7.4 Eerlijk delen?

Verwachtingen vandaag!
  • Mijn boek ligt open op paragraaf: 7.3 blz. 224 (huiswerk controle) 
  • Ik heb alleen de spullen op tafel die ik deze les nodig ben: Boek, etui en rekenmachine
  • Als ik wat wil zeggen steek ik mijn hand op 
  • Als de docent praat ben ik stil
  • Ik bemoei me niet met een ander
  • Ik doe wat er gevraagd wordt van de docent
  • Ik respecteer een ander en zijn eigendommen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Verwachtingen vandaag!
  • Mijn boek ligt open op paragraaf: 7.3 blz. 224 (huiswerk controle) 
  • Ik heb alleen de spullen op tafel die ik deze les nodig ben: Boek, etui en rekenmachine
  • Als ik wat wil zeggen steek ik mijn hand op 
  • Als de docent praat ben ik stil
  • Ik bemoei me niet met een ander
  • Ik doe wat er gevraagd wordt van de docent
  • Ik respecteer een ander en zijn eigendommen

Slide 1 - Tekstslide

7.4 Eerlijk delen?
H1 Economie is meer dan geld

Slide 2 - Tekstslide

Wat weten we nog/al?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 7.3
  • Je kunt kenmerken noemen van ontwikkelingslanden.
  • Je kunt welvaart van landen vergelijken.
  • Je kunt het inkomen per hoofd van de bevolking berekenen.
  • Je kunt uitleggen wat een vicieuze cirkel is. 

Slide 4 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 7.3
  •  Inkomen per hoofd van de bevolking
  • Nationaal inkomen
  • Ontwikkelingslanden
  • Vicieuze cirkel
  • Welvaart

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
  • Je kunt uitleggen wat ontwikkelingssamenwerking is.
  • Je kunt uitleggen welke soorten ontwikkelingshulp er zijn.
  • Je kunt manieren noemen hoe de overheid ontwikkelingslanden ondersteunt.
  • Je kunt voorbeelden geven hoe je zelf mensen in ontwikkelingslanden kunt helpen. 

Slide 6 - Tekstslide

Ontwikkelingssamenwerking
  • Als rijke landen samen met ontwikkelingslanden proberen de welvaart in die landen te vergroten, spreek je van ontwikkelingssamenwerking.
  • Nederland steunt sommige ontwikkelingslanden met materialen, zoals landbouwmachines en waterinstallaties.
  • Maar ook met opleidingen waarin mensen leren hoe ze de gezondheidszorg kunnen verbeteren.
  • Nederland stimuleert ook Nederlandse bedrijven om te investeren in ontwikkelingslanden.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Soorten hulp
In noodsituaties zoals bij natuurrampen, hongersnood of een vluchtelingencrisis krijgen ontwikkelingslanden vaak noodhulp van rijke landen.
Voor de langere termijn kun je ontwikkelingslanden beter helpen om economisch zelfstandig te worden. Dat noem je structurele hulp.
Voorbeelden zijn:
  • Onderwijs aan kinderen en volwassenen
  • Het inenten van jonge kinderen tegen ziekten
  • Het bouwen van hygiënische sanitaire voorzieningen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Wat doet Nederland?
  • De Nederlandse overheid kan een ontwikkelingsland steunen met materialen
  • Ook helpt Nederland met verbetering van de gezondheidszorg.
  • Sommige Nederlandse bedrijven krijgen subsidie om een fabriek te bouwen in een ontwikkelingsland.
  • Als deze ondersteuning ten goede komt aan de inwoners van een ontwikkelingsland, kan dit hun welvaart verbeteren. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Fairtrade
  • Fairtrade betekent letterlijk eerlijke handel.
  • Boeren en andere producenten uit ontwikkelingslanden krijgen bij fairtrade een betere prijs voor hun producten.
  • Daarmee kunnen ze hun leefomstandigheden verbeteren, hun kinderen naar school laten gaan en bijvoorbeeld machines kopen.
  • Ook bedrijven die proberen slavernij tegen te gaan, krijgen het Fairtrade-keurmerk.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 7.4 
  • Fair trade
  • Noodhulp
  • Ontwikkelingssamenwerking
  • Structurele hulp 

Slide 15 - Tekstslide

Je kunt nu
  • Je kunt uitleggen wat ontwikkelingssamenwerking is.
  • Je kunt uitleggen welke soorten ontwikkelingshulp er zijn.
  • Je kunt manieren noemen hoe de overheid ontwikkelingslanden ondersteunt.
  • Je kunt voorbeelden geven hoe je zelf mensen in ontwikkelingslanden kunt helpen. 

Slide 16 - Tekstslide

Aan het werk!
Klassikaal gemaakte opdrachten: 2, 5, 8 en 13
Nog te maken opdrachten 7.4: 1, 3, 6, 9, 11 en 14 (omcirkelen)

Opdrachten laten controleren bij de docent, bij goedkeuring nakijken.
Nagekeken werk laten controleren bij de docent, bij goedkeuring:
  • Maken plusopdrachten Hoofdstuk 7
  • Bezig met een ander vak
  • Lezen


 

timer
25:00

Slide 17 - Tekstslide