spelling H4 - meervoud op -s

Nederlands
deze les:
agenda bijwerken / even lezen
nakijken formuleren
spelling blz 124
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
deze les:
agenda bijwerken / even lezen
nakijken formuleren
spelling blz 124

Slide 1 - Tekstslide

Tekstverband tegenstelling
Tegenstelling:
De weerman vertelde dat het vandaag mooi weer zou worden, maar het regende pijpenstelen.

Wat is de tegenstelling?
Aan welk signaalwoord kan je de tegenstelling herkennen?

Slide 2 - Tekstslide

Noteer een signaalwoord van een tegenstellend verband uit alinea 3.
Wat is de tegenstelling?

Slide 3 - Tekstslide

samen nakijken
woordenschat opdracht 1 en 5

Slide 4 - Tekstslide

meervoud op -s
Spelling H4
 Nederlands 
Bladzijde 124

Slide 5 - Tekstslide

meervoud op s
Schrijf een s achter het enkelvoud:

actie - acties
garage - garages 

Slide 6 - Tekstslide

meervoud op 's
- Bij woorden op a, i, o, u, of y
opa - opa's
baby - baby's 


-Bij afkortingen
cd - cd's
wc - wc's 


Slide 7 - Tekstslide

klinkers die samen een klank vormen 


cadeau - cadeaus
dominee - dominees
milieu - milieus 


Let op!
radio's (ra-di-o)

Slide 8 - Tekstslide

Meervoud van tv
A
tv's
B
tvs

Slide 9 - Quizvraag

Meervoud van dictee
A
dictees
B
dictee's

Slide 10 - Quizvraag

Meervoud van garage
A
garage's
B
garages

Slide 11 - Quizvraag

Meervoud van foto
A
fotos
B
foto's

Slide 12 - Quizvraag

Meervoud van dominee
A
dominees
B
dominee's

Slide 13 - Quizvraag

Meervoud van slee
A
sleeën
B
sleën

Slide 14 - Quizvraag

Meervoud van rollade
A
Rollades
B
Rollade's

Slide 15 - Quizvraag

meervoud van menu

Slide 16 - Open vraag

meervoud van radio

Slide 17 - Open vraag

meervoud van cavia

Slide 18 - Open vraag

meervoud van camera?

Slide 19 - Open vraag

Voltooid deelwoord
- Het voltooid deelwoord is een werkwoordsvorm.
- Het voltooid deelwoord geeft aan dat iets is afgelopen 
   (voltooid).
- In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm 
   van hebben, worden of zijn.
- Het voltooid deelwoord begint vaak met ge-, be- of ver-.

Slide 20 - Tekstslide

Aan het werk 
Maken
Spelling blz 124 opdracht 1 t/m 6

Slide 21 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
Wat is een voltooid deelwoord?

In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm van de werkwoorden:
  1. hebben
  2. zijn 
  3. worden

Slide 22 - Tekstslide