PKPD van antibiotica AIOS Long

PKPD van antibiotica
welke doseringsstrategie waarom en wanneer?

Reinier van Hest, 19 januari 2024
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeneeskundeWOStudiejaar 6

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

PKPD van antibiotica
welke doseringsstrategie waarom en wanneer?

Reinier van Hest, 19 januari 2024

Slide 1 - Tekstslide

Een CF-patiënt (♀, 27 j, 1.65 m, 57 kg, kreat 71 micromol/l) moet vanwege een pneumonie gaan starten met tobramycine.
Stelling: De startdosering is 300 mg eenmaal daags, verder te individualiseren obv een topspiegel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Target: Cmax/MIC 8-10 -> Cmax CF: 25-30 mg/l
Wat is jullie huidige praktijk: bij welke patiënten meet je een gentamicine of tobramycine topspiegel?
A
Alleen CF patienten
B
Alleen IC patienten
C
Nooit
D
Mijn antwoord staat er niet bij

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Een CF-patiënt (♀, 27 j, 1.65 m, 57 kg, kreat 71 micromol/l) is vanwege een pneumonie gestart met tobramycine. Vochtbalans is sterk positief
Stelling: door de sterk positieve vochtbalans is de kans groot dat de standaarddosering van 10 mg/kg te laag is

A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Een CF-patiënt (♀, 27 j, 1.65 m, 57 kg,) start vanwege een pneumonie met tobramycine. Vochtbalans is sterk positief. Haar kreatinine is in 24 h gestegen van 71 naar 140 micromol/l
Stelling: het doseringsschema moet worden aangepast naar een hogere keerdosis en een langer doseringsinterval
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Een andere CF-patiënt (♀, 27 j, 1.65 m, 120 kg, kreat 71 micromol/l) moet vanwege een pneumonie gaan starten met tobramycine.
Stelling: de startdosering is 1200 mg eenmaal daags, verder te individualiseren obv een topspiegel.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Een volwassen patiënt wordt al 4 dagen ivm een luchtweginfectie behandeld met ceftazidim 2 gram 3dd. Sputumkweek positief voor Pseudomonas aeruginosa, gevoelig voor ceftazidim. De patiënt houdt koorts en leukocytose. Hij heeft een eGFR van 140 ml/min. Wat doe je?
A
Niets, het effect kan nog komen
B
Dosering verhogen naar 3 gram 3dd
C
Dosering aanpassen naar 6 gram continu iv
D
Dosering aanpassen naar 2 gram 6dd

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

De patiënt is overgezet naar 6 gram/dag ceftazidim via een continue iv toediening, maar nu daalt de eGFR in enkele dagen van 140 ml/min naar 60 ml/min.
Moet de dosering worden aangepast (ceftazidim wordt renaal geklaard)?
A
Ja, ivm risico stapeling en toxiciteit
B
Nee, dosisaanpassingen pas bij eGFR<50
C
Nee, dosisaanpassingen zijn bij ceftazidim niet nodig

Slide 28 - Quizvraag

De eGFR van de patiënt daalt door van 60 ml/min naar 38 ml/min onder 6 gram/dag ceftazidim via een continue iv toediening
Hoe zou je de dosering aanpassen?
A
Niet
B
Aanpassen naar 3 gram continu iv
C
Aanpassen naar 2 gram continu iv
D
Aanpassen van 2dd 1 gram

Slide 29 - Quizvraag

Een patiënt (♂, 78 j, 77 kg, chronische nierinsufficientie (eGFR 21 ml/min), lever gb, vochtbalans sterk positief, luchtwegen gekoloniseerd met Pseudomonas spp) verdacht van een CAP gaat starten met iv benzylpenicilline en iv ciprofloxacine. Welke doseringen zou u starten?
A
1 milj IE 4dd resp 3dd 400 mg
B
1 milj IE 4dd resp 2dd 400 mg
C
1 milj IE 4dd resp 3dd 200 mg
D
1 milj IE 4dd resp 1dd 600 mg

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

De patiënt (♂, 78 j, 77 kg, chronische nierinsufficientie (eGFR 21 ml/min), lever gb, vochtbalans sterk positief) krijgt ciprofloxacine 400 mg 2dd, en benzylpenicilline 1 milj IE 4dd, beide iv. Moeten de keerdoseringen toch niet omhoog ivm de sterk positieve vochtbalans? Stelling: dit is een goed idee
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

De patiënt krijgt ciprofloxacine 400 mg 2dd en benzylpenicilline 1 milj IE 4dd, beide iv toediening. Je supervisor oppert echter om de antibiotica per inhalatie toe te gaan dienen
Stelling: dit is een goed idee
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide