tijden werkwoord

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

Slide 1 - Tekstslide

Imperfectumvormen hebben dezelfde stam als praesensvormen.
Perfectum- en plusquamperfectumvormen worden gemaakt met een andere stam: de perfectumstam. 
Algemene regel perfectumstam:
a-stammen: praesensstam + v
e-stammen: praesensstam met u i.p.v. e
i-stammen: praesensstam + v
mk-stammen: praesensstam + s

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeelden:

de perfectumstam van voca-re is vocav-
de perfectumstam van time-re is timu-
de perfectumstam van audi-re is audiv-
de perfectumstam van dic-e-re is dix-  (c+s=x)


Een aantal werkwoorden heeft een onregelmatige perfectumstam. Die moet je leren.

Slide 3 - Tekstslide

uitgangen praesens:
o, s, t, mus, tis, nt

uitgangen imperfectum:
bam, bas, bat, bamus, batis, bant

uitgangen perfectum:
i, isti, it, imus, istis, erunt

uitgangen plusquamperfectum:
eram, eras, erat, eramus, eratis, erant

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Let bij de vertaling van een tekst goed op de juiste
vertaling van de werkwoordsvormen.
praesens: tt (ik loop)
imperfectum: ovt (ik liep)
perfectum: vtt (ik heb gelopen) of ovt (ik liep)
plusquamperfectum: vvt (ik had gelopen)

Slide 6 - Tekstslide

Welke tijd heeft 'audiverat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 7 - Quizvraag

Welke tijd heeft 'timuit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 8 - Quizvraag

Welke tijd heeft 'audit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 9 - Quizvraag

Welke tijd heeft 'eramus'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 10 - Quizvraag

Welke tijd heeft 'regebatis'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 11 - Quizvraag

Welke tijd heeft 'potuerat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 12 - Quizvraag

Welke persoon heeft 'audivistis'?
A
1e persoon mv
B
2e persoon mv
C
3e persoon ev
D
2e persoon ev

Slide 13 - Quizvraag

Vertaal: Femina servam videt

Slide 14 - Open vraag

Vertaal: Femina servam viderat

Slide 15 - Open vraag

Vertaal: Femina servam vidit

Slide 16 - Open vraag

Vertaal: Femina servam videbat

Slide 17 - Open vraag

De vertaling 'wij zagen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 18 - Quizvraag

De vertaling 'wij waren gekomen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 19 - Quizvraag

De vertaling 'hij had gekund' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 20 - Quizvraag

De vertaling 'ik ben geweest' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 21 - Quizvraag

fueram is een plusquamperfectum-vorm van het werkwoord .....

Slide 22 - Open vraag

poteram is een imperfectumvorm van het werkwoord .....

Slide 23 - Open vraag

Zorg dat je de werkwoordsvormen herkent, dus leer de
uitgangen en de regelmatige en de onregelmatige perfectumstammen.

Zorg dat je weet hoe je de verschillende tijden vertaalt.

Slide 24 - Tekstslide