H5 les 1

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

H5 Rekenen, meten en schatten (1)

Welke knop op je rekenmachine gebruik je voor machten?

1. √
2. ÷
3. ^
4. (-)

Machten...

2​4​​=

1. 2 x 4 = 8
2. 2 + 2 + 2 + 2 = 8
3. 2 x 2 x 2 x 2 = 4
4. 2 x 2 x 2 x 2 = 16

Schrijf 3.500.000 met het woord miljoen

1. 35 miljoen
2. 350 miljoen
3. 0,35 miljoen
4. 3,5 miljoen

In NL wonen ongeveer ... mensen

1. 17 miljoen
2. 21 miljoen
3. 25 miljoen
4. 100 miljoen

3 miljoen .... 350 000

1. <
2. >
3. =

-4, -23, -35, - 234 zijn

1. Positieve getallen
2. Negatieve getallen
3. Neutrale getallen
4. Even getallen

Negatieve getallen optellen
4+-3=

1. 7
2. 1
3. -1
4. -7

Negatieve getallen aftrekken

−7−8

1. -1
2. 1
3. -15
4. 15

negatieve getallen aftrekken

12−−11

1. -1
2. 1
3. -23
4. 23

Bij het rekenen met formules moet je de rekenvolgorde aanhouden

1. Waar
2. Niet waar

bij de rekenvolgorde komt als eerst:

1. + en -
2. keer en delen door
3. Haakjes
4. machten en wortels

De juiste rekenvolgorde is:

1. Haakjes + en - x en :
2. + en - x en : Haakjes
3. Haakjes x en : + en -
4. + en - Haakjes x en :

Hoeveel in procenten?

1. 75%
2. 25%
3. 40%
4. 4%

Procenten rond ik af op..

1. 1 decimaal
2. 2 decimalen
3. gehele getallen
4. 3 decimalen

Diego is 4 dagen ziek geweest in deze schoolweek. Hoeveel procenten is Diego ziek geweest?

1. 20%
2. 40%
3. 60%
4. 80%

De dieselprijs per liter is in een week tijd gestegen
van € 1,32 naar € 1,40.
Hoeveel is de dieselprijs gestegen in procenten?

1. 5,3%
2. 7,8%
3. 6,1%
4. 8,4%

In 2018 waren er 12 apen in de dierentuin. In 2014 waren het er 8. Wat is de groei in procenten?

1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 150%

Een nieuwe geluidsbox kost € 1000,- exclusief BTW. Hoeveel kost de box inclusief BTW? (Btw= 21%)

1. 1210
2. 1220
3. 1021
4. 1012

Lengte

1. Grootheid
2. Eenheid

5436 meter.
Hoeveel km is dat ongeveer?

1. 5 km
2. 5,5 km
3. 6 km
4. 6,5 km

4 km2 = ....m2

1. 40.000
2. 400
3. 4.000
4. 4.000.000

75 km/uur is

1. 20.8 m/sec
2. 270 m/sec
3. 19.8 m/sec
4. 250 m/sec

2500 gram = ...... kg

1. 25000 kg
2. 250 kg
3. 25 kg
4. 2,5 kg

Wat gaan we deze les doen?

• Doel van de les
• Instructie
  
• Verlengde instructie
• Zelfstandig werken
• Afsluiting

Lesdoel

Aan het einde van deze les...

... ken je de vuistregels

... ken je de eenheden van lengte, opp, inhoud, gewicht,                informatie, tijd, snelheid

... weet je hoe je moet rekenen met procenten

Voorkennis activeren

Voorkennis activeren

 Wat weten we al?

• Je kent de verschillende eenheden. 

In 2015 gebruikte een Nederlander ongeveer 124 liter water per dag, hoeveel m3 is dat per jaar?

De gemiddelde snelheid van een mens is

1. 4 km/u
2. 5 km/u
3. 6 km/u
4. 7 km/u

Snelheid op de fiets is ongeveer

1. 10 km/u
2. 12 km/u
3. 15 km/u
4. 20 km/u

De afstand over de weg is ongeveer 1,2 keer de afstand hemelsbreed

1. waar
2. niet waar

Een voetbalveld is ongeveer een hectare

1. waar
2. niet waar

Een auto rijdt 52 km per uur, hoeveel meter per seconde is dat?

Max Verstappen rijdt een rondje van 5 km in 1 minuut 30. Hoeveel km/uur is dat?

Aan de slag

Maak §5.1

Lesdoel

check

Aan het einde van deze les...

... ken je de vuistregels

... ken je de eenheden van lengte, opp, inhoud, gewicht,                informatie, tijd, snelheid

... weet je hoe je moet rekenen met procenten

Lesdoelen:

De vuistregels

De verschuillende eenheden

Rekenen met procenten

aan de slag met de planner

Opdrachten 3 t/m 12 van §2.1