formules, vergelijkingen en grafieken 1 (HV)

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Doel van de les
  • Voorkennis activeren
  • Instructie
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...
... ken je de begrippen variabelen, begingetal en richtingscoëfficiënt
... kun je de oplossing van een vergelijking m.b.v. de balansmethode.
... kun je de richtingscoëfficiënt berekenen
... kun je een formule maken bij een grafiek

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn variabelen in een formule
A
getallen
B
woorden
C
letters
D
letters en getallen

Slide 4 - Quizvraag

Welk getal in de formule is de richtingscoëfficiënt?
Aantal kopieën = 35 + 5 x minuten
A
35
B
5
C
Aantal kopieën
D
Minuten

Slide 5 - Quizvraag

Welke eenheden zitten er in de formule:

Kosten in euro = 34 + 6,75 x aantal in uren
A
euro en uren
B
kosten in euro
C
kosten en aantal
D
aantal in uren

Slide 6 - Quizvraag

3.2 Lineaire grafiek bij een formule

De inkomsten van een vakkenvuller kun je berekenen met de volgende formule:



Dit noem je een woordformule (er staan woorden in)

Hierin zijn de woorden de variabelen.

Hier zijn de variabelen dus Inkomsten en tijd.

Daarbij horen eenheden. In dit geval euro en uren.


Inkomsten in euro = 4,50 x tijd in uren

Slide 7 - Tekstslide

Hoe steiler de grafiek, hoe … het stijggetal.
A
Breder
B
Groter
C
Kleiner
D
Smaller

Slide 8 - Quizvraag

Twee formules:
A hoogte = 7,75 + 1,4 × tijd
B hoogte = 2,5 × tijd
Welke grafiek loopt het steilst?
A
Formule A
B
Formule B
C
Beide even stijl
D
Geen idee

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de r.c. van de volgende formule:


K = 3,12 - 54a
A
-3,12
B
54
C
-54
D
3,12

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het begingetal van de volgende formule:


B = 8,5t
A
8,5
B
kun je niet weten
C
1
D
0

Slide 11 - Quizvraag

oplossen m.b.v. de balansmethode

Slide 12 - Tekstslide

Balansmethode
Is de balans in balans?
Hoeveel kilo weegt het rechterdeel?


Wat is de vergelijking van deze balans? Oftewel  wat zien we hier??

Slide 13 - Tekstslide

2 beertjes + 5 = 11

korte manier is

2B+5=11

Slide 14 - Tekstslide

Los de volgende vergelijking op (op je wisbordje)

4A + 17 = 29

Slide 15 - Tekstslide

Wat is de oplossing van de vergelijking?
b=

Slide 16 - Open vraag


Welke vergelijking past bij deze balans? 
A
5a = 10
B
2a + 3 + 10
C
3 + 2a = 10
D
2a + 3 = 10

Slide 17 - Quizvraag


4A + 17= 29
        -17  -17

4a          =12
:4               :4

A            = 3


Stap 1 
links de losse getallen wegwerken


Stap 2
beide kanten delen door het getal dat
voor de letter staat

Slide 18 - Tekstslide

Los op:
2,50 + 0,50f = 15
A
f = 5
B
f = 30
C
f = 10
D
f = 25

Slide 19 - Quizvraag

Sleep de begrippen naar de juiste plaats
tabel
grafiek
formule
Coördinaat (1,10)
  assenstelsel
Coördinaat (-1, 8)

Slide 20 - Sleepvraag

horizontaal
verticaal

Slide 21 - Sleepvraag

Hoe bereken je de
richtingscoëfficiënt in een tabel?
A
verticaal : horizontaal
B
horizontaal : verticaal

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het begingetal van deze grafiek?
A
6
B
1
C
2
D
ik begrijp dit niet

Slide 23 - Quizvraag

staat bij de horizontale as
richtingscoëfficiënt
begingetal
staat bij de verticale as

Slide 24 - Sleepvraag

horizontaal
verticaal

Slide 25 - Sleepvraag

Wat is de
richtingscoëfficiënt
van deze grafiek?
A
3,5
B
-3,5
C
-0,29
D
0,29

Slide 26 - Quizvraag

15
7,5
5
tijd in uren
inkomsten in euro's

Slide 27 - Sleepvraag

Welke formule hoort bij de grafiek?

Slide 28 - Open vraag

Maak de formule

Slide 29 - Open vraag

Aan de slag

Slide 30 - Tekstslide

Wat weten we al?
- Inklemmen

Slide 31 - Tekstslide