grammar much and many

Many kisses and much love.

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Many kisses and much love.

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
De leerling kan na de uitleg van grammatica much/many invullen in de opgave in het online boek
      De leerling kan in eigen woorden vertellen wat de regel van much/many is.

Slide 2 - Tekstslide

much and many

much = veel
many = veel
Wanneer gebruiken we much en wanneer many?

Slide 3 - Tekstslide

Kijk naar de voorbeelden

wat zou de regel kunnen zijn?


I don't have much money.
How many friends do you have?
He has got many books.
They drink much coffee.

Slide 4 - Tekstslide

de regel
Much gebruik je voor "uncountable" nouns = znw die geen meervoud hebben bv money
Many gebruik je voor "countable"nouns = znw die een meervoud hebben bv coins

Slide 5 - Tekstslide

a lot of
In bevestigende zinnen wordt veel meestal vertaald met
a lot of
In vragende en ontkennende zinnen gebruik je altijd
much of many

Slide 6 - Tekstslide

kan je het het woord (znw) tellen?
JA - gebruik many
NEE - gebruik much

Hierna komt de quiz......

Slide 7 - Tekstslide

I have got ...................................sisters.
A
MANY
B
MUCH

Slide 8 - Quizvraag

There is .........................wind today.
A
MANY
B
MUCH

Slide 9 - Quizvraag

This city has ... beautiful buildings.
A
much
B
many

Slide 10 - Quizvraag

7. Are there .... customers in the shop?
A
much
B
many

Slide 11 - Quizvraag

We haven't got ... work to do.
A
much
B
many

Slide 12 - Quizvraag

5. There wasn't ..... sun.
A
much
B
many

Slide 13 - Quizvraag

MUCH/MANY

1. How .... sugar do you need?
A
much
B
many

Slide 14 - Quizvraag

There are............................people in New York.
A
MANY
B
MUCH

Slide 15 - Quizvraag

I don't have ....... friends.
A
much
B
many

Slide 16 - Quizvraag

3. There isn't .... space left.
A
much
B
many

Slide 17 - Quizvraag

Do you have ....... cars?
A
much
B
many

Slide 18 - Quizvraag

Practice
Maak nu online van unit 4, lesson 2 Writing oefening 17  + practise more grammar 3 

Slide 19 - Tekstslide