les 60 Oefenen voor de toets

Hallo 1va
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?

  • 10 minuten lezen
  • Oefentoets
  • Zelf leren voor de toets/oefenen voor de toets
timer
10:00
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hallo 1va
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?

  • 10 minuten lezen
  • Oefentoets
  • Zelf leren voor de toets/oefenen voor de toets
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Hallo 1va
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?
  • Lezen (10 min)
  • Uitleg §6
  • Zelf oefenen §5 en §6
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

LEERDOELEN:

Ik kan/weet...
- Naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde, meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling vinden in een zin.
-  koppel, hulp en zelfstandige werkwoorden, voorzetsels en bijwoorden benoemen in een zin.
- op de juiste manier verwijzen met hun/hen, dat/wat, vz+wie en waar+vz.
- de trappen van vergelijking juist schrijven en ik weet als en dan juist te schrijven in een zin.





Slide 3 - Tekstslide

Naamwoordelijk of werkwoordelijk gezegde?

Heel kort door de bocht:
WG = er gebeurt iets --> 'doen' 
NG = er wordt iets omschreven --> 'zijn'

Slide 4 - Tekstslide

Die cd van Famke Louise is erg goed.

Zit er in deze zin een naamwoordelijk gezegde?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag

Die cd van Famke Louise is erg goed.

Wat is het naamwoordelijk gezegde?
A
is
B
is erg goed
C
die cd is goed
D
erg goed

Slide 6 - Quizvraag

We gaan vanavond dansen op de dansvloer!

Zit er in deze zin een naamwoordelijk gezegde?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

We gaan vanavond dansen op de dansvloer!

Wat is in deze zin het werkwoordelijk gezegde?
A
gaan
B
dansen op de dansvloer
C
gaan dansen
D
gaan dansen op de dansvloer

Slide 8 - Quizvraag

Deze jurk lijkt iets te klein te zijn.

Zit in deze zin een naamwoordelijk gezegde?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Deze jurk lijkt iets te klein te zijn.

Wat is in deze zin het naamwoordelijk gezegde?
A
lijkt
B
lijkt iets te klein
C
lijkt iets te klein te zijn
D
lijkt te zijn

Slide 10 - Quizvraag

O = 
NG =
LV =
MV =
BWB=
Ik
blijf
de komende weken
enthousiast
over grammatica.

Slide 11 - Sleepvraag

In de achttiende eeuw WOONDE in het Engelse Watford de heks Angelina Tubbs.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 12 - Quizvraag

Onze bevolking BLIJKT steeds minder godsdienstig te worden.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 13 - Quizvraag

De groene knolamaniet IS een van de giftigste paddenstoelen ter wereld.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 14 - Quizvraag

Ook dit jaar HEEFT
Nederland ruim 8 miljard ton huisvuil geproduceerd.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 15 - Quizvraag

Ook dit jaar heeft
Nederland ruim 8 miljard ton huisvuil GEPRODUCEERD.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 16 - Quizvraag

Een wandeling bij zonsopkomst is veel te vroeg voor mij.
Meewerkend voorwerp?
A
Een wandeling bij zonsopkomt
B
veel te vroeg
C
voor mij

Slide 17 - Quizvraag

Wie zouden jullie na de opening van de schatkist de mooiste parels geven?
Meewerkend voorwerp?
A
Wie
B
jullie
C
de mooiste parels

Slide 18 - Quizvraag

De recente overstromingen IN Duitsland waren zeer ernstig.
A
voorzetsel
B
bijwoord

Slide 19 - Quizvraag

De leraar kijkt de toetsen NA.
A
voorzetzel
B
bijwoord

Slide 20 - Quizvraag

Gisteren zagen we een parkiet in de boom zitten.
Bijwoordelijke bepaling(en)?
A
Gisteren
B
Gisteren, in de boom zitten
C
een parkiet, in de boom zitten
D
in de boom zitten

Slide 21 - Quizvraag

Kunt u ons misschien de weg naar het station precies uitleggen?
Bijwoordelijke bepaling(en)?
A
Misschien
B
precies uitleggen
C
misschien, precies
D
naar het station

Slide 22 - Quizvraag

Morgen gaan we op vakantie ... ik erg leuk vind.
A
wat
B
dat

Slide 23 - Quizvraag

Alles ... je in de bergen ziet is wit.
A
wat
B
dat

Slide 24 - Quizvraag

Het jongentje ... aan het schommelen is.
A
wat
B
dat

Slide 25 - Quizvraag

Ik geef ... de hen.
A
hen
B
hun

Slide 26 - Quizvraag

Zal deze toets moeilijker worden ... de vorige?
A
dan
B
als

Slide 27 - Quizvraag

Ik zal er zeker net zo goed voor leren ... de vorige keer.
A
dan
B
als

Slide 28 - Quizvraag

NN grammatica 7-12 Nieuw Nederlands p. 216-227.

NN formuleren 5 en 6 Nieuwe Nederlands p. 238-241



Oefen voor de toets (bv. boek, laptop, oefenopdrachten)

Slide 29 - Tekstslide

Fijne dag!
Ruim je spullen rustig op en blijf zitten tot de bel gaat

Slide 30 - Tekstslide