3.4 De handel groeit weer

Hoofdstuk 3
3.4: De handel groeit weer

Welkom!
Pak je laptop (dicht), schrift en boek
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3
3.4: De handel groeit weer

Welkom!
Pak je laptop (dicht), schrift en boek

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk!
Opdracht 1, 2, 3, 4, 5 en 6 van paragraaf 3.3

LET OP!  VOLGENDE LES CONTROLE!

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
  • Je kunt uitleggen waarom de landbouwproductie steeg en de handel en steden weer groeiden.

Slide 3 - Tekstslide

Planning
  • Wat weet je al? (+- 5 min)
  • Uitleg (+- 15 min)
  • Quiz vragen (+- 10 min)
  • Huiswerk maken (+- 15 min)

Slide 4 - Tekstslide

Middeleeuwse
stad

Slide 5 - Woordweb

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 6 - Tekstslide

Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 7 - Tekstslide


Verbeteringen in de landbouw
Rond het jaar 1000
  • Drieslagstelsel
  • Ontginnen van nieuwe landbouwgronden
  • IJzeren ploeg
  • Arabische Halsjuk
Ontginnen betekent dat boeren moerassen, heidegronden en bossen geschikt maakten voor de landbouw.  Denk hierbij aan het kappen of verbranden van bossen en heidestruiken.
IJzeren ploeg= IJzeren werktuig dat bij het ploegen vruchtbare grond naar boven haalt
Arabische Halsjuk= Landbouwwerktuig waarbij een os een ploeg met zijn schouders trekt

Slide 8 - Tekstslide

Braak
🐄
Zomergraan
🏖
Hoe werkt het drieslagstelsel?
Jaar 1 
Jaar 2 
Jaar 3 
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖
Teken mee!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video


Voordelen?

  • De IJzeren Ploeg kon de diepere lagen grond bereiken. Een houten kon dat niet!
  • De Arabische Halsjuk zorgde ervoor dat de os harder kon trekken en dat hem de adem niet werd benomen. 

Slide 11 - Tekstslide

Late Middeleeuwen
  • Tijd van Steden en Staten (1000-1500)

  • Het is 'veiliger' en 'rustiger'
  • Er komt meer handel
  • Geld komt weer terug
  • Bevolking groeit
  • Er ontstaan steden
Dit is een plattegrond van Zwolle in de Middeleeuwen
agrarisch-stedelijke samenleving: een samenleving waarin de meeste mensen nog op het platteland wonen en in de landbouw werken, maar waarin er ook steden met handelaren en ambachtslieden zijn.

Slide 12 - Tekstslide


Steeds meer handel
  • Verbeteringen in de landbouw leveren meer oogst op
  • Overschotten worden verkocht of geruild op markten 
  • Geld wordt steeds meer gebruikt als (handig) ruilmiddel
  • Einde aan de aanvallen van Vikingen in West-Europa: meer veiligheid
  • Handelaren komen daardoor in verschillende landen en nemen andere producten (wijn of zijde) mee.

Slide 13 - Tekstslide


Rond het jaar 1000 groeiden de oogsten snel. Welke oorzaak had dat?
A
De boeren hadden geleerd het land te bemesten.
B
De boeren lieten hun kinderen meehelpen op het land.
C
Er kwamen steeds meer boeren, omdat de mensen in steden ook moesten eten
D
De boeren gebruikten betere werktuigen.

Slide 14 - Quizvraag

Wat is GEEN vernieuwing in de landbouw?
A
Ontginnen
B
Halsjuk
C
Houten ploeg
D
Drieslagstelsel

Slide 15 - Quizvraag

Bij welk tijdvak past het drieslagstelsel?
A
Monniken en ridders
B
Steden en staten

Slide 16 - Quizvraag

Wanneer grazen dieren op een stuk land?
A
Als er zomergraan is
B
Als er wintergraan is
C
Als het braak ligt
D
Als het lente is

Slide 17 - Quizvraag

Huiswerk!
Opdracht 1, 2, 3, 4, 5 en 6 van paragraaf 3.3

Slide 18 - Tekstslide

Hoofdstuk 3
3.4: De handel groeit weer

Welkom!
Pak je laptop (dicht), schrift en boek

Slide 19 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
  • Je kunt de vier sociale lagen in een middeleeuwse stad noemen en uitleggen wat een gilde was.
  • Je kunt uitleggen dat de burgers van middeleeuwse steden machtiger werden.

Slide 20 - Tekstslide

Planning
  • Wat weet je al? (+- 5 min)
  • Uitleg (+- 20 min)
  • Video (+- 15 min)

Slide 21 - Tekstslide


De Hanze
  • De meeste steden hadden een plein, waarop markten werden gehouden.
  • De belangrijkste markt was de jaarmarkt, die een paar weken duurde.
  • Veel handelaren reisden van jaarmarkt naar jaarmarkt.

  • Een groep steden in Europa werkte samen om meer handel te krijgen. 
  • Ze noemden hun vereniging de Hanze.
Dit is een plattegrond van Deventer, een van de Hanze-steden.
Een handelsverbond van steden langs de Noordzee en de Oostzee, dat rond 1350 op zijn machtigst was.

Slide 22 - Tekstslide

Kaart waarop alle Hanze-steden te zien zijn. De steden van de Hanze lagen vooral in Duitsland. Hier in Nederland waren onder andere de IJsselsteden Kampen en Deventer lid van de Hanze. 

Handelaren van Hanzesteden hadden allerlei voordeeltjes als ze handelden in elkaars steden. Ze betaalden bijvoorbeeld minder tol en belasting. 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Voordelen van de Hanze
  • Varen in groepjes voor bescherming.
  • Samenwerkende handelaren uit Hanzesteden konden eisen dat ze minder tol hoefden te betalen.
  • Harde afspraken met leveranciers: die mochten niet werken met concurrerende handelaren die geen lid waren van de Hanze.

Slide 25 - Tekstslide

Sociale lagen in de stad
  1. De rijke kooplieden en de meesters van een gilde (bestuurders).
  2.  middengroep die bestond uit winkeliers en ambachtslieden.
  3.  Mensen zonder vast werk. Zij waren vaak arm.
  4. Oude of zieke mensen. Zij konden niet werken. Door te bedelen of met hulp van de kerk konden zij in leven blijven.

Slide 26 - Tekstslide


Werken in een gilde
  • Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
  • Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
  • Het gilde controleerde ook de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
  • Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker

Slide 27 - Tekstslide

Van leerling 
tot meester
  • Je mag alleen een eigen bedrijf hebben, als je lid van een gilde bent.

  • Hiervoor moet je eerst meester worden:
  1. Je begon al erg jong als leerling;
  2. Daarna werd je gezel;
  3. En pas als je meesterproef had gedaan kon je meester worden. Je was dan vaak al ver boven de 30 jaar!
Middeleeuwse ambachtslieden aan het werk.

Slide 28 - Tekstslide


Wie is de baas?
  • De schout is de plaatsvervanger van de heer in de stad bij de rechtspraak
  • Samen met de schepenen bepaalde hij de straf.
  • Ze kregen advies van een raad.
  • De burgemeester (soms meer dan één) was de baas van de raad.
  • Schout, schepenen en burgemeester(s) heten ook wel: magistraten

Slide 29 - Tekstslide


Blij met de stad!
  • Alle inwoners van een graafschap moesten gehoorzaam zijn aan de heer.
  • Ook de inwoners van steden, maar die wilden liever eigen baas zijn
  • De heer vond een machtige en rijke stad helemaal niet erg: al die rijkdom!
  • De inwoners van de stad en heer maken afspraken, vastgelegd in stadsrechten
De stad Dordrecht kreeg in 1220 stadsrechten van graaf Willem I van Holland. Daarmee is het één van de oudste steden van Nederland

Slide 30 - Tekstslide

Video
We gaan een video bekijken over de Hanze. Schrijf minstens 8 belangrijke punten op over de Hanze.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Link

Video bespreken

Slide 33 - Tekstslide