3H - Lezen H1

Welkom!
3 havo
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
3 havo

Slide 1 - Tekstslide

Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Wat weet je nog van vorige week?
  • Theorie Lezen H1
  • Bijbehorende opdrachten maken

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan verschillende vaste tekststructuren herkennen.
  • Ik kan de tekst opdelen in betekenisvolle eenheden en de functie van deze eenheden benoemen.



Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk
Maandag 27 september: 
Lezen H1: opdr. 1, 2 en 4 af 
Uit het boek!

Leesboek mee!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen hoofd- en bijzaken?

Slide 6 - Open vraag

Noem een paar signaalwoorden die passen bij het volgende tekstverband: tegenstellend verband

Slide 7 - Open vraag

Leg uit wat een chronologisch verband is.

Slide 8 - Open vraag

Tekstverband
Uitleg
Signaalwoorden
chronologisch verband
Beschrijft gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.
vroeger, later, nu eerst, daarna, vervolgens, nadat, terwijl, dadelijk, intussen, binnenkort; ook jaartallen en data 
concluderend verband
Er wordt een conclusie getrokken uit eerdere informatie in de tekst. 
dus, daarom, dat houdt in, kortom, concluderend, al met al
doel-middelverband
Geeft aan welk middel wordt gebruikt om een bepaald doel te bereiken.
opdat, zodat, om te, door middel van, met behulp van
oorzakelijk verband
Laat zien waardoor iets gebeurt (buiten iemands wil)
doordat, daardoor, als gevolg van, dat komt door, het gevolg is, dus, dankzij

Slide 9 - Tekstslide

Tekstverband
Uitleg
Signaalwoorden
redengevend verband
Geeft aan waarom iemand iets doet of vindt.
omdat, daarom, dus, want, de reden hiervoor is, dankzij
samenvattend verband
Er wordt een verkorte weergave van informatie uit de teksten gegeven.
kortom, samengevat, met andere woorden, al met al
toelichtend verband
Er wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp, vaak in de vorm van een voorbeeld.
bijvoorbeeld, zo, als, zoals, denk aan, neem nou
vergelijkend verband
Laat een verschil of overeenkomst zien. 
in vergelijking met, (net) als, evenals, zoals - ook de vergrotende trap: meer/groter/beter enz. dan

Slide 10 - Tekstslide

Lezen H1 - Vaste tekststructuren (1)
Bij de tekstverbanden kijk je naar de verbanden tussen zinnen en alinea's. Je kunt ook kijken naar de gehele tekst: de tekststructuur. 

Slide 11 - Tekstslide

Lezen H1 - Vaste tekststructuren (1)
De meeste teksten hebben een inleiding, middenstuk en een slot. Ze zijn vaak opgebouwd volgens een vaste structuur:
  • probleem-oplossingsstructuur
  • verklaringsstructuur
  • verleden-heden(-toekomst)structuur
Zie blz. 12 voor uitleg

Je herkent de structuur meestal door de tekst globaal te lezen. Soms moet je de tekst intensief lezen.

Slide 12 - Tekstslide


Ik snap het! Ik wil graag zelf oefenen.
Ik vind het nog lastig. Ik wil graag samen oefenen.

Slide 13 - Poll

Aan de slag!
  • Lezen H1: opdr. 1, 2 en 4

Klaar?
Lezen uit je leesboek, Pecha Kucha of extra oefenen m.b.v. Nieuwsbegrip.

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
Maandag 27 september: 
Lezen H1: opdr. 1, 2 en 4 af 
Uit het boek!

Leesboek mee!

Slide 15 - Tekstslide