Hoofdletters en interpunctie - een les

 Hoofdletters en interpunctie
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 Hoofdletters en interpunctie

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je weet wat interpunctie is
  • Je weet waarom interpunctie belangrijk is
  • Je weet wanneer je een hoofdletter gebruikt
  • Je kent de belangrijkste leestekens
  • Je kunt de belangrijkste leestekens goed gebruiken

Slide 2 - Tekstslide

Wat is interpunctie?
  • Interpunctie is het gebruik van leestekens in een tekst.

Slide 3 - Tekstslide

Waarom is interpunctie belangrijk?

VOORBEELD:
Ik houd van je, lieve vriendin.
Ik houd van je lieve vriendin

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Welke leestekens ken je?

Slide 6 - Woordweb

nog even de theorie....

Slide 7 - Tekstslide

Zinnen...
...beginnen met een hoofdletter  en 
eindigen met een punt (of vraagteken of uitroepteken)              . ? !

Slide 8 - Tekstslide

Vraag- en uitroepteken
  • Een gewone zin eindigt met een punt     .

  • Een vraag eindigt met een vraagteken   ?

  • Als je een zin wilt  benadrukken zet je een uitroepteken  !

Slide 9 - Tekstslide

Leespauzes
Aangeven met een komma.   
Wanneer?
- Altijd bij een opsomming (Eva, Jens, Vincent en Jasper).
- Tussen twee zinnen die samen in één zin staan (let op persoonsvorm)
    (Gisteren hadden we vrij, vandaag hebben we school. Toen we vrij hadden,   gingen we zwemmen
- Voor een voegwoord    (Deze telefoon is duur,  maar die is nog duurder.)
,

Slide 10 - Tekstslide

wanneer hoofdletters?

Slide 11 - Woordweb

Je gebruikt een hoofdletter
  • Aan het begin van elke zin!

en bij
  • Namen van personen;
  • Aardrijkskundige namen (en afleidingen daarvan);
  • Namen van bedrijven, organisaties en merken. 
  • Feestdagen

Slide 12 - Tekstslide

En nu zelf oefenen!

Slide 13 - Tekstslide


Kom je eten

Aan het eind van deze zin moet een

A
.
B
!
C
?
D
,

Slide 14 - Quizvraag

Vanavond ga ik lezen x Ik heb mijn boek bijna uit y

Wat komt er op de plaats van x en y?
A
? .
B
. .
C
. !
D
. ?

Slide 15 - Quizvraag

Schrijf over met hoofdletters en leestekens:

piet en ahmed gaan naar het terras ze gaan lekker in de zon zitten

Slide 16 - Open vraag

Piet en Ahmed gaan naar het terras. Ze gaan lekker in de zon zitten.

Slide 17 - Tekstslide

Schrijf over met hoofdletters en leestekens:

gaan jullie naar de winkel wil je voor mij brood meenemen

Slide 18 - Open vraag

Gaan jullie naar de winkel? Wil je voor mij brood meenemen?

Slide 19 - Tekstslide

Eentje is genoeg...

Slide 20 - Tekstslide

Dus zo: 

Slide 21 - Tekstslide

En nu in een tekst de leestekens zetten
  • Pak een blaadje. 
  • Lees de tekst en bedenk welke leestekens er op de open plaatsen moeten.
  • Noteer alleen de leestekens. 
  • Daarna  samen nakijken
  • 2 minuten de tijd

Slide 22 - Tekstslide

timer
2:00

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Geef jezelf een cijfer tussen 1 en 10 voor het gebruiken van hoofdletters en leestekens. Hoe goed kun je het?
110

Slide 25 - Poll

Was deze les nuttig voor jou?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

En nu?
  • Sommige studenten hebben de opdracht van vorige week nog niet af. De opdracht staat op Teams en moet ook via Teams worden ingeleverd. Het gaat om de opdracht over ziekmelden.
  • Ben je klaar met de opdracht van vorige week? Dan kun je verder met NuNederlands. Bij het onderdeel schrijven staan de opdrachten over interpunctie.

Slide 27 - Tekstslide