Workshop 1 Signaleren bij leerlingen

Workshop 1: Signaleren bij leerlingen


Aan welke signalen kun je al vroegtijdig zien dat een leerling niet goed in zijn vel zit?


Bart van Toor
Aniek Kruiper
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Leren-lerenMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1-4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Workshop 1: Signaleren bij leerlingen


Aan welke signalen kun je al vroegtijdig zien dat een leerling niet goed in zijn vel zit?


Bart van Toor
Aniek Kruiper

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
-Soorten problemen bij jongeren
-Gedrag
-Rol van de coach
-Pauze
-Signalen van kindermishandeling
-Hoe handelen in verschillende situaties
-Meldcode


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vroeg signalering psychosociale problemen
-Emotionele problemen (internaliserend) zoals angst, teruggetrokkenheid, depressieve gevoelens, psychosomatische klachten
-Gedragsproblemen (externaliserend) zoals agressief gedrag, onrustig gedrag en delinquent gedrag. 
-Sociale problemen = problemen die de leerling heeft in het maken en onderhouden van het contact met anderen.
(JGZ-richtlijn Psychosociale problemen, 2016)

Externaliserende problemen komen vaker voor bij jongens en tijdens de adolescentie komen internaliserende problemen vaker voor bij meisjes (JGZ-richtlijn Psychosociale problemen, 2016)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Internaliserend of externaliserend gedrag? 
-Externaliserend gedrag
-Internaliserend gedrag

*Werkvorm: Rood-groene kaartjes
-Iedereen gaat staan. 
-Beantwoord de vraag door je rode of groene kaartje omhoog te houden. 
-Vraag fout, dan ben je af en moet je gaan zitten. 
-Rood: externaliserend
-Groen: internaliserend.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Externaliserend/Internaliserend
-Leerling blijft opstaan en door de klas lopen, ook als de docent de leerling aangesproken heeft dat hij moet gaan zitten. 
-Leerling heeft hoofdpijn, voelt zich niet lekker, gaat zweten op het moment dat hij een toets moet maken. 
-Een gekke foto van een klasgenoot rondsturen (zonder dat hij dit weet) via sociale media naar zoveel mogelijk mensen op school. 
-Leerling wil niet presenteren, omdat de leerling bang is dat ze hem uitlachen, dat hij iets verkeerds zegt.  

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaleren in de klas
-Veranderingen bij een leerling
-Druk gedrag
-Leerlingen die zich extreem terugtrekken

Wat kan je zelf doen?
-Verdiep je in de leerling
-Leg (informeel) contact
-Probeer te achterhalen of er iets speelt

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kijk je naar gedrag?
1. Het gedrag is dispositioneel (het gedrag wordt 
veroorzaakt door problemen bij het kind)
Uitspraken:
-“als J. nou eens meer z’n best zou doen…"
-"M. let ook nooit op in de klas…
-"S. maakt z’n huiswerk gewoon niet… "
-"A. heeft nooit z’n spullen bij zich…"
-" K. doet nooit mee aan de discussie…"
-"E. stoort anderen voortdurend…”
2. Het gedrag is situationeel/interactief
*Waarom vertoont de leerling dit gedrag? 


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak het gedrag concreet
- Wat doet de leerling precies?
-Onder welke omstandigheden, in welke setting vindt het gedrag
plaats? (klaslokaal, gang, plein, pauze, voor de school, onderweg
van/naar school)
-Wie is er aanwezig wanneer het gedrag plaatsvindt?
-Wat is de frequentie van het gedrag?
Wat gaat er aan het gedrag vooraf?
-Hoe wordt er gereageerd op het gedrag?
-Zijn er uitlokkers of versterkers voor het gedrag?
-Zijn er ook omstandigheden waarbij het goed gaat?
Laat je OMA thuis!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Context
Gedrag vindt altijd plaats in interactie met de omgeving (NJI, 2016). 
-De leraar
-De medeleerlingen
-De klassensituatie
-De thuissituatie
-De opdrachten die de leerling moet uitvoeren. 

Je kunt niet niet communiceren!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie opvallende gedragingen van leerlingen waar jij je in de klas zorgen over maakt.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
-Groepen maken
-Samen de verschillende gedragingen (van leerlingen waar jij je zorgen over maakt) in drie categorieën indelen: 
>Monitoren
>Direct actie + van wie/wat
>Actie op termijn + van wie/wat

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerlingen waarmee het niet goed gaat

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Rol van de coach
De coach stelt steeds 5 vragen over de leerling: 
1. Zit de leerling lekker in zijn vel?
2. Zit de leerling lekker in de groep?
3. Zijn de ouders betrokken?
4. Is de leerling aanwezig?
5. Zijn de cijfers in orde?

*Noteren in SOM!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belang van een goede relatie
-Voeren van coachgesprekken
>Luister naar de leerling
>Doorvragen
>Wees tevreden met ideeën/plannen waarmee de leerling komt. 
>In volgend gesprek op terugkomen: heeft het gewerkt?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke signalen van kindermishandeling kun je zien in de klas/op school?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Signalen van kindermishandeling 
*Nederlands Jeugdinstituut: Signalen van kindermishandeling kinderen van 12 - 18 jaar uitdelen
Wees alert op:
• plotselinge gedragsverandering
• gedraagt zich niet naar zijn leeftijd
• slechte leerprestaties
• rondhangen na school
• taal- en spraakstoornissen
• alcohol- of drugsmisbruik
• weglopen
• crimineel gedrag



Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet-pluis gevoel
-Vermoedens van kindermishandeling beginnen vaak bij een  'niet-pluis-gevoel'
-Intuïtie/onderbuikgevoel
-Neem dit gevoel serieus, breng de waargenomen signalen in kaart en volg de stappen van de meldcode. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

-Hoe handel je als je een (vaag) ‘niet pluisgevoel’ hebt, bijvoorbeeld bij het gedrag, de leerprestaties of verzuim van een leerling. Of bij zorgelijk gedrag van ouders?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe handel je als de leerling zelf informatie deelt?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Link

ttps://www.leraar24.nl/2619769/kindermishandeling-hoe-herken-je-het-en-wat-moet-je-doen/

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Slide 25 - Tekstslide

De meldcode van huiselijk geweld en kindermishandeling
-Het melden van vermoedens van kindermishandeling en/of huiselijk geweld is noodzakelijk in ALLE gevallen waarbij er sprake is van acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid.
>Acute onveiligheid = een persoon is in direct gevaar, diens veiligheid is de komende dagen niet gegarandeerd, hij/zij heeft direct bescherming nodig.
>Structurele onveiligheid = er is sprake van herhaling of voortduren van onveilige situaties of geweld in een relatie. 

Wat te doen bij signalen in verschillende situaties?
-Noteer signalen in SOM
-Maak het bespreekbaar met een collega
+ Geen geheimhouding beloven aan de leerling.
+ Altijd melden bij de coördinator extra ondersteuning. 
-Na overleg met collega's kan besloten worden dat de docent en/of iemand van de zorg het gesprek aangaat met de leerling en zijn/haar ouders waarbij de zorgen bespreekbaar worden gemaakt. 
-Stappen van de meldcode worden gevolgd. 
-Blijf de leerling observeren. Soms is er opnieuw actie nodig als de signalen terugkomen of niet stoppen. 

 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies