H1: De betekenis van werk - 1.2 Wat is arbeidsinhoud?

• Maatschappijkunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Werk bestaat uit alle activiteiten die nuttig zijn voor jezelf en anderen maar ook voor de samenleving als geheel.

1. Juist
2. Onjuist

De piramide van Maslow gaat over:

1. Geluk
2. (Basis)behoeften
3. Egypte
4. Hobby's

Waarom werken we? Volgens de psycholoog Maslow heeft iedereen 5 basisbehoeften.

Wat is volgens Maslow onze eerste basisbehoefte?

1. veiligheid en zekerheid
2. de behoefte om ergens bij te horen
3. eten, drinken en een huis
4. internet, Netflix en de nieuwe iPhone

Hoe wordt de basisbehoefte 'sociale contacten' vervult door werk?

1. Inkomen
2. Regelmaat + lange termijn
3. Collega's
4. Ontplooien

Opdracht: Raad het beroep 

Doel: Leren nadenken over de arbeidsinhoud van verschillende beroepen.

Werkwijze:

1. Werk in tweetallen.
2. Eén leerling kiest een beroep,(wat doet je vader/moeder/verzorger/buurman/wat wil je later worden).
3. De ander stelt ja/nee-vragen over de arbeidsinhoud om te raden welk beroep het is.
4. Na maximaal 10 vragen moet de leerling een gok doen.
5. Daarna wissel je van rol.

Welke capaciteiten heeft een taxichauffeur nodig?

Wat is het belangrijkste verschil tussen iemand die in loondienst werkt en iemand die werkt als zelfstandige?

: meer geld, 

makkelijker geen papieren rompslomp. 

nadelen: strafbaar, niet verzekerd

Wat wordt bedoeld met 'arbeidsinhoud'

1. Het type arbeidscontract dat je hebt.
2. De specifieke taken die je moet uitvoeren in je werk.
3. Of het werk fulltime of parttime is.
4. De hoogte van het salaris.

Door welke drie onderdelen wordt je capaciteit bepaald?

1. Inkomen, arbeidsinhoud, voorwaarden
2. Aanleg/talent, opleiding, werkervaring
3. Werkervaring, inkomen, ontplooien
4. Sociale contacten, inkomen, talent

bij witwerk

met zwart werken kan je

een nadeel van zwart werken is

je wordt makkelijker ontslagen

betalen de werkgever en de werknemer premies en belasting

meer verdienen als met witwerk

dat je niet verzekerd bent

bij zwartwerk

Maken opdrachten Hoofdstuk 1.2 vanaf blz 7:

 5 t/m 8, 11-14, 16-18