ICT in de zorg en welzijn

Computers en privacy in de zorg en welzijn
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Computers en privacy in de zorg en welzijn

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les kan de student:
  1. Weten waarom computers belangrijk zijn in de zorg.
  2. Uitleggen wat “privacy” betekent.
  3. Noemen wat je wel en niet mag doen met informatie over cliënten.

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je dat je in de zorg een computer of tablet voor gebruikt?

Slide 3 - Open vraag

computer of tablet kun je gebruiken voor:
Rapporteren over cliënten
Medicijnen invoeren
Rooster bekijken
Met collega’s communiceren

Slide 4 - Tekstslide

Waarom computers in de zorg?
In de zorg gebruiken we computers/tablets om bij te houden hoe het gaat met cliënten, wat er gebeurd is en wat we nog moeten doen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat kun je met een computer in de zorg doen?
A
Rapporteren
B
Muziek luisteren
C
Gamen
D
TikTok

Slide 6 - Quizvraag

Waar moet je opletten als het gaat om de privacy van een cliënt?

Slide 7 - Open vraag

Privacy betekent: iemands persoonlijke gegevens geheim houden.
Voorbeelden: naam, adres, ziekte, medicatie

Slide 8 - Tekstslide

De wet heet Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
Voorzichtig omgaan met gegevens van cliënten. 
De AVG is een wet over privacy.
Je moet voorzichtig omgaan met cliëntgegevens.
Alleen vertellen aan collega’s die het moeten weten.
Geen informatie delen via WhatsApp of sociale media.

Slide 9 - Tekstslide

Wat mag wel / Wat mag niet
Mag wel                                                        Mag niet
Rapporteren in het systeem                       Foto van cliënt sturen
Met collega praten                          Met familie praten over cliënt
Computer vergrendelen                         Wachtwoord delen

Slide 10 - Tekstslide

Veilig of niet?
  1. Je schrijft op de computer dat iemand goed geslapen heeft.
  2. Je vertelt thuis dat een cliënt gevallen is.
  3. Je laat de computer openstaan in de pauze.
  4. Je gebruikt een sterk wachtwoord.
  5. Je deelt een foto van een cliënt op Snapchat.

Slide 11 - Tekstslide

Wat betekent privacy?
A
Alles delen met vrienden
B
Informatie geheimhouden
C
Je wachtwoord vergeten
D
Op TikTok posten

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de AVG?
A
Een wet over eten
B
Een zorginstelling
C
Een wet over privacy
D
Een computerprogramma

Slide 13 - Quizvraag

Wat mag je niet doen?
A
Rapporteren
B
Met collega praten
C
Foto delen van cliënt

Slide 14 - Quizvraag

Je laat een computer openstaan in de pauze. Is dat veilig?
A
Ja, maakt niet uit
B
Nee, dat is niet veilig

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een sterk wachtwoord?
A
1234
B
Je naam
C
Een moeilijk woord met cijfers en tekens
D
Wachtwoord

Slide 16 - Quizvraag

Met wie mag je praten over een cliënt?
A
Collega’s
B
Familie
C
Vrienden
D
Iedereen

Slide 17 - Quizvraag

Waarom is privacy belangrijk?
A
Voor de grap
B
Omdat cliënten recht hebben op geheimhouding
C
Om sneller te werken
D
Omdat het leuk klinkt

Slide 18 - Quizvraag

Wat hoort in een rapportage?
A
Mening
B
Wat er echt is gebeurd
C
Grapjes
D
Emoties

Slide 19 - Quizvraag

Hoe rapporteer je? 
Datum en tijd: Wanneer gebeurde het?
Plaats: Waar was je?
Wat zag of hoorde je? (feiten, geen mening)
Hoe reageerde de cliënt?
Wat heb jij gedaan of gemeld?

Slide 20 - Tekstslide

Je loopt stage in een woonzorgcentrum. Tijdens het koffiemoment merk je dat de heer De Vries (76 jaar) moeilijk loopt en twee keer bijna struikelt. Normaal loopt hij zelfstandig met een rollator, maar vandaag gebruikt hij die niet. Wanneer je hem vraagt of het gaat, zegt hij: “Ja hoor, ik ben gewoon een beetje moe.”
Later hoor je van een collega dat hij gisteren ook al bijna gevallen is.

Slide 21 - Open vraag

Je loopt stage in een woonzorgcentrum. Tijdens het koffiemoment merk je dat de heer De Vries (76 jaar) moeilijk loopt en twee keer bijna struikelt. Normaal loopt hij zelfstandig met een rollator, maar vandaag gebruikt hij die niet. Wanneer je hem vraagt of het gaat, zegt hij: “Ja hoor, ik ben gewoon een beetje moe.”
Later hoor je van een collega dat hij gisteren ook al bijna gevallen is.
22 oktober, 10:15 uur – Tijdens het koffiemoment in de gezamenlijke woonkamer liep de heer De Vries zonder rollator. Hij wankelde twee keer bijna en gaf aan dat hij zich “een beetje moe” voelde. Ik heb dit gemeld bij mijn begeleider.

Slide 22 - Tekstslide

Afsluiting 
Gebruik ICT veilig
Houd privacy geheim
Wees professioneel

Slide 23 - Tekstslide