1.5 Voortplanting

Wat kun je je herinneren van de vorige les?
1 / 48
volgende
Slide 1: Open vraag
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wat kun je je herinneren van de vorige les?

Slide 1 - Open vraag

Glucose is een
A
anorganische stof
B
organische stof

Slide 2 - Quizvraag

glucose is een ...
A
koolhydraat
B
vet
C
eiwit
D
voedingsvezel

Slide 3 - Quizvraag

assimilatie is:
A
Het omzetten van stoffen.
B
Het afbreken van stoffen.
C
Het omzetten van stoffen waarbij anorganische stoffen worden gemaakt
D
Het opbouwen van stoffen waarbij energierijke organische stoffen worden gemaakt.

Slide 4 - Quizvraag

In welke stoffen kan glucose worden omgezet bij assimilatie?
A
koolstofdioxide en water
B
eiwitten, koolhydraten, vetten
C
eiwitten en nitraat
D
vitamines en mineralen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de juiste formule van de verbranding van glucose:
A
glucose + CO2 + energie --> zuurstof + water
B
glucose + zuurstof + energie --> CO2 + water
C
glucose + CO2 --> zuurstof + water + energie
D
glucose + zuurstof --> CO2 + water + energie

Slide 6 - Quizvraag

Welke vragen van het huiswerk wil je besproken hebben?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen:
Aan het eind van de les kun je:
- het verschil omschrijven tussen ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting
- voorbeelden noemen van ongeslachtelijke voortplanting
- het verschil omschrijven tussen mitose en meiose
- de bouw en functies van bloemen beschrijven

Slide 9 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
zonder ander geslacht 

door mitose

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

STEKKEN

stukje stengel of 
blad 

Slide 12 - Tekstslide

KNOLLEN

verdikte stengel
of wortel met 
reservevoedsel 

Slide 13 - Tekstslide

BOLLEN

zijn verdikte 
bladeren 

Slide 14 - Tekstslide

ENTEN

Een deel van een 
plant zet je op een 
ander deel 

Slide 15 - Tekstslide

UITLOPERS

Slide 16 - Tekstslide

WORTELSTOKKEN

Slide 17 - Tekstslide

Wat is geen voorbeeld
van ongeslachtelijke voortplanting bij planten?
A
Deling en stekken
B
Bollen en knollen
C
Uitlopers en wortelsstokken
D
Stuifmeelkorrels en eicellen

Slide 18 - Quizvraag

Wat is ongeslachtelijke voortplanting
A
Wanneer en een nieuwe plant groeit uit een zaadje
B
Wanneer er een nieuwe plant groeit uit een deel van een plant

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor mitose?
A
Cel -deling
B
gewone cel-deling
C
reductie-deling
D
verdubbeling

Slide 20 - Quizvraag

ongeslachtelijke voortplanting bij planten: sleep de namen naar de bijbehorende afbeelding.
R14
voortplanting dmv knollen
weefselkweek
voortplanting dmv wortelstokken
voortplanting dmv stekken
voortplanting dmv bollen
voortplanting dmv uitlopers

Slide 21 - Sleepvraag

Welke vorm van ongeslachtelijke voortplanting zie je hier?
A
stek
B
bol
C
uitloper
D
wortelstok

Slide 22 - Quizvraag

Bij ongeslachtelijke voortplanting hoort:
A
Mitose
B
Meiose

Slide 23 - Quizvraag

Zijn aardappels knollen of bollen?
A
Knollen : het zijn verdikte wortels
B
Bollen : het zijn verdikte stengelsd

Slide 24 - Quizvraag

Geslachtelijke voortplanting
Met ander geslacht

Meiose? 

Slide 25 - Tekstslide

MEIOSE

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Meeldraad = mannelijk

Slide 30 - Tekstslide

Stamper = vrouwelijk

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Delen van de kamperfoelie-bloemen zijn: eicel, meeldraad, stamper en stuifmeelkorrel.
Hoe heet het vrouwelijke voortplantingsorgaan van de kamperfoelie? En de vrouwelijke voortplantingscel?
A
1 = stamper, 2 = eicel
B
1 = stamper, 2 = stuifmeelkorrel
C
1 = meeldraad, 2 = eicel
D
1 = meeldraad / 2 = stuifmeelkorrel

Slide 34 - Quizvraag

De bloem hiernaast heeft alleen de onrijpe meeldraden (geslachtsorganen). Welk antwoord past bij deze bloem?
A
Tweeslachtig (mannelijk en vrouwelijk)
B
Ongeslachtelijk
C
Eenslachtig mannelijk
D
Eenslachtig vrouwelijk

Slide 35 - Quizvraag

Waaruit bestaat de stamper?
A
Stempel - stijl - zaadbeginsel
B
stempel - stijl - vruchtbeginsel
C
helmdraad - helmknop

Slide 36 - Quizvraag

Waar vindt bestuiving plaats?
A
Op de meeldraad
B
Op de stempel
C
In het zaadbeginsel
D
In het vruchtbeginsel

Slide 37 - Quizvraag

11) Doel van de meiose:
A
maken voortplantingscellen
B
maken lichaamscellen

Slide 38 - Quizvraag

Welke onderdelen van een bloem hebben vaak mooie, opvallende kleuren?
A
De kelkbladeren
B
De stamper
C
De kroonbladeren
D
De meeldraden

Slide 39 - Quizvraag

De eicellen liggen in:
A
de stempel
B
de stijl
C
het vruchtbeginsel

Slide 40 - Quizvraag

Delen van de kamperfoelie-bloemen zijn: eicel, meeldraad, stamper en stuifmeelkorrel.
Hoe heet het vrouwelijke voortplantingsorgaan van de kamperfoelie? En de vrouwelijke voortplantingscel?
A
1 = stamper, 2 = eicel
B
1 = stamper, 2 = stuifmeelkorrel
C
1 = meeldraad, 2 = eicel
D
1 = meeldraad / 2 = stuifmeelkorrel

Slide 41 - Quizvraag

De bloem hiernaast heeft alleen de onrijpe meeldraden (geslachtsorganen). Welk antwoord past bij deze bloem?
A
Tweeslachtig (mannelijk en vrouwelijk)
B
Ongeslachtelijk
C
Eenslachtig mannelijk
D
Eenslachtig vrouwelijk

Slide 42 - Quizvraag

Waaruit bestaat de stamper?
A
Stempel - stijl - zaadbeginsel
B
stempel - stijl - vruchtbeginsel
C
helmdraad - helmknop

Slide 43 - Quizvraag

Welke onderdelen van een bloem hebben vaak mooie, opvallende kleuren?
A
De kelkbladeren
B
De stamper
C
De kroonbladeren
D
De meeldraden

Slide 44 - Quizvraag

11) Doel van de meiose:
A
maken voortplantingscellen
B
maken lichaamscellen

Slide 45 - Quizvraag

Opdrachten maken


Nu maken: 42 t/m 47
Huiswerk: 42 t/m 51

Slide 46 - Tekstslide

Geslachtelijke voorplanting
Ongeslachtelijke voortplanting
Knollen
Bollen
Stamper
Meeldraad
Stekken
Bloem

Slide 47 - Sleepvraag

Sleep de bloemonderdelen naar de juiste plek.
Kroonblad
Meeldraad
Kelkblad
Stempel
Stamper
Helmknop
Bloemsteel
zaadbeginsel
helmdraad

Slide 48 - Sleepvraag