Chap 5 D het delend lidwoord

BONJOUR
tout le monde!!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR
tout le monde!!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
Aujourd'hui
1. Grammaire D en H grammatica
2. Travail individuel - zelfstandig werken
3. Corriger - nakijken
4. Arrêt - afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pourquoi?! (waarom)
Het delend lidwoord bestaat niet in het Nederlands.

Als er in het Nederlands geen lidwoord voor het zelfstandig naamwoord komt dan krijg je in het Frans het delend lidwoord

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een deel van alles: delend lidwoord
Dit zijn de delend lidwoorden: 

"een deel van"
du (de + le)
van de/het
de la
van de/het
de l'
van de/het
des (de + les)
van de 
Letterlijke betekenis
<--

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

+ na een ontkenning

Slide 10 - Tekstslide

Rappel - ontkenning
(gevoel)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een delend lidwoord?
A
un, une
B
du, de la, de l', des
C
le, la, les

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wanneer krijg je weer een gewoon lidwoord?
A
na een hoeveelheid
B
na een werkwoord met een gevoel
C
na een komma

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het delend lidwoord wordt vertaald naar het Nederlands.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak is fout over het "delend lidwoord"?
A
het geeft onbepaalde hoeveelheden aan
B
je gebruikt het na een getal
C
het bestaat niet in het Nederlands
D
'de l' staat voor een klinker of stomme h

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij het ontbijt, drink ik melk

A
Au petit-déjeuner, je bois lait
B
Au petit-déjeuner, je bois du lait
C
Au petit-déjeuner, je bois le lait

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat gebeurt er met het delend lidwoord na:
aimer / adorer / préférer / détester ?
A
geen idee
B
er verandert niets
C
delend lidwoord verandert in de / d'
D
delend lidwoord verandert in le/la/l'/les (gewoon lidwoord)

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul het juiste delend lidwoord in:
J'adore ...... frites.
A
de
B
des
C
du
D
les

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deux kilos ....... pommes
(Kies het goede delend lidwoord)
A
des
B
de la
C
de
D
géén lidwoord

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul het juiste delend lidwoord in:
Je ne bois pas ...... eau.
A
de
B
de la
C
de l'
D
d'

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk delend lidwoord?

Je ne mange pas ........ viande.
A
de
B
d'
C
du
D
de la

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Corriger

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tu veux ... coca (le) ?


A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

J'ai mangé ............ glace (la).


A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je prends une salade avec ____ tomates.
A
du
B
des
C
de la
D
de l'

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ma mère achète____ lait (le)
A
des
B
de la
C
du
D
de

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

J'ai soif. J'ai bu un litre ____ eau.
A
des
B
de la
C
d'
D
de

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je déteste _______ aubergine.

A
du
B
l'
C
de l'
D
de

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

J'ai acheté un kilo ...... bananes.

A
du
B
l'
C
de l'
D
de

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet hoe ik het delend lidwoord moet toepassen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Deze slide heeft geen instructies