12. Quiz ALL TENSES y feedback D - 20/5/25 (1p)

PLAN DE HOY

  • Entregar y recibir feedback sobre la entrada de diario (formativo D)
  • Realizar un quiz sobre todos los tiempos verbales estudiados. 
  • Completar el Feed cycle form.
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

PLAN DE HOY

  • Entregar y recibir feedback sobre la entrada de diario (formativo D)
  • Realizar un quiz sobre todos los tiempos verbales estudiados. 
  • Completar el Feed cycle form.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 1 – Put the verbs in the correct form of the PRESENT TENSE:
Note: spelling and accents count!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. ¿Qué ___________ (mirar) vosotros?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Nosotras ___________ (jugar) al baloncesto cada fin de semana.

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Yo no______________ (poder) beber Coca-Cola.

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Mi hermana ___________ (preferir) beber leche con la comida.

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

5. Yo ___________ (hacer) deporte por la tarde.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

6. María y Nuria ___________ (ducharse) cada mañana.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

7. Ella ___________ (ser) de Chile.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

8. Juan y María ___________ (ver) películas en el ordenador.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

9. Yo___________ (tener) 10 años y mi hermano ___________ (tener) 17.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

10. ¿Adónde ___________ (ir) él?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

11. ¿Dónde ___________ (vivir) vosotros?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 2 – Put the verbs in the correct form of the PRETÉRITO INDEFINIDO:
Note: spelling and accents count!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. El sábado pasado yo_____________ (comer) una pizza.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. El sábado por la mañana yo_________________ (levantarse) muy temprano.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Anteayer mi madre ______________ (hacer) la comida.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Ayer yo________________ (ir) al cine.

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

5. El sábado yo ________________ (jugar) al tenis.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

6. El viaje a Grecia _____________ (ser) fantástico.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 3 – Put the verbs in the correct form of the PRETÉRITO PERFECTO:
Note: spelling and accents count!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Esta mañana yo no________(desayunar) nada

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Hoy mi hermano no________(hacer) los deberes de inglés.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Este año mis padres y yo___________(ir) de vacaciones a Grecia

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Este año vosotros no________(poder) hacer muchas por el COVID19

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 3 – Put the verbs in the correct form of the NEAR FUTURE:
Note: spelling and accents count!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. La próxima semana ellos__________ (ir) de excursión.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. El año que viene yo ______________ (estudiar) todos los días.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. María ______________ (levantarse ) a las tres de la tarde.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Mañana vosotros _______(salir) de fiesta

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 4 – Put the verbs in the correct form of the PRETÉRITO IMPERFECTO:
Note: spelling and accents count!

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Yo cuando____(tener) 10 años, no ________(llevar) gafas

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Mis padres se separaron cuando nosotros_______(ser) muy pequeños

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. ¿Tú cuando _______(ser) estudiante, cómo _______(ir) a la universidad?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Mi abuelo cuando ______(ser) joven, no_______(beber) ni _______(fumar).

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 5 – Put the verbs in the correct form of the FUTURE:
Note: spelling and accents count!

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. El año que viene mi familia y yo_______(vivir) en Miami

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. El próximo fin de semana yo no _______(salir) con mis amigos porque tengo que estudiar

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Este fin de semana mi hermano __________(jugar) al tenis en Bélgica

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Mañana todos vosotros________(volver) al colegio después de 2 meses.

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ejercicio 6 – Put the verbs in the correct form of the 
IMPERATIVO AFIRMATIVO OR IMPERATIVO NEGATIVO:
Note: spelling and accents count!

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Juan_____(abrir) la ventana, por favor, porque hace mucho calor

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Tú ______(hacer) los deberes primero y después ____(salir) con tus amigos, si quieres.

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Vosotros no_______(usar) mucho plástico. No es bueno para el medio ambiente.

Slide 45 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Tú no______(tirar) la botella de vino al contenedor de basura.

Slide 46 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

5. (Hacer, tú) ______ los deberes al llegar a casa.

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

6. (Ahorra, tú) ______ energía en casa.

Slide 48 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

FEEDBACK Entrada de diario

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Criterion D: Writing
Vocabulario específico sobre la unidad: Viajes y ecología
Ortografía (spelling), acentos, tiempos verbales (p. perfecto, p. indefinido, p. imperfecto,...)
Organización de las ideas:
Un párrafo una idea
Uso de conectores
Formato, audencia, propósito.

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback de la entrada de diario 
       Acentos
Además
También
Después
Días
País 
Los números ordinales
El primer día
El segundo día
El tercer día
El cuarto día
Formato entrada diario
Querido diario:
¡Hasta mañana!
       Verbos reflexivos
Quedarse en 
Alojarse en 
Despertarse
Acostarse
Reírse = nos reímos mucho

Slide 51 - Tekstslide

Añadid aquí feedback específico para vuestros alumnos
Feedback de la entrada de diario 
                           Verbos con preposición
- Ir a + lugar
- Quedarse en + lugar (me quedé en casa de una familia)
-Quedarse con + persona (me quedé con una familia)
- Pasear por + lugar (Paseé por la playa) 
Tiempos verbales
P. Perfecto = Hoy he pensado en ...
P. Indefinido = El jueves tuvimos clase  de 9 a 12
P. Imperfecto = La familia era muy agradable
 Ortografía (spelling!)
-Las clases
-La exposición
-La experiencia única

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¿Te sientes preparado para
el examen sumativo?

Slide 53 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

¿Cómo vas a preparar el examen sumativo? /
¿Qué vas a estudiar o repasar?

Slide 54 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

¡Buen finde!

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies