50 ἀτάρακτος: kenmerk van epicurisme: vrij van zorgen
ἀπαθής: kenmerk van stoïcisme: gelatenheid
Slide 53 - Tekstslide
Geef de juiste vertaling. ποῦ ἡ σὴ συμπάθεια;
Slide 54 - Open vraag
Woorduitleg
54 τέθνηκε:
van θνήσκειν, A. ind. perf. 3enk.
Slide 55 - Tekstslide
Geef een goede vertaling van τέθνηκε (perfectum = resultaat handeling).
Slide 56 - Open vraag
Jij uiterst ongevoelige en apathische man.
Zeg eens,
waar is je medeleven gebleven? Jouw woorden zijn zo kil.
Je lieve zus is er niet meer
en jij laat zelfs niet één traan,
je bent enkel bezig met één of andere vaas?
Slide 57 - Tekstslide
Slide 58 - Tekstslide
Geef een juiste vertaling van de superlatief ἀθλιώτατε.
Slide 59 - Open vraag
Culturele info
60 πόποι:
uitroep: ‘ach’, ‘oh jee’, ‘och’, vaak bij Homerus
Slide 60 - Tekstslide
Welke vorm is ἠγάπησας?
A
A. part. aor. nom.m.enk.
B
A. ind. aor. 2enk.
C
A. ind. fut. 2enk.
D
A. ind. plqpf. 2enk.
Slide 61 - Quizvraag
Is het verdriet je soms te veel? Ach, ellendige vriend,
ik heb echt medelijden met jou.
Och gast, in godsnaam!
Had je dan geen greintje liefde voor je zus?
Slide 62 - Tekstslide
Slide 63 - Tekstslide
Duid de passende vertaling aan van εὕρηκα.
A
Ik vond het
B
Ik had het gevonden
C
Ik heb het gevonden
D
Ik zou het vinden
Slide 64 - Quizvraag
Woorduitleg
62 εὕρηκα:
van εὑρίσκειν A. ind. perf. 1enk.
Slide 65 - Tekstslide
Duid de juiste verklaring aan. ὅστις ἀπέκτεινε αὐτήν
A
veralgemenende zin
B
V-zin vraag
C
O-zin vraag
D
BVB-zin
Slide 66 - Quizvraag
Sherlock Holmes:
Ik heb het gevonden!
Nu besef ik wie haar gedood heeft.
John Watson: Wat zeg je?
Slide 67 - Tekstslide
Slide 68 - Tekstslide
Hoe vertaal je ἄγε het best?
A
allez!
B
wees gerust!
C
breng mij weg!
D
hou op!
Slide 69 - Quizvraag
Woorduitleg
66 βλέψον:
van βλέπειν (grondig bekijken), A. imp. aor. 2enk.
Slide 70 - Tekstslide
Duid de juiste verklaring aan. δεικνύουσαν
A
A. ind. praes. 3mv.
B
A. ind. aor. 3mv.
C
A. part. praes. acc.v.enk.
D
A. part. aor. acc.v.enk.
Slide 71 - Quizvraag
Woorduitleg
67 δεικνύουσαν: A.part.praes.: BVB bij φιάλην
Slide 72 - Tekstslide
Duid de juiste verklaring aan. ὡς ἄρτι* εἶπον
A
BWB-zin van tijd:
"toen ..."
B
BWB-zin van doel: "opdat ..."
C
BWB-zin van reden:
"omdat ..."
D
BWB-zin van vergelijking: "zoals ..."
Slide 73 - Quizvraag
Komaan,
kijk nu toch eens naar de vaas.
Ik heb het je al gezegd: Agamemnon en Clytaemnestra staan erop.
Slide 74 - Tekstslide
Slide 75 - Tekstslide
Geef een goede vertaling van παῦσαι διαλεγόμενος.
Slide 76 - Open vraag
Duid de juiste verklaring aan. διαλεγόμενος
A
Gezegde V-zin
B
Congruerend participium
C
Gezegde LG
D
Congruerend part.: noodzakelijk
Slide 77 - Quizvraag
Woorduitleg
71 παῦσαι:
van παύεσθαι M. imp. aor. 2enk.
71 διαλεγόμενος:
παύεσθαι + noodzakelijk participium
Slide 78 - Tekstslide
Onnozelaar,
hou nu toch eens eindelijk op over die onbenullige vaas van jou!
Slide 79 - Tekstslide
Slide 80 - Tekstslide
Woorduitleg
76 διεφθάρη:
van διαφθείρειν, P. ind. aor. 3enk. - athetatische aorist
Slide 81 - Tekstslide
Geef een vlotte vertaling van διεφθάρη.
Slide 82 - Open vraag
Jouw melige woorden in combinatie met de afbeelding van Agamemnon en van Clytaemnestra legden de waarheid bloot, die nochtans zo voor de hand lag. De liefde is mijn arme zus fataal geworden.