§5: Aanvaardbaarheid van argumentatie 3

Aan de slag!
Blader naar blz. 65-66

Lees tekst 2 'Academisch onderwijs kan niet zonder het Engels' oriënterend
- Lees de titel, bron
- Scan alinea 1, 2 en 8

timer
1:30
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Aan de slag!
Blader naar blz. 65-66

Lees tekst 2 'Academisch onderwijs kan niet zonder het Engels' oriënterend
- Lees de titel, bron
- Scan alinea 1, 2 en 8

timer
1:30

Slide 1 - Tekstslide

Deze tekst is waarschijnlijk een
A
Beschouwing
B
Betoog
C
Uiteenzetting

Slide 2 - Quizvraag

Waarschijnlijk is het belangrijkste tekstdoel van deze tekst
A
Activeren
B
Mening vormen
C
Overtuigen
D
Uiteenzetten

Slide 3 - Quizvraag

Is de Volkskrant een gerenommeerde krant?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Hebben de auteurs belang bij deze tekst?
A
Waarschijnlijk wel
B
Waarschijnlijk niet

Slide 5 - Quizvraag

Aan de slag! 
maak opdracht 2 tot en met deelopdracht 9 voor de volgende les (goede oefening voor de toets!)

Tips:
1) Onderstreep kernzinnen in je tekst tijdens het lezen
2) Omcirkel signaalwoorden tijdens het lezen
3) Markeer woorden waarvan je de betekenis niet kent (en zoek de betekenis op als dat nodig is om de tekst te begrijpen)



Slide 6 - Tekstslide

Aanvaardbaarheid van argumentatie 
Programma

  • Opdracht 2: 'Academisch onderwijs kan niet zonder het Engels'

Pagina 62-66

Slide 7 - Tekstslide

1. Welke drogreden heb je herkend in alinea 1?
A
Bespelen van het publiek
B
Vals dilemma
C
Overhaaste generalisatie

Slide 8 - Quizvraag

a. Bespelen van het publiek
‘Deze karikaturale weergave doet de werkelijkheid ernstig tekort, en onderschat zowel de docenten als de studenten van vandaag.’

Slide 9 - Tekstslide

1. Welke andere drogreden heb je herkend in alinea 1?
A
D. Ontduiken van de bewijslast
B
E. Persoonlijke aanval
C
F. Vertekenen van het standpunt

Slide 10 - Quizvraag

f. Vertekenen van het standpunt


‘Als we Felix Huygen van de vereniging Beter Onderwijs Nederland moeten geloven, staat het hoger onderwijs aan de rand van de afgrond. Het invoeren van Engels als voertaal zal volgens hem onvermijdelijk leiden tot de ineenstorting van het hoger onderwijs. Het zal een ernstige niveaudaling teweegbrengen: van enige zinvolle communicatie en kennisoverdracht zal nauwelijks sprake zijn.’

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 10 (blz. 221)
a. De argumenten uit alinea 2
  • De gemiddelde jongere van 18 jaar beheerst het Engels goed.
  • En veel aankomende studenten willen graag onderwijs in het Engels volgen om goed voorbereid te zijn op de arbeidsmarkt. 
b. Het argument uit alinea 3
  • Universitaire docenten en hoogleraren zijn tegenwoordig internationaal georiënteerd en gebruiken daarom veel Engels.
c. Het argument uit alinea 4
  • Er wordt in het Engels gedoceerd om meer buitenlandse studenten trekken
d. Het argument uit alinea 5
  • Een diverse studentenpopulatie met studenten van verschillende nationaliteiten verhoogt de kwaliteit van de opleiding. 
e. Het argument uit alinea 6
  • Academisch onderzoek kan niet zonder een lingua franca.
f. Het argument uit alinea 7
  • De Nederlandse samenleving is divers en meertalig en heeft van vanouds een open karakter en internationale oriëntatie. 

Slide 12 - Tekstslide

7. Een kritische lezer zou in alinea 7 een drogreden kunnen herkennen. Welke drogreden?
A
Onjuist beroep op autoriteitsschema
B
Onjuist oorzaak-gevolg
C
Verkeerde vergelijking
D
Overhaaste generalisatie

Slide 13 - Quizvraag

C Verkeerde vergelijking
Tussen Nederlands 'nu' en 'vroeger'


D onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
‘In de 17de eeuw woonde en werkte Descartes twintig jaar in Nederland, terwijl hij in het Latijn en het Frans bleef schrijven.’ Dit wordt als argument gebruikt voor ‘De Nederlandse samenleving is divers en meertalig, en heeft vanouds een open karakter en internationale oriëntatie.’

Slide 14 - Tekstslide

8. Een kritische lezer zou in alinea 8 een drogreden kunnen herkennen. Welke drogreden?
A
Onjuist beroep op kenmerk- of eigenschapsschema
B
Onjuist oorzaak-gevolg
C
Vals dilemma
D
Overhaaste generalisatie

Slide 15 - Quizvraag

C onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

De schrijvers doen alsof er maar twee mogelijkheden zijn: Engelstalig onderwijs aanbieden of onszelf isoleren van de rest van de wereld.

Slide 16 - Tekstslide

Rond opdracht 2 af
Deelopdracht 9 t/m 13
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Controleer je antwoorden bij opdr. 9
timer
1:00

Slide 18 - Tekstslide

10. Heb je vier keer 'ja' ingevuld?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

Nee, want
  • De argumenten zijn niet allemaal aanvaardbaar: enkele argumenten zijn drogredenen.
  • De argumenten zijn relevant: ze gaan over de zaak in kwestie en maken het standpunt aannemelijker.
  • De argumenten spreken elkaar niet tegen.
  • Ze maken samen het standpunt maar betrekkelijk aannemelijk, want sommige argumenten zijn drogredenen.

Slide 20 - Tekstslide

11. Noemen de auteurs tegenargumenten?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Vraag 12
Spreken de auteurs zichzelf tegen? 
  • Nee
Zijn de auteurs deskundig?
  • Ja
Hebben de auteurs belang? 
  • Ja, ze hebben een zeer duidelijk belang bij de situatie en dat maakt ze dus minder betrouwbaar.

Slide 22 - Tekstslide

13.
Let op: de antwoordopties zijn beperkter
A
Tekst 2 is een aanvaardbaar betoog
B
Tekst 2 is een betwistbaar betoog
C
Tekst 2 is een redelijk betoog

Slide 23 - Quizvraag

360-gradendebat
  • Je hebt nu twee betogen geanalyseerd over Engels als voertaal op de Nederlandse universiteiten. 
  • We gaan hierover debatteren: Engels moet de voertaal worden op Nederlandse universiteiten. 
  • De ene helft van de klas is voor; de andere helft is tegen. 
  • MAAR het gaat wisselen (en je weet niet wanneer)
    Wat leer je hiervan: creatief zijn, goed luisteren, een kwestie van twee kanten bekijken. 

  • Ga staan als je wil reageren, ga zitten wanneer je het woord niet gekregen hebt (en er een medestander spreekt)
Tijd over?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

360-gradendebat
  • Je hebt naar een aantal pitches geluisterd over leesbevordering/ verbetering leesvaardigheid op het SGDB
  • We gaan hierover debatteren: het SGDB moet een actiever leesbevorderingsbeleid voeren. 
  • De ene helft van de klas is voor; de andere helft is tegen. 
  • MAAR het gaat wisselen (en je weet niet wanneer)
    Wat leer je hiervan: creatief zijn, goed luisteren, een kwestie van twee kanten bekijken. 

  • Ga staan als je wil reageren, ga zitten wanneer je het woord niet gekregen hebt (en er een medestander spreekt)
Tijd over?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video