2025 12 Decoderen en Ruis

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

  • Je weet wat decoderen inhoudt en speelt in op mogelijke ruis.

  • Je kent het belang van luisteren binnen communicatie.

Slide 2 - Tekstslide

Communicatie-doelen (blz. 31)

  • Informatie overdragen
  • Jezelf uiten
  • Iets van de ander vinden
  • Iets van de ander willen
  • De ander vermaken

  • Of een mix hiervan

Slide 3 - Tekstslide

Effectgrafiek
Boodschap koppelen aan juist medium / middel

Slide 4 - Tekstslide

Communicatie
Zender 
Boodschap 
Ontvanger 

Decoderen

Slide 5 - Tekstslide



Waarnemen


Interpreteren
DECODEREN

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Waardoor kan de waarneming en interpretatie bij de ontvanger beïnvloed worden?

Slide 11 - Open vraag

Situatie
Zender
Medium
Ontvanger

Slide 12 - Tekstslide

Situatie (externe ruis)

Interne ruis: factoren bij zender, medium of ontvanger
Zender

Medium

Ontvanger

Slide 13 - Tekstslide

Situatie (externe ruis)
- plaats
- anderen
- tijdstip
Interne ruis: factoren bij zender, medium of ontvanger
Zender
- niet nagedacht
   over boodschap
- geen concentratie
- niet alle info
- paradoxaal gedrag
Medium
- mondeling?
- techniek
Ontvanger
- humeur, fit, energie
- oordeel m.b.t. zender
- normen en waarden
- begrip

Slide 14 - Tekstslide

Oefening 4,
blz. 105 - individueel



Slide 15 - Tekstslide

Oefening 4,
blz. 105 - individueel

Nabespreking oefening 4,
blz. 106 - met 2 à 3 studenten



Slide 16 - Tekstslide

Oefening 4,
blz. 105 - individueel

Nabespreking oefening 4,
blz. 106 - met 2 à 3 studenten

Klassikale terugkoppeling

Slide 17 - Tekstslide

Oefening 5 A, blz. 106 - individueel

Nabespreking oefening 5 B, blz. 106 - met 2 à 3 studenten


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Ruis betekent dat de boodschap niet overkomt zoals de zender bedoelde

Slide 21 - Tekstslide

Interne ruis
Externe ruis

Slide 22 - Tekstslide

Interne ruis

Redenen tussen
zender en ontvanger
of bij medium






Externe ruis

Redenen die buiten het communicatieproces liggen:
plaats, aanwezigheid derden, tijdstip 

te warm, lawaai buren, lekkend dak, afleiding, bedreiging, haast, verkeerd moment

Slide 23 - Tekstslide

Interne ruis: redenen tussen
zender en ontvanger of bij medium
Zender: niet nagedacht over boodschap, geen concentratie, (on)bewust info achterhouden,       
                  tegenstrijdige boodschappen (verbaal/non-verbaal)

Medium: mondeling --> accentloos , verstaanbaar (articuleren en volume)
                    technisch in goede staat

Ontvanger: decodeert en interpreteert subjectief
                         humeur (vrolijk-boos), oordelen (leuk-stom persoon), normen en waarden/cultuur,
                         aandacht, onbekend maakt onbemind, 'lekker in je vel', (on)bewust afsluiten
                    

Slide 24 - Tekstslide

We weten dat ruis de oorzaak is van miscommunicatie (niet effectieve communicatie). Wat kan je doen om ruis te voorkomen?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Oefening: ben ik een bron van ruis?
Beantwoord voor jezelf de 10 vragen (blz. 149) met
ja of nee én geef daar een toelichting op.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide



Niveaus van luisteren:


Actief luistergedrag:
LUISTEREN

Slide 29 - Tekstslide



Niveaus van luisteren:
1. niet luisteren
2. oppervlakkig luisteren
3. inhoudelijk luisteren
4. actief luisteren


Actief luistergedrag:
  • focus op boodschap
  • non-verbale open houding
  • verbale open houding
  • actief 2-richtingsverkeer
LUISTEREN

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Ruis betekent dat de boodschap niet overkomt zoals de zender bedoelde

Slide 33 - Tekstslide

Interne ruis

Redenen tussen
zender en ontvanger
of bij medium






Externe ruis

Redenen die buiten het communicatieproces liggen:
plaats, aanwezigheid derden, tijdstip 

te warm, lawaai buren, lekkend dak, afleiding, bedreiging, haast, verkeerd moment

Slide 34 - Tekstslide

Interne ruis: redenen tussen
zender en ontvanger of bij medium
Zender: niet nagedacht over boodschap, geen concentratie, (on)bewust info achterhouden,       
                  tegenstrijdige boodschappen (verbaal/non-verbaal)

Medium: mondeling --> accentloos , verstaanbaar (articuleren en volume)
                    technisch in goede staat

Ontvanger: decodeert en interpreteert subjectief
                         humeur (vrolijk-boos), oordelen (leuk-stom persoon), normen en waarden/cultuur,
                         aandacht, onbekend maakt onbemind, 'lekker in je vel', (on)bewust afsluiten
                    

Slide 35 - Tekstslide

Oefening: ben ik een bron van ruis?
Beantwoord voor jezelf de 10 vragen (blz. 149) met
ja of nee én geef daar een toelichting op.

Slide 36 - Tekstslide