Les 28 januari Paragraaf 2.5
1 / 41
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
In Nederland zijn rond 1900 de steden hard gaan groeien. Dit noemen we....
A
urbanisatie
B
suburbanisatie
Slide 9 - Quizvraag
Deze stad is vooral gegroeid, omdat het het bestuurscentrum van NL is.
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Den Haag
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Deze stad is gegroeid, omdat het een vergadercentrum van Nederland is geworden.
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Den Haag
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Deze stad is vooral gegroeid, omdat het een belangrijke industrie- en havenstad is geworden.
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Den Haag
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Deze stad is vooral gegroeid, omdat het een belangrijk toeristisch en financieel centrum is.
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Den Haag
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Deze stad is vooral gegroeid, omdat het een belangrijk toeristisch en financieel centrum is.
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Den Haag
Slide 18 - Quizvraag
Kunnen dorpen worden opgeslokt door snel groeiende steden?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Vanaf 1960......
A
wint de stad aan populariteit
B
verliest de stad aan populariteit
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Veel stadsgewesten zijn de achterliggende jaren naar elkaar gegroeid en verbonden. Dit noemen we...
A
steden
B
randsteden
C
stedelijke gebieden
D
agglomeraties
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Tekstslide
In Nederland hebben we
A
één stedelijk gebied
B
meerdere stedelijke gebieden
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
Het grootste stedelijke gebied vinden we in het....
A
noorden van ons land
B
oosten van ons land
C
zuiden van ons land
D
westen van ons land
Slide 30 - Quizvraag
Slide 31 - Tekstslide
Middenin de Randstad vinden we het Groene Hart. Dit is een relatief......
A
dun bebouwd gebied
B
dicht bebouwd gebied
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
Het Groene Hart....
A
mag van de overheid vol gebouwd worden
B
moet zo min mogelijk aangetast worden, aldus de overheid
Slide 34 - Quizvraag
Vinexwijken zijn nieuwbouwwijken.....
A
middenin de stad
B
aan de rand van de stad
Slide 35 - Quizvraag
Slide 36 - Tekstslide
Wat zijn de plaatsen met het meeste werk en voorzieningen?
A
stedelijke gebieden
B
plattelandsgebieden
Slide 37 - Quizvraag
Hoe groter een plaats, hoe....
A
kleiner het voorzieningenniveau
B
groter het voorzieningenniveau
Slide 38 - Quizvraag
Slide 39 - Tekstslide
Welke plaats heeft een groter verzorgingsgebied?
A
het dorpje Doodstil in Groningen
B
de stad Amsterdam in Noord Holland
