H5 Havo 3 2021

1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Bonjour la classe! 
Je suis tellement content de vous 
       revoir... 

Slide 2 - Tekstslide


Le programme d'aujourdhui

  • Quelques questions..... 
  • Chapitre 5 

Slide 3 - Tekstslide

J'ai quelques questions à vous poser...

Slide 4 - Tekstslide

Est-ce que vous êtes contents d'être de retour au collège?
A
Oui
B
Non

Slide 5 - Quizvraag

Qu'est-ce que vous aimez le plus d'être
de retour au collège?
A
Revoir mes camarades de classe et mes copains/copines
B
Revoir mes profs en général

Slide 6 - Quizvraag

Qu'est-ce que vous aimiez le plus de suivre des cours à l'école?
A
Le rythme
B
Mieux comprendre les cours
C
De pouvoir parler avec les camarades des classes
D
D'être autre part que seulement à la maison

Slide 7 - Quizvraag

Qu'est-ce que vous aimiez le plus de suivre des cours en ligne?
A
Ne pas faire attention
B
Faire la grasse matinée(=uitslapen)
C
De pouvoir jouer à la console pendant les cours
D
Rien(=niets)

Slide 8 - Quizvraag

Qu'est-ce que vous détestiez le plus de suivre des cours à l'école?
A
Il faut se lèver tôt le matin
B
D'être tout le temps dans la même salle de classe
C
Suivre des cours dans une tente
D
Suivre des cours à l'extérieur du site

Slide 9 - Quizvraag

Qu'est-ce que vous détestiez le plus de suivre des cours en ligne?
A
La bruit des membres de la famille
B
L'obligation de rester assis des heures d'affilées derrière l'écran

Slide 10 - Quizvraag

Chapitre 5
Formidable!

Temps libre /  loisirs / passe-temps /hobby

Slide 11 - Tekstslide

Feuillettez le livre!
Quel est le sujet?
Quels sont les buts?

Slide 12 - Tekstslide

Quel est le sujet?
Quel sont les buts?

Slide 13 - Woordweb

Résumé
Formidable!
Hobby / passe temps
Parler de son week-end
L'imparfait
Le verbre: mettre
L'adjectif qualicatif 


Slide 14 - Tekstslide

Nantes

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

connu
Ik weet de vertaling van dit woord
inconnu
Ik weet de vertaling niet van dit woord.
Noteer een Frans woord uit het filmpje!

Slide 21 - Woordweb

Passe-temps

Faire un sport
Assiter à un concert
Regarder Netflix
Faire de la musique
Faire de la cuisine
Lire



Slide 22 - Tekstslide

Parler français
Hoe vraag je: 
*Ken je Stromae?  * Wat voor soort muziek is het? 
* Heb je al een concert gezien van Stromae?  * Wat is je lievelingsliedje?  *   
* Hoe vind je de stem van Amel Bent?  *Waar komt zij vandaan?

Hoe zeg je:
* Ja, het is een Belgische zanger. * Dat is hiphop en electro.
* Ja, dat was geweldig!  * Dat is "Formidable".
* Ik ben dol op haar stem.  * Zij is Française, maar zij is van Algerijnse afkomst.

Slide 23 - Tekstslide

Est-ce que tu connais Stromae?
Oui, c'est un chanteur belge.

Slide 24 - Tekstslide

C'est quel genre de musique?
C'est du hip-hop et de l'élèctro.

Slide 25 - Tekstslide

Tu as déjà vu un concert de Stromae?
Oui, c'était génial!

Slide 26 - Tekstslide

Quelle est ta chanson préférée?
C'est Formidable.   

Slide 27 - Tekstslide

Comment tu trouves la voix d'Amel Bent?
J'adore sa voix.

Slide 28 - Tekstslide

Elle vient d'où?
Elle est française, 
mais elle est d'origine algérienne.

Slide 29 - Tekstslide

Parler français
Hoe vraag je: 
* Wie is jouw idool?  * Waarom vind je hem goed? * 
* Heb zijn handtekening al? * Weet je alles over jouw idool?
* Hoe lang ben je al fan?

Hoe zeg je:
* Dat is Alexy Bosetti.  * Omdat  hij een goede voetballeer is.
* Nee, helaas nog niet. * Ja, ik lees al zijn berichten op Facebook.
* Sinds vier jaar.

Slide 30 - Tekstslide

C'est qui ton idole?
C'est Alexy Bosetti. 
C'est .................

Slide 31 - Tekstslide

Pourquoi tu l'aimes bien?
Parce que c'est un bon joueur de foot.
Parce que c'est ..................

Slide 32 - Tekstslide

Tu as déjà son autographe?
Non, malheureusement pas encore.

Slide 33 - Tekstslide

Est-ce que tu sais tout sur ton idole?
Oui, je lis tous ses messages sur Facebook.

Slide 34 - Tekstslide

Tu es fan depuis combien de temps?
Depuis quatre ans.

Slide 35 - Tekstslide

Les genres du film

Slide 36 - Tekstslide

Bron C: L'imparfait
De verleden tijd

Hoe klinkt dat in het Nederlands?

Slide 37 - Tekstslide

présent - imparfait
ik heb - ik had
ik ben - ik was
ik ga - ik ging
ik loop - ik liep
ik werk - ik werkte
ik eet - ik at
ik praat - ik praatte

Slide 38 - Tekstslide

Hoe maak je de imparfait?
stap 1
Neem de nous-vorm van het ww uit de tegenwoordige tijd.

stap 2
Haal -ons van het ww af

stap 3
Plak de juiste uitgang erachter

Slide 39 - Tekstslide

Uitgangen imparfait
Je parlais
Tu parlais
Il/ elle/ on parlait
Nous parlions
Vous parliez
Ils/ elles parlaient

Slide 40 - Tekstslide

Hoe maak je de imparfait?
stap 1
Neem de nous-vorm van het ww uit de tegenwoordige tijd.
vb: hij praatte --> praten --> parler --> parlons

stap 2
Haal -ons van het ww af
vb: parlons --> parl

stap 3
Plak de juiste uitgang erachter
vb: parl --> il parlait

Slide 41 - Tekstslide

Hoe zeg je: Wij praatten
A
Nous parlons
B
vous parlez
C
nous parlions
D
vous parliez

Slide 42 - Quizvraag

Vertaal: Zij hadden
A
ils avaient
B
ils avait
C
ils avent
D
ils ont

Slide 43 - Quizvraag

Vertaal: Zij nam
A
elle prendrait
B
elle prendait
C
elle prenait
D
elle prenaient

Slide 44 - Quizvraag

Uitzonderingen...
être --> uiteraard!

Bij dit ww gebruik je niet de nous-vorm om de imparfit te maken, maar je gebruikt
ét....

En daar plaats je de uitgangen achter. Bijv.
Elle était

Slide 45 - Tekstslide

Vous avez encore des questions?

Slide 46 - Tekstslide