Hoofdstuk 5 en herhaling hoofdstuk 4

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Aan de slag met:

1. huiswerkcontrole (woordjes kleding)

2. proefwerk unité 4 op vrijdag 9 april 4e uur

3. herhaling hoofdstuk 4

4. korte bespreking pww (Levi-Jeu-Gilles-Kjell)/start diagnostische toets unité 4

Qu'est-ce qu'ils portent?

herhaling grammaire unité 4

aller, avoir, être, reg ww op -er

ontkenning

voorzetsels

zinnen maken

Welke vorm is NIET goed?

1. je vas= ik ga
2. ils vont=zij gaan
3. nous allons=wij gaan
4. elle va=zij gaat

Schrijf zo snel mogelijk de vertaling op van: jij bent/jullie zijn/zij(m.) hebben

Je ne habite pas à Paris

La phrase est correcte

La phrase n'est pas correcte

Vertaal:
Mijn ouders gaan niet werken

Vertaal:
Haar broer is nooit op school

Maak een zin mbv een voorzetsel:

whatsappje maken: veel verkeer, maar winkels niet ver (in hele zinnen)

Aan de slag:

bestuderen bilan hoofdstuk 4

maken diagnostische toets grammatica, daarna vocabulaire

stel vragen als je het niet snapt!