Error

Error

Kritisch lezen
p.117-120
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Error

Kritisch lezen
p.117-120

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Daaruit blijkt dat je medisch geschikt moet zijn om met voedingswaren te werken.
A
aardig
B
bruikbaar

Slide 3 - Quizvraag

Ibhrahim is een geschikte kerel. Met hem ga ik graag voetbal kijken.
A
aardig
B
bruikbaar

Slide 4 - Quizvraag

Maak zelf een zin met het woord 'geschikt'

! hoofdletters en leestekens

Slide 5 - Open vraag

Een arts, aangesteld door de school, dient dit attest...
A
benoemen
B
zich op een overdreven manier gedragen

Slide 6 - Quizvraag

‘Oh, wat een gemene spin’, gilde Silke
luidkeels. Ze sprong op een stoel. Zoals
gewoonlijk stelde Silke zich weer aan.
A
benoemen
B
zich op een overdreven manier gedragen

Slide 7 - Quizvraag

Maak zelf een zin met het woord 'aanstellen'

! hoofdletters en leestekens

Slide 8 - Open vraag


A
goed schema
B
slecht schema

Slide 9 - Quizvraag

Waarom is het niet goed?

Slide 10 - Open vraag

Welke woorden zijn het belangrijkst?

Slide 11 - Open vraag

Vul de belangrijkste woorden in het schema in je boek aan.
p.118 vraag 3

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Met welke woorden vul je het schema aan?

Slide 16 - Tekstslide


Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Waarom zijn de pijltjes in het schema nodig?
A
omdat ze ergens naar wijzen
B
om het verband weer te geven tussen de woorden
C
omdat alle schema's pijltjes hebben
D
het is niet nodig, gewoon mooi

Slide 19 - Quizvraag

Tot welke woordsoort behoren 'installeren' en 'onderhouden'?
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 20 - Quizvraag

Tot welke woordsoort behoort 'elektriciteit'?
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Het is duidelijk dat deze allergie heel wat kwalijke gevolgen heeft voor de gezondheid.
A
niet goed
B
amper

Slide 23 - Quizvraag

‘Het is kwalijk rondkomen met mijn zakgeld.
Tijd dat mijn ouders me wat meer geven’,
vertelde Melissa.
A
niet goed
B
amper

Slide 24 - Quizvraag

Maak zelf een zin met het woord 'kwalijk'.

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Welke tekststructuur herken je?
A
opsommend
B
chronologisch
C
vergelijkend
D
oorzaak-gevolg

Slide 27 - Quizvraag

Maak een schema van de tekst

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Wat is het nut van een schema maken?

Slide 31 - Open vraag