frans

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

zinnen/worden vertalen

wat kun je aan het einde van de les

je kunt worden en zinnen van het nederlands naar frans en andersom vertalen

rigoler

1. lachen
2. tv kijken
3. slapen
4. kiezen

la vache

beau

dormir

slapen

mooi

de koe

vertaal prendre

vertaal gamen

autre

1. het ijsje
2. slapen
3. anders
4. andere

het vertalen van zinnen

bij het vertallen van zinnen staat de pv en het werkwoord altijd naast elkaar.

bijv. 

zij heet lolla     elle s'appelle lolla

is deze zin correct
Oui, j'ai un soeur petite

non

oui

tu as un animal?

1. heb je een koe?
2. heb je een fiets?
3. heb je een huisdier?

ik heet skip

tu habites oú?

1. waar woon jij?
2. waar ga je naartoe?
3. ik heb een fiets

Elle est sympa?

nu gaan we nog een aantal vragen maken om te oefen.

j'habite à paris

1. ik woon in parijs
2. ik slaap in parijs
3. ik loop in parijs

exister

Oui, J'ai un chien et un poisson

actif

1. lui
2. actief
3. slapen
4. lopen

klopt deze zin
Elle est cool, oui

non

Oui

Tu habbites dan une maison?

1. woon jij in een huis?
2. waar woon je?
3. woon jij in nederland

de tweelingbroer

heuresement

1. appartement
2. kamer
3. gelukkig
4. jammer

Non, j'habbite dans un appartement

le monde entier

einde