DP2 dinsdag 27 februari

DP2 woensdag 28 februari
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2BasisschoolGroep 8

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

DP2 woensdag 28 februari

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
Aarsman
quiz
Orals stimuli maken en bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Video

voorrang
A
front row
B
upper class
C
right of way

Slide 5 - Quizvraag

formule 1 coureur
A
formule-1-coureur
B
formule-1 coureur
C
formule 1-coureur
D
formule-ééncoureur

Slide 6 - Quizvraag

Ik volg de les
A
en ik denk aan het weekend
B
en ik aan het weekend denk

Slide 7 - Quizvraag

Ik volg de les
A
omdat ik ben dat verplicht
B
omdat ik dat verplicht ben

Slide 8 - Quizvraag

voor de universiteit heb je de volgende vooropleiding nodig
A
vmbo
B
havo
C
vwo

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord
A
gefietst
B
fietsen
C
fietsten

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van hij drinkt?
A
Hij dronk
B
Hij drinkte
C
Hij heeft gedrinkt
D
Hij heeft gedronken

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van
"wachten"?
A
gewacht
B
gewachtt
C
gewachd

Slide 12 - Quizvraag

achtergrond
A
garden
B
background
C
wallpaper

Slide 13 - Quizvraag

verschillend
A
same
B
different
C
opposite

Slide 14 - Quizvraag

(Nederlandse) ervaringen

Slide 15 - Woordweb

sociale organisatie

Slide 16 - Woordweb

identiteit

Slide 17 - Woordweb

de aarde delen

Slide 18 - Woordweb

menselijk vernuft

Slide 19 - Woordweb

In tweetallen
Zoek stimuli op internet en bedenk er vragen bij.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Ingezonden brief
Voorstel
Toespraak

Slide 22 - Tekstslide

Jongerenblad
Vakantie in eigen land
leerzaam
mening
promoten
faciliteiten van de sportclub
motiveren
soortgelijke projecten
overwegen

pensioen
winkel
schilderen
ziekenhuis
gestofzuigd
dol op haar
prima

Slide 23 - Tekstslide

Dictoglos
Ik lees een tekst voor, je schrijft niet mee.
Ik lees het weer voor en je maakt notities (ik lees te snel om echt mee te schrijven.)
Ik lees weer voor en je maakt weer notities.

Spreek van tevoren af waar jij en waar je buurman op gaat letten.
Je probeert, met je buurman/vrouw, de tekst op te schrijven.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Slide 27 - Video