Bezittelijk voornaamwoord

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?
Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is.

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?
Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is.

Slide 1 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
Het is mijn pen. 
Het is jullie pen.

Slide 2 - Tekstslide

Sleep de juiste 2 bezittelijke voornaamwoorde naar het midden
une piscine
ma 
mon
mes
ton
ta
tes

Slide 3 - Sleepvraag

Sleep de juiste 2 bezittelijke voornaamwoorde naar het midden
une trousse
ma 
mon
mes
ton
ta
tes

Slide 4 - Sleepvraag

Zie onderstaande bezittelijke voornaamwoorden. Maak de juiste combinaties.
MIJN
JOUW
ZIJN/HAAR
mon
ton
son
ta
tes
mes
ses
ma
sa

Slide 5 - Sleepvraag

Zie onderstaande bezittelijke voornaamwoorden. Maak de juiste combinaties.
ons/onze
jullie/
uw
hun
leur
nos
notre
votre
vos
leurs

Slide 6 - Sleepvraag

Sleep de juiste 2 bezittelijke voornaamwoorde naar het midden
les livres 
ma 
mon
mes
ton
ta
tes

Slide 7 - Sleepvraag

de Bezittelijke Voornaamwoorden enkelvoud
Maak de juiste combinaties.
MIJN
JOUW
ZIJN/HAAR
  mon
 ton
  son
  ta
  tes
  mes
  ses
   ma
  sa

Slide 8 - Sleepvraag

Wat is de juiste vorm van het bezittelijk voornaamwoord?
A
Il aime ses baskets.
B
Il aime sa baskets.
C
Il aime son basket .

Slide 9 - Quizvraag

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (haar) père
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 10 - Quizvraag

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (zijn) oncles
A
ton
B
tes
C
son
D
ses

Slide 11 - Quizvraag

Het bezittelijk voornaamwoord staat voor een...
A
...werkwoord
B
...een lidwoord
C
...zelfstandig naamwoord
D
...een voorzetsel

Slide 12 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van een bezittelijk voornaamwoord?
A
het
B
jullie
C
mijn
D
zijn

Slide 13 - Quizvraag

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (jouw) mère
A
ton
B
ta
C
son
D
sa

Slide 14 - Quizvraag

Wat is GEEN bezittelijk voornaamwoord?
A
die
B
jouw
C
mijn
D
onze

Slide 15 - Quizvraag

Welke bezittelijke voornaamwoorden heb je voor mijn:

A
ton, ta ,tes
B
mon, ma, mes
C
ton, mon, tes
D
mon, ton, mes

Slide 16 - Quizvraag

Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is
A
Goed
B
Fout

Slide 17 - Quizvraag

Hoe maak je een bezittelijk voornaamwoord?

A
Het woord dat erachter staat bepaalt de vorm.
B
Het onderwerp in de zin bepaalt de vorm.

Slide 18 - Quizvraag

Kies het bezittelijk voornaamwoord

A
Pourquoi
B
Votre
C
Le
D
Nous

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
A
Mon
B
?
C
Le
D
Il

Slide 20 - Quizvraag

bezittelijk voornaamwoord
mijn (mannelijk enkelvoud)
A
ma
B
mes
C
ton
D
mon

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de functie van een bezittelijk voornaamwoord?
A
het zegt iets over een bijvoeglijk naamwoord
B
het zegt iets over een zelfstandig naamwoord
C
het geeft aan van wie iets is
D
het wijst iets aan

Slide 22 - Quizvraag

Wat zijn bezittelijke voornaamwoorden?
A
haar, zijn
B
zij, hij
C
mijn, jouw
D
jullie, onze

Slide 23 - Quizvraag

Wat zijn bezittelijke voornaamwoorden?
A
haar
B
zij
C
mijn
D
jullie

Slide 24 - Quizvraag

Het bezittelijk voornaamwoord

Slide 25 - Tekstslide

Het bezittelijk voornaamwoord

Slide 26 - Tekstslide