Oefen les voor de toets (15 maart)
1 / 42
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Jasper beweert dat een balts van een stekelbaars een handeling is. Is dit juist? Leg uit.
A
Ja, een balts is een enkele handeling
B
Nee, een balts zijn meerdere handelingen (gedragsketen)
Slide 5 - Quizvraag
Wat is een protocol?
(blz. 220-->)
(blz. 220-->)
A
Je schrijft op wat je van het gedrag vindt
B
Een lijst waarop je kunt zien hoe vaak een gedragshandeling voorkomt bij
één dier
C
Je schrijft op wat het dier doet
D
Een lijst waarop je kunt zien hoe vaak een gedragshandeling voorkomt bij alle dieren van één soort
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent objectief?
A
Je mening geven
B
Je houden aan de feiten
C
Een object bekijken
D
Objectieven gebruiken
Slide 7 - Quizvraag
Een voorbeeld van een gedragsketen is paringsgedrag
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Sam zegt: "Een ethogram bestaat uit de beschrijving van handelingen van een dier."
Bas zegt: "Een ethogram bevat afkortingen van handelingen van een dier."
Bas zegt: "Een ethogram bevat afkortingen van handelingen van een dier."
A
Beide hebben gelijk
B
Sam heeft gelijk
C
Bas heeft gelijk
D
Beide hebben ongelijk
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Waar zie je hier een voorbeeld van?
A
inwendige prikkel
B
uitwendige prikkel
C
sleutelprikkel
D
supranormale prikkel
Slide 12 - Quizvraag
Een verkeerslicht springt op rood. De fietser stopt door te remmen en af te stappen.
Uit hoeveel handelingen bestaat het gedrag 'stoppen'?
Het antwoord staat in de tekst.
Uit hoeveel handelingen bestaat het gedrag 'stoppen'?
Het antwoord staat in de tekst.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 13 - Quizvraag
Een verkeerslicht springt op rood. De fietser stopt door te remmen en af te stappen.
Wat is in dit voorbeeld de respons?
Wat is in dit voorbeeld de respons?
A
het rode verkeerslicht
B
de fietser
C
de fietser stopt
D
het verkeerslicht
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Een politiepaard loopt braaf langs vuur.
A
Inprenting
B
Gewenning
C
Trial and error
D
Conditionering
Slide 16 - Quizvraag
Deze vorm van leren is ook wel 'proefondervindelijk leren'
A
Conditionering
B
Trial and error
C
Inprenting
D
Gewenning
Slide 17 - Quizvraag
Door welk proces leert een dolfijn een bel te luiden in het Dolfinarium?
A
Trial and error
B
Inprenting
C
Gewenning
D
Conditionering
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Hoe bepaalt een hond zijn territorium?
A
door te piepen
B
door tegen iets aan te plassen
C
door te kwispelen
D
Door te rollen over de grond
Slide 20 - Quizvraag
Wat is GEEN reden om je territorium
te markeren?
te markeren?
A
Het zoeken van voedsel
B
Om jongen in groot te brengen
C
Om soortgenoten uit te nodigen
D
Het bouwen van een nest
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Video
In de video zag je twee kangoeroes vechten. Is hier sprake van sociaal gedrag?
A
Ja, omgaan met soortgenoten is sociaal
B
nee, vechten is asociaal gedrag
C
Geen idee, maar wel leuk om naar te kijken
D
Maakt niet uit, dit is toch nep.
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Om ruzie en verwondingen te voorkomen is er binnen groepen vaak sprake van een ... .
A
Rangorde
B
Baltsgedrag
C
Sleutelprikkel
D
Inzicht
Slide 25 - Quizvraag
Hoe komt het dat meestal de sterkste dieren van een roedel zich voortplanten?
A
de grootste kans op sterke nakomelingen
B
de grootste kans op mannelijke nakomelingen
C
de grootste kans op vrouwelijke nakomelingen
D
de grootste kans op zwakke nakomelingen
Slide 26 - Quizvraag
Wolven leven van prooien die veel groter zijn dan zijzelf.
Die kunnen ze alleen overmeesteren wanneer ze samenwerken.
In de groep heeft elke wolf zijn plek in de rangorde.
In het algemeen is de taakverdeling in een rangorde in het voordeel van
Die kunnen ze alleen overmeesteren wanneer ze samenwerken.
In de groep heeft elke wolf zijn plek in de rangorde.
In het algemeen is de taakverdeling in een rangorde in het voordeel van
A
Alleen het individu
B
Alleen de groep
C
Het individu en de groep
D
Sommige individuen
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
Bij wie wordt het gedrag sterker bepaald door leerprocessen? Bij een mens of bij een paard.
A
Mens
B
Paard
Slide 29 - Quizvraag
Wat is geen voorbeeld van een norm?
A
Opstaan voor een oudere in de bus
B
Je steelt niet
C
Respect
D
Als je teveel wisselgeld krijgt, zeg je dat eerlijk
Slide 30 - Quizvraag
Wat is geen voorbeeld van een waarde?
A
Je wacht met instappen, totdat iedereen is uitgestapt
B
Respectvol
C
Eerlijkheid
D
Vrijheid
Slide 31 - Quizvraag
Op welke afbeelding wordt welk type gedrag vertoond?
Territoriumgedrag
Dreiggedrag
Imponeergedrag
Slide 32 - Sleepvraag
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Wat vond jij van de Wiki-wijs: reclame?
Geef een 'Tip' voor een volgende keer en een 'Top' wat je goed vond
Geef een 'Tip' voor een volgende keer en een 'Top' wat je goed vond
