U5 les 1

Bonjour tout le monde !
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour tout le monde !

Slide 1 - Tekstslide

Jeudi 25 avril
Le programme pour aujourd'hui :
- Jij kunt de kleuren noemen;
-Jij kunt het bijvoeglijk naamwoord aanpassen (herhaling);
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren jij draagt;
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren iemand draagt.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

rouge
vert
bleu
jaune
geel
blauw
groen
rood

Slide 4 - Sleepvraag

Un kiwi est :
A
rouge
B
vert
C
violet
D
orange

Slide 5 - Quizvraag

Une tomate est :
A
bleue
B
rouge
C
marron
D
rose

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

les vêtements
  • attention : un sweat-shirt = un PULL
  • attention : un tee-shirt
  • et aussi : des chaussures !

Slide 8 - Tekstslide

les couleurs & les vêtements
Elle porte une jupe...

Slide 9 - Tekstslide

les couleurs & les vêtements
Il porte un pull ...

Slide 10 - Tekstslide

les couleurs & les vêtements
Il porte un tee- shirt...

Slide 11 - Tekstslide

les couleurs & les vêtements
Il porte une casquette ...

Slide 12 - Tekstslide

les couleurs & les vêtements
Il porte un tee- shirt bleu                                Elle porte une robe bleue

Slide 13 - Tekstslide

welke letter zal jij achter een vrouwelijk bijvoeglijk naamwoord toevoegen?

Slide 14 - Woordweb

welke letter zal jij achter een mannelijk meervoud bijvoeglijk naamwoord toevoegen?

Slide 15 - Woordweb

Slide 16 - Tekstslide

Le garçon est grand. La fille est...
A
grand
B
grande
C
grands
D
grandes

Slide 17 - Quizvraag

Les exceptions
  • Un pantalon est blanc, une robe est blanche (extra "h").

  • Un pantalon est violet, une robe est violette (extra "t").

  • Un pantalon est rose / orange / rouge, une jupe est rose / orange / rouge (pas de extra "e").

  • Un pantalon est marron, une robe est marron (pas de extra "e")

Slide 18 - Tekstslide

La place de l'adjectif/ de plek van het bijvoeglijk naamwoord
1/ Une grande maison / une petite fille / un nouveau garçon

MAIS

2/ Un pantalon blanc / un chapeau noir / une jupe rose

= qu'est-ce que tu vois ?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Voilà une grand-mère
Elle a une jupe bleue, un manteau bleu, un chapeau bleu et rouge, un sac blanc et des chaussures noires.

Slide 22 - Tekstslide

Elle porte :
A
un tee-shirt violet et un pantalon marron
B
un tee-shirt rose et une jupe violette
C
un tee-shirt rose et blanc et un pantalon jaune
D
un tee-shirt rose et blanc et un pantalon violet

Slide 23 - Quizvraag

Et toi, qu'est-ce que tu portes ? Parle en duo !

Slide 24 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
- Jij kunt de kleuren noemen;
-Jij kunt het bijvoeglijk naamwoord aanpassen (herhaling);
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren jij draagt;
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren iemand draagt.

Slide 25 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Zelfstandig werken
Magister
Leermiddelen
Libre Service leerling
Unité 5
Civilisation

Slide 27 - Tekstslide

Au revoir ! 

Slide 28 - Tekstslide