spier en zenuwweefsel
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
wat weet je al ob\ver zenuwen?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Wat zijn sensibele zenuwen?
A
Gemengde zenuwen
B
Gevoelszenuwen
C
Motorische zenuwen
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een ander woord voor zenuwcellen?
A
Dendrieten
B
Neurieten
C
Neuronen
Slide 8 - Quizvraag
Wat kan je zeggen over dendrieten?
A
Ze zijn kort en aanvoerend
B
Ze zijn lang en aanvoerend
C
Ze zijn lang en afvoerend
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Hoe trekt glad spierweefsel samen?
A
Langzaam en gelijkmatig
B
Snel en gelijkmatig
C
Snel en krachtig
Slide 13 - Quizvraag
Wat kun je zeggen over hartspierweefsel?
A
Het is onwillekeurig
B
Het is willekeurig
Slide 14 - Quizvraag
Hoe trekt dwarsgestreept spierweefsel samen?
A
Langzaam en gelijkmatig
B
Langzaam en krachtig
C
Snel en krachtig
Slide 15 - Quizvraag
Heb je je lesdoel behaald
A
jaa helemaal
B
jaa een beetje
C
ik moet herhalen
D
ik moet thuis nog flink aan de slag
