Les 2. Soorten media

Soorten media en mediagebruik
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Soorten media en mediagebruik

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan je doen vandaag? 
 Terugblik leerdoelen vorige les

Introductie

Leerdoelen deze les

Uitleg paragraaf 2

Aan de slag

Leerdoelen controleren

Slide 2 - Tekstslide

Kort herhalen
In de volgende dia's worden je zo 3 herhalingsvragen gesteld. Probeer deze vragen zo goed mogelijk en zonder boek te beantwoorden. Op die manier kan jij ( en de docent) kijken welke onderdelen je al goed beheerst en welke onderdelen je nog extra zou kunnen oefenen. 




Slide 3 - Tekstslide


Wat is communicatie?

Slide 4 - Open vraag

Op welke manieren kun je communiceren?

Slide 5 - Open vraag

Welke redenen zijn er om media te gebruiken?

Slide 6 - Open vraag

Wat ga je vandaag leren? 

Welke soorten massamedia kennen we? 

Wat is fake nieuws en herken je dat? 

Wat is het verschil tussen een populaire- en een kwaliteitskrant? 

Wat is het verschil tussen een commerciële- en een publieke omroep? 

Slide 7 - Tekstslide

Voor je begint 
Hoeveel uur per dag besteed je aan media?

Denk hierbij aan: 
  • Sociale media 
  • Muziek luisteren
  • Televisie kijken
  • Internetten (surfen) 
  • Kranten/ tijdschriften/ boeken lezen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video



Welke nieuwssites zijn volgens jou betrouwbaar?

Slide 10 - Open vraag

Betrouwbaar? 


Kijk altijd goed naar de bron

Sites als 'nieuwspaal' en 'DeSpeld'  
zijn heel  bijvoorbeeld heel actief op facebook, maar totaal niet betrouwbaar. 



Slide 11 - Tekstslide


Kranten en tijdschriften
Populaire kranten: 
Richten zich op sensationeel nieuws. Geven veel aandacht aan sport, beroemdheden en cirminaliteit. (Telegraaf & het AD)

Kwaliteitskranten: 
Geven vaak uitgebreide informatie bij het politieke of economische nieuws. (Volkskrant, NRC en trouw)

Tijdschriften
Gaan vaak over 1 onderwerp.

Slide 12 - Tekstslide


Televisie en radio 
Omroepen: organisaties die via radio, tv en internet informatie uitzenden aan publiek

Commerciële omroep: 
Heeft als doel zoveel mogelijk geld te verdienen tijdens uitzendingen. Kijkcijfers zijn belangrijk. 

Publieke omroep: 
Krijgen geld van de overheid, en moeten zich daardoor houden aan de mediawet. 

Slide 13 - Tekstslide

Mediawet
Publieke omroepen zijn verplicht om programma's te maken voor verschillende doelgroepen. Zij zorgen op die manier voor pluriformiteit in het media aanbod. 

Pluriformiteit betekent dat er voor iedereen in Nederland wat interessants te zien of te horen is. 

Slide 14 - Tekstslide

Commerciele zenders

-Veel reclames
-Krijgen geen geld van de overheid.


Publieke omroepen

-Minder reclames
-Krijgen wel geld van de overheid.

Slide 15 - Tekstslide


Aan het werk!
* Lees bladzijde 96 en 97 in je tekstboek goed door.
* Maak opgave 1 t/m 14 op bladzijde 109 t/m 111 van je werkboek. 
* Controleer in de laatste slides of je de leerdoelen van deze les hebt behaald. 

De docent is tijdens de les bereikbaar via de mail bereikbaar voor vragen. 

Heel veel succes!

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen gehaald?

Slide 17 - Tekstslide

Welke soorten massamedia kennen we?

Slide 18 - Open vraag

Wat is fake nieuws en hoe herken je dat?

Slide 19 - Open vraag

Wat is het verschil tussen populaire kranten en kwaliteitskranten?

Slide 20 - Open vraag

Huiswerk 


Opdrachten 1 t/m 14 op bladzijde 109 t/m 111 in je werkboek. 

Slide 21 - Tekstslide