Spinnen
1 / 23
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
web
8 poten
8 of 6 ogen
6 spintepels
kop en achterlijf
2 voelkaken
zuigt prooi leeg
harige poten
Slide 6 - Woordweb
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Hoeveel poten heeft een spin?
A
4
B
6
C
8
D
10
Slide 13 - Quizvraag
Wat voor spin is dit?
A
huisspin
B
springspin
C
kruisspin
D
wespspin
Slide 14 - Quizvraag
Wat zit er aan de voettoppen van een spin?
A
haren
B
klauwen
C
haakjes
D
klauwen en haakjes
Slide 15 - Quizvraag
Uit welk gedeelte van de spin komt de spindraad?
A
spintepel
B
spingat
C
achterlijf
D
voelkaak
Slide 16 - Quizvraag
Het web lijkt in het begin op een letter. Welk letter is dit?
A
letter L
B
letter T
C
letter O
D
letter Y
Slide 17 - Quizvraag
Na de spaken van het web maakt de spin de spiraaldraden. Waar begint de spin?
A
In het midden
B
Aan de buitenkant
Slide 18 - Quizvraag
Hoe weet de spin wanneer er iets in zijn web zit?
A
De spin ziet dit
B
De spin hoort dit
C
De spin voelt dit
D
De spin ruikt dit
Slide 19 - Quizvraag
Hoeveel kaakvoelers heeft een spin?
A
2
B
3
C
4
D
6
Slide 20 - Quizvraag
Wat doet de spin met zijn prooi?
A
wikkelt in, verdoofd en zuigt leeg
B
Blab
La
C
wikkelt in, verdoofd, eet op
D
verdoofd, wikkelt in, eet op
