L'adjectif

L'adjectif (het bijvoeglijk naamwoord)
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

L'adjectif (het bijvoeglijk naamwoord)

Slide 1 - Tekstslide

Noem in het Nederlands
voorbeelden van bijvoeglijk
naamwoorden

Slide 2 - Woordweb

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Bijvoorbeeld: 
een blauwe auto
een  mooie film

Slide 3 - Tekstslide

Waar staat het bijvoeglijk naamwoord in de zin (in het Nederlands!)
A
voor het zelfstandig naamwoord
B
achter het zelfstandig naamwoord
C
Soms voor en soms achter het zelfstandig naamwoord. Dat verschilt per bijvoeglijk naamwoord
D
het bijvoeglijk naamwoord kan altijd zowel voor als achter het zelfstandig naamwoord staan

Slide 4 - Quizvraag

In het Nederlands staat een bijvoeglijk naamwoord altijd voor het zelfstandig naamwoord

Bijvoorbeeld: 
een blauwe auto
een  mooie film

(Ja, in hele zinnen is dat anders: De auto is blauw. Maar we hebben het over zinnen waarin er geen werkwoord tussen het zelfstandig naamwoord en het bijvoeglijk naamwoord staat ;-)

Slide 5 - Tekstslide

Waar denk je dat het bijvoeglijk naamwoord in de zin staat in het Frans?
A
Het Frans doet het net als in het Nederlands: dus voor het zelfstandig naamwoord
B
Het Frans doet het helemaal anders: achter het zelfstandig naamwoord
C
In het Frans doet weer eens moeilijk: soms voor en soms achter het zelfstandig naamwoord.
D
het bijvoeglijk naamwoord kan altijd zowel voor als achter het zelfstandig naamwoord staan

Slide 6 - Quizvraag

Oui oui.. het Frans doet soms moeilijk. Maar dat wil niet zeggen dat er geen regel is :-) 


Slide 7 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord staat in het Frans meestal achter het zelfstandig naamwoord. 

Best logisch eigenlijk. Ze geven eerst de belangrijke informatie (het zelfst. nw) en pas daarna het detail (bijv. nw)

Bijvoorbeeld: 
un cahier bleu (het is dus een schrift en dat is blauw)
un film intéressant (het is dus een film en die is interessant)

Slide 8 - Tekstslide

Zet in de goede volgorde:
un - rouge - vélo

Slide 9 - Open vraag

Zet in de goede volgorde:
un - interessant - style

Slide 10 - Open vraag

Maar.. je voelt het al aankomen..

Dit geldt niet voor alle bijvoeglijk naamwoorden. In het Frans is er een rijtje bijvoeglijk naamwoorden dat ALTIJD vóór het zelfstandig naamwoord komt. 

Slide 11 - Tekstslide

Je kunt dat rijtje uit je hoofd leren (optie 1)

Je kunt een ezelsbruggetje/verhaaltje verzinnen waarin deze bijvoeglijk naamwoorden voorkomen (optie 2) 

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht: schrijf het rijtje hieronder over met vertalingen erachter:

 
 leuk, mooi = joli                       oud = vieux
goed, lekker = bon                 nieuw = nouveau
 klein = petit                              mooi = beau                       
groot = grand

Slide 13 - Tekstslide

Voor het zelfst.nw
achter het zelfst. nw
intéressant
moderne
grand
noir
bon
joli

Slide 14 - Sleepvraag

de vorm van het bijvoeglijk naamwoord

Naast de plaats is de vorm van het bijvoeglijk naamwoord ook belangrijk, namelijk het is afhankelijk van het zelfstandig naamwoord. 

Slide 15 - Tekstslide

Aan welke letter zie je in het Frans dat een woord in het meervoud staat? Typ die letter hieronder:

Slide 16 - Open vraag

Het lidwoord in het Frans hangt af van of een zelfstandig naamwoord mannelijk is of vrouwelijk of in het enkelvoud of meervoud staat.

Le père, la mère, les frères, les soeurs.

Slide 17 - Tekstslide

Ook de vorm van het  bijvoeglijk naamwoord in het Frans hangt af van of een zelfstandig naamwoord mannelijk is of vrouwelijk of in het enkelvoud of meervoud staat.

De regel is als volgt:
1. Bij mannelijk enkelvoud gebeurt er niets.
2. Bij vrouwelijk enkelvoud voeg je een -e toe aan de mannelijke vorm van het bijvoeglijk naamwoord
3. Bij mannelijk meervoud voeg je een +s toe aan het bijvoeglijk naamwoord
4. Bij vrouwelijk meervoud voeg je een +e van vrouwelijk toe aan het bijvoeglijk naamwoord en een +s omdat het meervoud is

Slide 18 - Tekstslide

1. mannelijk ev: -
2. vrouwelijk ev: + e
3. mannelijk mv: + s
4. vrouwelijk mv + es

par exemple: 

1. un grand jardin
2. une grande chambre
3. deux grands magasines
4. deux grandes chambres

Slide 19 - Tekstslide

Sleep de vormen van de bijvoeglijk naamwoorden naar de juiste categorie
Mannelijk enkelvoud
Vrouwelijk enkelvoud
Mannelijk meervoud
Vrouwelijk meervoud
Grandes
Grand
Grands
Grande

Slide 20 - Sleepvraag

Noteer juiste vorm van het woord tussen (..): une ______ chambre (grand)

Slide 21 - Open vraag

De meeste bijvoeglijk naamwoorden volgen de standaard regel. Er zijn ook enkele uitzonderingen. Schrijf de volgende dia's over in je schrift. (Alles staat ook op p. 87 van je klapper)

Slide 22 - Tekstslide

Uitzondering 1: 

als een bijvoeglijk naamwoord in de mannelijke vorm al eindigt op een -e, hoef je er in het vrouwelijk niet nog een extra -e aan toe te voegen.

un cours difficile
des cours difficiles
une personne difficile
des personnes difficiles

Slide 23 - Tekstslide

Uitzondering 2 : 

als een bijvoeglijk naamwoord in de mannelijke vorm eindigt op -eau,verandert dit in het vrouwelijk in-elle. In het meervoud komt er achter de mannelijke vorm een +x in plaats van een +s
Denk maar aan Belle en het beest :-) 

un beau livre
une belle table 
deux beaux livres 
deux belles tables

Slide 24 - Tekstslide

Uitzondering 3 : 

er zijn nog meer uitzonderingen, die leer je als je de woordjes leert in de woordenlijst. Denk aan de volgende bijvoeglijk naamwoorden

bon     bonne
blanc      blanche
nouveau    nouvelle
cher     chère
vieux    vieille

Slide 25 - Tekstslide

Traduis:
Het is een grote tuin

Slide 26 - Open vraag

Traduis:
Zij heeft een wit overhemd

Slide 27 - Open vraag

Traduis:
Hij is een leuke docent

Slide 28 - Open vraag

Traduis:
Wij hebben een mooi huis

Slide 29 - Open vraag