ein/eine, bezittelijk voornaamwoord

Weiblich (die)
1 / 20
volgende
Slide 1: Woordweb
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Weiblich (die)

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Tekstslide

Der - die - das
die Blume
der Stier
das Baby

Slide 3 - Tekstslide

De regels
der
die
das
- Mannelijke personen/dieren
- Vrouwelijke personen/dieren

- Veel woorden op -e

- -heit, -keit, -schaft, -ung
Onzijdig

Veel het-woorden

- chen & lein

Slide 4 - Tekstslide

Männlich (der)

Slide 5 - Woordweb

Sachlich (das)

Slide 6 - Woordweb

ein(e)/kein(e) 1e naamval

Slide 7 - Tekstslide

Frau (v)
Mann (m)
Kind (o)
Kinder (mv)
Kombiniere die Artikel mit den Nomen
der
die
die
das
ein
ein
eine
keine

Slide 8 - Sleepvraag

manne-
lijk
vrouwe-
lijk
onzijdig
meer-
voud
der/ ein
die/ eine
das/ ein
die/ keine

Slide 9 - Sleepvraag

Habt ihr _________ Mann (m) gesehen?
Die Polizei sucht _________ Frau (v).
Im wasser schwimmt _________ Kind (o).
_________ Eltern (mv) sind sehr streng.
_________ Hund (m) isst das Futter
ein
ein
eine
eine
ein

Slide 10 - Sleepvraag

Wanneer krijg je achter het bezittelijk voornaamwoord een extra E ?
A
mannelijk/onzijdig
B
vrouwelijk/meervoud

Slide 11 - Quizvraag

Männlich (der)

Slide 12 - Woordweb

Sachlich (das)

Slide 13 - Woordweb

Weiblich (die)

Slide 14 - Woordweb

der/das
die (ez)
die (mz)
ein
eine
keine

Slide 15 - Sleepvraag

Hier ist ... Buch (o) für dich
A
ein
B
eine

Slide 16 - Quizvraag

Ich mag ... Katzen (mv)
A
kein
B
keine

Slide 17 - Quizvraag

Kannst du mir ... Gabel (m)geben?
A
ein
B
eine

Slide 18 - Quizvraag

Zum Geburtstag möchte ich ... Pferd (o).
A
ein
B
eine

Slide 19 - Quizvraag

An die Arbeit
  • Lees de uitleg goed! Probeer daarna deze opdrachten:
  • BK online:  3.1 opdracht 12, 13, 15 en test jezelf 3.1 (met je boek erbij!)
  • Sabrin:  2.1 opdracht 3, 5, 6, 7, 8 & 9

Klaar? Opdracht 1 & 2 van 3.2 en Blookets in hw. 

Slide 20 - Tekstslide