 
  • Bespreek de verschillen met en schrijf dan samen de woorden en de letters op een nieuwe conjunctuurgolf
  • Klaar? Check met H9§4
timer
5:00
Wat staat waar?
1.   Hoogconjunctuur
2.  Recessie
3.  Crisis
4.  A: groeiende economie
5.  B: iedereen krijgt $ 800
6.  C: laag consumentenvertrouwen


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

A
4%
groei

Slide 23 - Tekstslide

A
B
$ 800
4%
groei

Slide 24 - Tekstslide

A
C
C
c= consumenten-
vertrouwen is laag
B

Slide 25 - Tekstslide

Dit zijn allebei negatieve woorden. 

Wat is er slecht aan deze woorden?

Wat gaat er dan slecht?

Slide 26 - Tekstslide

Werkgelegenheid
Prijzen
Vraag
Aanbod
Productiecapaciteit
Consumentenvertrouwen

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Wat kan de overheid doen?
Hoe zorgt de overheid dat de economie uit een recessie komt?

En uit een crisis?

Slide 29 - Tekstslide

Conjunctuurbeleid
De overheid verlaagt bijv de loonbelasting: meer te besteden, meer vraag, meer productie, prijs stijgt, meer omzet, meer werkgelegenheid
De overheid verhoogt bijv de loonbelasting: minder te besteden, minder vraag, minder productie, minder inflatie, minder omzet, minder werkgelegenheid

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Lees in je boek: wat doet de ECB?

Schrijf op:
ECB 
conjunctuurbeleid

Slide 32 - Tekstslide

Aan het werk!
  • Maak 1 en 2 op pag 296-297
  • Doe dit met je buur, in je boek of online
  • Lastig? Ik loop rond om vragen te beantwoorden
  • Als de tijd om is, bespreken we het
  • Ben je klaar? Maak dan je samenvatting af aan de hand van de begrippen op pagina 305
  • Meer oefenen? Maak opdracht 7 op pag. 304
timer
5:00

Slide 33 - Tekstslide

Doel van vandaag
Vandaag leer je hoe de overheid en de ECB de conjunctuur beïnvloeden met conjunctuurbeleid.

Eerst gaan zorg ik dat de fases van de conjunctuurgolf goed in je hoofd zitten en dat je snapt wat er in die fases gebeurt.
want dan wordt de rest een stuk makkelijker!

Slide 34 - Tekstslide

Samenvatting

Slide 35 - Tekstslide

Samenvatting
De overheid voert conjunctuurbeleid om te zorgen dat een economie niet in een recessie of een crisis blijft. Dit doet de overheid door de belasting te verlagen/verhogen of door de eigen vraag aan te passen.
De ECB heeft ook invloed op de conjunctuur. Door de rente voor banken te verlagen, zullen consumenten en bedrijven meer lenen en stijgt de vraag naar goederen.

Slide 36 - Tekstslide

Dit gaan we leren
primaire inkomens
toegevoegde waarde
economische groei
BBP
welvaart
inkomensverdeling
Lorenzcurve
secundaire inkomens
nivelleren
denivelleren
laagconjunctuur
hoogconjunctuur
recessie/depressie
consumentenvertrouwen
conjunctuurgolf
productiecapaciteit
conjunctuurbeleid
ECB
gewogen gemiddelde
consumentenprijsindex

Slide 37 - Tekstslide

Afronding
Ga aan de slag met je HUISWERK
     (Alle leren + vragen op CR maken)

En/of maak opdracht 7 op pagina 304 als
extra oefening (laat het mij zien!)


Slide 38 - Tekstslide